Abiomed Impella Manuel D'utilisation page 249

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 63
De beste prestaties worden waargenomen wanneer de motor van de Impella
katheter zich minimaal 3 cm van de sensoren in de mappingkatheter bevindt.
Als u interferentie vermoedt, volgt u de stappen voor probleemoplossing in de
handleiding Probleemoplossing bij het bedienen van de Impella katheter bij
aanwezigheid van een EAM-systeemtabel.
Probleemoplossing bij gebruik van de Impella katheter in
aanwezigheid van een EAM-systeem
Observatie
Acties
Interferentie met
1. Controleer of er andere bronnen van
de component
interferentie aanwezig zijn en verhelp ze.
voor magnetische
2. Verplaats de Impella katheter, zodat de Impella
locatiedetectie van het
motor zich minimaal 3 cm van de sensors in de
EAM-systeem
mappingkatheter bevindt. Trek het inlaatgebied
echter NIET uit het linkerventrikel.
3. Zorg dat de Impella katheter op P-1–P-5 of P-7
werkt, aangezien deze P-niveaus de minste
interferentie veroorzaken.
MAGNETISCHE NAVIGATIESYSTEMEN (MNS)
Voorbeeld van MNS
Stereotaxis Niobe
Magnetisch Navigatiesysteem (Stereotaxis)
®
Volg de onderstaande stappen wanneer u ondersteuning met een Impella
katheter opstart in aanwezigheid van een magnetisch navigatiesysteem (MNS):
1.
Plaats de Impella katheter volgens de stappen die zijn beschreven
in hoofdstuk 5 van deze handleiding.
2.
Plaats de MNS-magneten in de 'Geminimaliseerd'- of
'Opgeslagen'-positie.
3.
Start de Impella katheter op de wijze beschreven in hoofdstuk 5
van deze handleiding. Verhoog het P-niveau naar P-3.
4.
Plaats de MNS-magneten in de 'Navigeren'-positie en begin met
magnetisch navigeren.
Blijf de Impella katheter op een P-niveau van minimaal P-3 gebruiken wanneer
de MNS-magneten in de 'Navigeren'-positie staan. Als het P-niveau onder P-3
komt, stopt de Impella katheter mogelijk met werken. Volg de stappen in de
handleiding Probleemoplossing bij het bedienen van de Impella katheter bij
aanwezigheid van een MNS-systeemtabel om de werking te hervatten.
Tijdens magnetische navigatie van de mappingkatheter kan de
motorstroom van de Impella katheter tijdelijk toenemen tot een punt
waarop de katheter stopt met werken. In de onderstaande tabel wordt
uitgelegd hoe u de werking kunt hervatten.
Wanneer de MNS-magneten in de 'Navigeren'-positie staan, kan de
weergegeven flow van de Impella katheter kunstmatig verhoogd zijn. Voor
een accurate beoordeling van de flow dient u de weergegeven flow te
noteren wanneer de magneten in de 'Opgeslagen'-positie staan.
Automated Impella Controller
Probleemoplossing bij gebruik van de Impella katheter in
aanwezigheid van een MNS-systeem
Observatie
Acties
Impella kan niet
1. Plaats de MNS-magneten in de 'Geminimaliseerd'-
worden gestart of
positie en probeer de Impella katheter te starten.
Impella stopt met
2. Als de Impella katheter NIET start terwijl de
werken
magneten in de 'Geminimaliseerd'-positie staan,
dient u de magneten in de 'Opgeslagen'-positie te
plaatsen en de Impella katheter te starten.
3. Verhoog het P-niveau van de Impella katheter naar
P-3 of hoger.
4. Plaats de MNS-magneten in de 'Navigeren'-positie
en begin met magnetisch navigeren.
MNS-magneten:
De weergegeven flow van de Impella katheter wordt
Weergegeven flow
kunstmatig verhoogd wanneer de MNS-magneten in de
bij 'Navigeren' lijkt
'Navigeren'-positie staan.
te hoog te zijn of de
weergegeven flow
De weergegeven flow is accuraat wanneer de MNS-
bij 'Opgeslagen'
magneten in de 'Opgeslagen'-positie staan.
daalt
VAN DE AUTOMATED IMPELLA
CONTROLLER OVERSCHAKELEN OP EEN
NIEUWE CONTROLLER
STAPPEN VOOR OVERSCHAKELEN OP EEN
RESERVECONTROLLER
Als een patiënt wordt ondersteund, moet er te allen tijde een reserve-
exemplaar van de Automated Impella Controller beschikbaar zijn. Indien
de controller uitvalt, volgt u onderstaande stappen om de Impella katheter
over te brengen naar de reservecontroller.
1.
Controleer of de reservecontroller ingeschakeld en gereed is.
2.
Druk op SPOEL-MENU op de oorspronkelijke controller, selecteer
Spoelvloeistofzak verwisselen.
3.
Druk op de schermtoets START om de bolus op te starten.
Opmerking: de console toont de melding 'Even geduld a.u.b.'
terwijl het systeem de bolus voltooit. U mag de spoelvloeistofzak
NIET verwisselen en aanprikken vóór de volgende stap.
4.
Koppel de gele luerconnector los van de Impella katheter om de
druk in de spoelcassette te laten ontsnappen.
5.
Breng de spoelcassette en spoeloplossing van de oorspronkelijke
controller over naar de reservecontroller.
6.
Sluit de gele luerconnector weer aan op de Impella katheter.
7.
Verwijder de witte connectorkabel uit de oorspronkelijke controller
en sluit deze aan op de katheteraansluiting aan de voorkant van de
reservecontroller.
8.
Wacht, nadat de Impella katheter is aangesloten op de
reservecontroller, tot er een bericht op het scherm verschijnt waarin
u wordt gevraagd te bevestigen dat u de Impella katheter wilt
herstarten met het eerder ingestelde P-niveau.
9.
Druk binnen 10 seconden op OK om te bevestigen dat u de Impella
katheter wilt herstarten met het eerder ingestelde P-niveau.
10. Als het bericht over het herstarten van de Impella katheter niet
binnen 30 seconden wordt weergegeven, moet u de Impella
katheter herstarten met de schermtoets FLOWREGELING.
Opmerking: Impella CP met SmartAssist- en Impella 5.5 met
SmartAssist-katheters werken op een niet-optische controller.
De sensorfunctionaliteit werkt in dit geval niet.
SPOELVLOEISTOF VERWISSELEN OM NAUWKEURIGE
SPOELWAARDEN TE VERKRIJGEN
Om nauwkeurige spoelwaarden te verkrijgen na overschakeling op een
reservecontroller, dient u de procedure Spoelvloeistofzak verwisselen te
volgen en de spoelvloeistofzak te vervangen. Ga naar > MENU, selecteer
>Spoelvloeistof vervangen en volg de aanwijzingen op het scherm.
249

Publicité

Table des Matières
loading

Produits Connexes pour Abiomed Impella

Table des Matières