Andere Technische Gegevens; Beschrijving Van Het Lasapparaat; Besturings-, Regel- En Aansluitorganen; Lasapparaat (Fig. B1, B2, B3) - Telwin ELECTROMIG 550 SYNERGIC Manuel D'instructions

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 17
1~ : eenfasige wisselspanning;
3- Beschermingsgraad van de behuizing.
4- U
: Voedingsspanning van de draadtrekkereenheid.
1
5- I
: Stroomverbruik bij de maximale belasting.
1
6- Prestaties van het lascircuit:
- I
: Stroom die kan worden afgegeven door de draadtrekkereenheid tijdens het
2
lassen.
- X : Inschakelduur: geeft de tijd aan waarin het lasapparaat de bijbehorende
stroom kan afgeven (zelfde kolom). Dit wordt uitgedrukt in %, op basis van een
cyclus van 10 minuten (bijv. 60% = 6 minuten werk, 4 minuten pauze, enz.).
7- Serienummer voor de identificatie van het lasapparaat (onmisbaar voor technische
assistentie, aanvraag van reserveonderdelen, traceren van de productoorsprong).
Let op: Het voorbeeld-serieplaatje geeft een indicatie van de betekenis van de
symbolen en de cijfers; de exacte waarden van de technische gegevens van het
lasapparaat moeten direct op het serieplaatje van het lasapparaat zelf worden
afgelezen.
3.2 ANDERE TECHNISCHE GEGEVENS:
- LASAPPARAAT: zie tabel 1 (TAB. 1)
- DRAADTREKKEREENHEID: zie tabel 2 (TAB. 2)
- MIG-TOORTS: zie tabel 3 (TAB. 3)
- TIG-TOORTS: zie tabel 4 (TAB. 4)
- ELEKTRODEHOUDER: zie tabel 5 (TAB. 5)
Het gewicht van het lasapparaat en de draadtrekkereenheid staat in tabel 1, 2
(TAB. 1, 2).
4. BESCHRIJVING VAN HET LASAPPARAAT
4.1 BESTURINGS-, REGEL- EN AANSLUITORGANEN.
4.1.1 LASAPPARAAT (Fig. B1, B2, B3)
Op de voorkant:
1- Bedieningspaneel (zie beschrijving);
2- Aansluiting toorts;
3- Positieve snelkoppeling (+) voor aansluiting van de laskabel;
4- Negatieve snelkoppeling (-) voor aansluiting van de laskabel;
5- Retourkabel met massaklem;
6- Laskabel en -toorts;
Op de achterkant:
7- Hoofdschakelaar ON/OFF;
8- Voedingskabel;
9- Aansluiting voor de beschermgasslang toorts;
10- Positieve snelkoppeling (+) voor lasstroomkabel voor verbinding met de
draadtrekkereenheid;
11- 14p-connector voor stuurkabel voor verbinding met de draadtrekkereenheid;
12- Zekering ter bescherming van de G.R.A.
20- Zekering ter bescherming van het lasapparaat.
4.1.2 DRAADTREKKEREENHEID (FIG. B3)
op de voorkant:
13- 14p-connector voor verbinding van de afstandsbediening (op verzoek);
14- Snelkoppelingen voor vloeistofslangen van de MIG-toorts (alleen versie AQUA).
op de achterkant:
15- 14p-connector voor stuurkabel voor verbinding met het lasapparaat (alleen versie
AQUA);
16- Positieve snelkoppeling (+) voor lasstroomkabel voor verbinding met het
lasapparaat (alleen versie AQUA);
17- Snelkoppelingen voor aansluiting aanvoer- en retourleidingen van de koelvloeistof
(alleen versie AQUA);
18- Zekering ter bescherming van de draadtrekker;
19- Bevestigingsriem verbindingskabels (alleen versie AQUA).
4.1.3 BEDIENINGSPANEEL VAN HET LASAPPARAAT (Fig. C)
1- LCD-display.
2- Knop voor handmatig vooruitbrengen van de draad. Hiermee kan de draad vooruit
worden gebracht in de huls van de toorts zonder dat u op de toortstoets hoeft te
drukken; de knop heeft een tijdelijke werking en de bewegingssnelheid is vast.
Door op de toets te drukken, wordt bovendien het licht in de draadtrekkerruimte
ingeschakeld (alleen versie met aparte draadtrekkereenheid).
3- Knop voor handmatige inschakeling van de elektromagnetische gasklep. Maakt
een gasuitstroom mogelijk (leidingen schoonspoelen, debiet instellen) zonder
dat u op de toortstoets hoeft te drukken; wanneer deze knop is ingedrukt, blijft
de elektromagnetische klep 10 seconden actief of totdat de knop opnieuw wordt
ingedrukt.
4- Multifunctionele toets.
-
Het indrukken van deze toets geeft toegang tot programma's die vooraf
zijn ingesteld in de machine.
-
Als de toets ten minste 3 seconden ingedrukt wordt gehouden, kunt u:
- een opdracht opslaan in het interne geheugen van de machine.
- een eerder opgeslagen opdracht laden.
5- Multifunctionele knop.
Door aan de knop te draaien, is het volgende mogelijk:
- regeling van de voedingssnelheid van de draad in de modus
- regeling van het lasvermogen in de modus
- regeling van de lasstroom in de TIG-modus (
- regeling van de lasstroom in de MMA-modus (
- als de knop ten minste 3 seconden ingedrukt wordt gehouden, kunnen de
verschillende instellingsmenu's van de machine worden geopend.
6- Multifunctionele knop.
Door aan de knop te draaien, is het volgende mogelijk:
- regeling van de lasnaad (lasspanning) in de modus
- regeling van de lasnaad (lengte van de boog) in de modus
- in de TIG- en MMA-modus is dit niet ingeschakeld.
- als de knop ten minste 3 seconden ingedrukt wordt gehouden, kan de
lasprocedure worden geselecteerd (
)
)
,
,
,
).
N.B.: HERINSTELLING VAN ALLE PARAMETERS FABRIEKSAF (RESET)
Wanneer men tegelijkertijd op de drukknoppen (C-5, C-6) drukt worden bij het
aanschakelen alle lasparameters terug naar de waarde van default gebracht.

