Klik als u klaar bent op Toevoegen om een nieuwe regel toe te voegen. Klik daarna op
Toepassen om de instellingen op te slaan.
8.7.3 Beveiliging
Kies Beveiligingsopties > Beveiliging om de pagina van Beveiliging op de display te zien.
Poort‐scan en DOS‐beveiliging uitschakelen: de beveiliging Ontkennen van service
(DoS) beschermt uw LAN tegen DOS‐aanvallen. Over het algemeen is het raadzaam
de poortscanning en de functie DOS‐beveiliging te activeren.
Reageer op Ping of internet‐poort: als dit is geactiveerd reageert de router op
ping‐commando's van het internet. Zoals de DMZ‐server, zal het activeren van
deze functie echter veiligheidsrisico' s met zich meebrengen. Over het algemeen is
het raadzaam deze functie uit te schakelen.
NAT‐filtrage: NAT‐filtrage bepaalt de manier waarop de router met inkomend
verkeer omgaat.
Beveiligd: deze optie biedt een beveiligde firewall om pc's op LAN te
–
beschermen tegen aanvallen van het internet, maar het is mogelijk dat het
sommige internet‐games, punt‐naar‐punt applicaties of
multimedia‐applicaties niet toestaat.
Open: deze optie biedt een minder veilige firewall waarbij de meeste
–
internetapplicaties werken.
Klik als u klaar bent op Toepassen om de instellingen toe te passen.
8.8 Managementfunctie
Klik op Managementfunctie om het uitgebreide navigatiemenu op de display te zien.
65