Het Reservoir; De Zuigleiding; Pompen; Slangen En Leidingwerk - Kramp MPP Manuel D'utilisation

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 37
en de bedrijfsomstandigheden, maar in ieder geval jaarlijks, groot onderhoud uitgevoerd worden. De frequentie van serv-
icebeurten wordt uiteindelijk bepaald door belasting van de installatie en de omgevingsinvloeden.
• Met groot onderhoud moeten de filters en de olie zonder meer vervangen worden. Voor de olie is eventueel uitstel
mogelijk door de olie te laten analyseren door een deskundig bedrijf. Zie ook 5.2.1
Verder moeten onderstaande punten gevolgd worden om het onderhoud zo optimaal mogelijk uit te voeren.
5.2.

Het reservoir

1
Het olieniveau moet correct zijn en de olie van de voorgeschreven kwaliteit en viscositeit. Voor grotere installaties is het
interessant om een oliemonster te laten analyseren. Gespecialiseerde onafhankelijke bedrijven kunnen advies geven of de
standtijd van de olie verlopen is of dat men nog kan doordraaien tot de volgende geplande periodieke onderhoudsbeurt. De
olie wordt onderzocht op onder andere het zuurgehalte, de viscositeit en de mate van verontreiniging. Indien men geen dure
analyse wil laten doen, is visuele inspectie mogelijk. Dit is echter zeer onbetrouwbaar. Aan de hand van de reuk, zuur of
verbrand, de kleur, geel of melkachtig, en de mate van verontreiniging is een grove conclusie mogelijk over de toestand van
de olie.
Bij het aanvullen of verversen van de olie moet te allen tijde hetzelfde merk en kwaliteit olie gebruikt worden. Verschillende
merken en kwaliteiten mogen nooit met elkaar vermengd worden, tenzij de olieleverancier hiervoor schriftelijke toestem-
ming heeft verleend.
5.2.

De zuigleiding

2
De zuigleiding moet geïnspecteerd worden op beschadiging en eventueel uitstekende delen van de staalinlage van de slang.
Geschroefde koppelingen moeten gecontroleerd worden op lekkage en zo nodig aangedraaid worden.
Kunststofslangen en rubberslangen zonder staalinlage moeten extra gecontroleerd worden omdat deze door de temperatuur
van de olie en de zuigkracht van de pomp kunnen vervormen, waardoor de doorlaat naar de pomp afneemt.
5.2.

Pompen

3
De pomp moet gecontroleerd worden op lekkage langs de pompas, op uitwendige lekkages langs regelaars of deksels en aan
de gemonteerde leidingen. Let hierbij met name op oliesporen in de directe omgeving, zoals oliespatten op de vloeren of op
de chassisdelen. Controleer de aandrijfkoppeling op beschadigingen aan de kunststofsterren, speling op de voorzetlagers,
speling op de kruiskoppelingassen, juiste V-snaarspanning, et cetera.
De verschillende circuits aan de drukzijde moeten individueel gecontroleerd worden waarbij de richting van de oliestroom
gevolgd dient te worden. Let hierbij ook op lekkage bij schroefverbindingen. Let ook op veranderingen in geluid: lagers kun-
nen hierbij een rol spelen.
5.2.

Slangen en leidingwerk

4
Inspecteer het leidingwerk op lekkage en beschadiging, controleer leidingbeugels op breuk en of deze vast zitten. Let ook
op slijtage van leidingen bij leidingbeugels en zorg voor een vrije ligging van de leidingen. Slangen moeten zeer nauwkeurig
gecontroleerd worden op vervorming en beschadiging, let ook op corrosie. Rubber en kunststof slangen moeten na zes jaar
vervangen worden door gelijkwaardige slangen (aanbeveling van de unie van industriële ongevallen verzekering, zh 1/74
en aanbeveling volgens DIN-20066). Slangen die op voorraad liggen, mogen in ongemonteerde toestand tot vier jaar na de
productiedatum gebruikt worden. In gemonteerde toestand slechts twee jaar. Montage van verkeerde, of oude slangen kan
levensgevaarlijke situaties teweegbrengen en grote schade veroorzaken aan het milieu en de machine.
5.2.

Filters

5
Controle op vervuiling van filters kan, indien indicators geplaatst zijn, vrij eenvoudig uitgevoerd worden. Indien geen indica-
tors geplaatst zijn kan het filter visueel geïnspecteerd worden op overmatige verontreiniging, waarbij eventueel met behulp
van deskundig advies de toestand van bepaalde delen kan worden bepaald. Vervang filters altijd gelijktijdig met de olie, let
hierbij op de juiste filtratie-fijnheid. Controleer ook regelmatig de beluchtingfilters op het reservoir, dit in verband met onder-
druk of overdruk in de tank.
5.2.

Koeler

6
Inspecteer regelmatig de radiateur van de koeler op vervuiling, dit in verband met verlies aan koelcapaciteit. Reinig een
koeler met perslucht tegen de stromingsrichting van de luchtstroom in. Gebruik nooit stoomcleaners dit in verband met
beschadiging. Warmtewisselaars zijn, indien het koelmedium koelvloeistof is, in principe vrij van onderhoud. Vervang deze
koelvloeistof volgens opgave van de koelvloeistofleverancier. Meng nooit koelvloeistof van diverse merken of verschillende
samenstellingen zonder toestemming van de leverancier. Indien het koelmedium leiding- of grondwater is, inspecteer dan
regelmatig de koeler op kalkaanslag, mangaanaanslag, et cetera. Inwendige verontreinigingen doen de koelcapaciteit sterk
dalen.
5.2.
Tussen- en opbouwventielen
7
Tussen- en opbouwventielen in de vorm van balanceerventielen, cross-over ventielen, gestuurde terugslagkleppen, et cetera
moeten visueel gecontroleerd worden op lekkage en eventuele beschadigingen, bij twijfel moeten deze gedemonteerd, gecon-
troleerd en indien nodig vervangen worden. Let bij uitbouw of de belasting van het ventiel af is, zowel wat oliedruk aangaat,
als externe belasting. Pas op voor oncontroleerbare situaties!
NL
65

Publicité

Table des Matières
loading

Produits Connexes pour Kramp MPP

Ce manuel est également adapté pour:

PpUnth

Table des Matières