5. INSTALLATIE

LET OP! VOER ALLE INSTALLATIEWERKZAAMHEDEN EN DE
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN UIT MET HET LASAPPARAAT
UITGESCHAKELD EN LOSGEKOPPELD VAN HET ELEKTRICITEITSNET.
DE ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN MOGEN UITSLUITEND WORDEN
UITGEVOERD DOOR ERVAREN OF DESKUNDIG PERSONEEL.
VOORBEREIDING (Afb. D1, D2)
Pak het lasapparaat uit, monteer de losse onderdelen die in de verpakking zitten.
Montage retourkabel-klem Afb. E
Montage laskabel-elektrodehouder AFB. F
Installatie G.R.A. (alleen versie AQUA): raadpleeg de instructiehandleiding in de
koelingsgroep.
5.1 PLAATS VAN HET LASAPPARAAT
Zoek de installatieplaats van het lasapparaat zo uit dat er geen obstakels zijn bij de
ingangs- en uitgangsopening van de koellucht; controleer ook of er geen geleidend
stof, corrosief vocht etc. wordt opgezogen.
Houd ten minste 250 mm ruimte vrij rondom het lasapparaat.
LET OP! Zet het lasapparaat op een vlakke ondergrond die geschikt
is om het gewicht ervan te dragen om omvallen of gevaarlijke
verschuivingen te voorkomen.
5.2 AANSLUITEN OP HET ELEKTRICITEITSNET
- Controleer voor het uitvoeren van elektrische aansluitingen of de gegevens op het
serieplaatje van het lasapparaat overeenkomen met de netspanning en –frequentie
op de installatieplaats.
- Het lasapparaat mag uitsluitend worden aangesloten op een voedingssysteem met
geaarde nulleider.
- Gebruik aardlekschakelaars van het volgende type als bescherming tegen indirect
contact:
- Type A (
) voor eenfase-machines.
- Type B (
) voor driefasen machines.
- Om aan de vereisten van de norm EN 61000-3-11 (Flicker) te voldoen, wordt
aangeraden het lasapparaat aan te sluiten op de interfacepunten van het stroomnet
met een impedantie van minder dan Zmax = 0.10 ohm.
- Het lasapparaat voldoet niet aan de vereisten van de norm IEC/EN-61000-3-12.
Als het wordt aangesloten op een openbaar stroomnet, is het de verantwoordelijkheid
van de installateur of van de gebruiker om te controleren of het lasapparaat kan worden
aangesloten (raadpleeg indien nodig de beheerder van het distributienetwerk).
5.2.1 Stekker en contactdoos
Een genormaliseerde stekker (3P + P.E) met een adequaat vermogen met de
voedingskabel verbinden en een contact van het net voorinstellen uitgerust met
zekeringen of een automatische schakelaar; een speciale terminal van de aarde moet
verbonden worden met de aardegeleider (geel-groen) van de voedingslijn.
De tabel (TAB. 1) geeft de aanbevolen waarden in ampères van de vertraagde
zekeringen van de lijn gekozen op basis van de max. nominale stroom verdeeld door
de lasmachine en van de nominale voedingsspanning.
LET OP! Als de bovenstaande regels niet in acht worden genomen,
werkt het veiligheidssysteem van de constructeur (klasse I) niet
meer, met de daaruit volgende ernstige risico's voor personen (bijv.
elektrische schok) en zaken (bijv. brand).
5.3 AANSLUITINGEN VAN HET LASCIRCUIT

