Textron Ransomes Frontline 728 Manuel De L'opérateur Et De Sécurité page 74

NL
BEDIENING
HET STARTEN VAN DE MOTOR
1. Zet de gashendel in het midden van zijn bereik.
Zorg ervoor dat de krachtafnemer is uitgeschakeld
en dat de neutrale grendel niet is ingedrukt.
2. Draai de contactsleutel rechtsom tot het
gloeibougiesymbool en houd hem daar 5-10
seconden vast.
3. Draai de contactsleutel vervolgens volledig
rechtsom naar de startpositie om de motor aan te
zetten.
4. Laat de sleutel los zodra de motor aanslaat; hij
keert dan automatisch naar de aan-stand terug.
5. Herhaal stappen 2-4 als de motor niet wil starten,
waarbij de voorverwarmingstijd dient te worden
verlengd tot 10-15 seconden.
HET STILZETTEN VAN DE MOTOR
1. Schakel de krachtafnemeraandrijving naar het
maaimechanisme uit.
2. Trek de parkeerrem aan.
3. Beweeg de gashendel naar de 'langzaam' stand.
4. Draai de contactsleutel naar de uit-stand om de
motor stil te zetten.
GRASMAAIEN
1. De bestuurder moet zich op de zitting bevinden
om de krachtafnemer in te schakelen en de
vooruit-/achteruitpedaal te bedienen.
2. Laat het maaidek neer.
3. Schakel het maaimechanisme in door de
krachtafneemschakelaar uit te trekken totdat deze
in positie klikt.
4. Ontspan de rem(men) en druk de bovenkant van
de vooruit-/achteruitpedaal rustig in om vooruit te
rijden. Houd de voet altijd stevig op de pedaal,
aangezien een te ontspannen voetbediening kan
resulteren in schokkerig rijden.
5. Bedien de machine ingeval van zware grasgroei
niet met minder dan volgas aangezien overmatige
slijtage daarvan het gevolg kan zijn. Om het
zwoegen van de motor te beperken dient de
rijsnelheid te worden verminderd via de vooruit-/
achteruitpedaal.
6. Om achteruit te rijden dient de onderkant van de
vooruit-/achteruitpedaal rustig met de hiel te
worden ingedrukt.
NL-16
RANSOMES 700 Serie EC Tractors
BEDIENINGS- EN VEILIGHEIDSHANDLEIDING
OPMERKINGEN:
- Gebruik de hele voet om het rijden in voor- en
achterwaartse richting te dirigeren. Zorg ervoor
dat de neutrale grendel blijft ingedrukt.
- Bedien de vooruit-/achteruitpedaal altijd kalm en
evenwichtig. Ga nooit plotseling of ruw over van
de voorwaartse naar de achterwaartse positie en
omgekeerd.
- De voetpedaalhielplaat kan worden verwijderd
door de twee schroeven aan de onderzijde te
verwijderen. Sommige bestuurders vinden het
gerieflijker om zonder hielplaat te werken.
VAART VERMINDEREN/STOPPEN
Beweeg de voetpedaal langzaam naar de vrijstand.
Wanneer de machine stilhoudt dient de rem te
worden ingeschakeld.
HET NEMEN VAN EEN STOEPRAND
Nader de te beklimmen stoeprand met geheven
maaidek, langzaam en onder een hoek.
DUWEN VAN DE TRACTOR MET STILGEZETTE
MOTOR
Een sleepklep rechts van de tractieaandrijfpomp kan
hydraulische druk vrijgeven ten behoeve van
sleepwerk.
- Borgmoer (Q) moet worden gelost met een
steeksleutel en vervolgens vastgehouden terwijl
de zeskante tapbout (S) 3-4 slagen wordt
uitgedraaid.
- Om de druk voor normale werking weer te
herstellen moet de tapbout volledig worden
ingedraaid en de borgmoer weer stevig worden
vastgezet.
- Het sleepklephuis (R) mag niet worden gelost of
verwijderd.
- Beperk de sleepsnelheid tot 3-5 km/uur.