5.3.1 Aanbevelingen

OPGELET!
CONTROLEER
AANSLUITINGEN
UITGESCHAKELD EN LOSGEKOPPELD VAN HET VOEDINGSNET.
In Tabel 1 (TAB. 1) staan de aanbevolen waarden voor de laskabels (in mm
van de maximale stroom die wordt afgegeven door het lasapparaat.
Verder:
- Draai de connectoren van de laskabels helemaal in de snelkoppelingen (als die er
zijn), voor een perfect elektrisch contact; als u dat niet doet, zullen de connectoren
oververhit raken en daardoor snel verslijten en minder efficiënt gaan werken.
- Gebruik zo kort mogelijke laskabels.
- Gebruik geen metalen constructies die geen deel uitmaken van het werkstuk als
vervanging van de retourkabel van de lasstroom; dat kan gevaarlijk zijn voor de
veiligheid en slechte lasresultaten opleveren.
5.3.2 AANSLUITINGEN VAN HET LASCIRCUIT IN MIG-MAG-MODUS
5.3.2.1 Aansluiting op de gasfles (als die wordt gebruikt)
- Gasfles die op de wagen mag staan: max. 60 kg.
- Schroef de drukverlager (*) op het ventiel van de gasfles met het speciale als
accessoire geleverde verloopstuk ertussen (als er Argon-gas of een mengsel van
Ar/CO
wordt gebruikt).
2
- Sluit de gastoevoerslang aan op de drukverlager en maak het bandje vast.
- Draai de regelring van de drukverlager los voordat u het ventiel van de gasfles
opent.
(*) Accessoire dat apart moet worden gekocht als het niet bij het product is geleverd.
5.3.2.2 Aansluiting retourkabel lasstroom
Deze moet worden aangesloten op het te lassen werkstuk of op de metalen werkbank
waarop dit ligt, zo dicht mogelijk bij de las die wordt uitgevoerd.
5.3.2.3 Toorts (Afb. B)
Breng de toorts (B-6) aan in de speciale connector (B-2) en draai de borgring met de
hand goed vast. Bereid de toorts voor om de eerste draad te kunnen laden: verwijder
het mondstuk en het contactbuisje zodat de draad beter naar buiten kan komen.
Alleen versie AQUA:
Verbind de externe koelleidingen met hun aansluitingen. Let daarbij op het volgende:
: VLOEISTOF-AANVOERLEIDING (Koud - blauwe aansluiting);
- 51 -
VOORDAT
U
DE
UITVOERT
OF
HET
LASAPPARAAT
VOLGENDE
IS
2
) op basis

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Electromig 450 synergicElectromig 400 synergic

Table des Matières