Télécharger Imprimer la page

avanos MIC Mode D'emploi page 46

Masquer les pouces Voir aussi pour MIC:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 6
• Oefen bij het doorspoelen van de sonde geen overmatige kracht uit. Het
uitoefenen van overmatige kracht kan leiden tot perforatie van de sonde,
wat letsel van het maag-darmkanaal tot gevolg kan hebben.
• Noteer de tijd en de gebruikte hoeveelheid water in het dossier van de
patiënt. Zo kunnen alle verzorgers de behoeften van de patiënt nauwkeuriger
controleren.
Toedienen van voeding
1. Open de dop op de toegangspoort van de maagsonde.
2. Gebruik een ENFit®-spuit om de sonde met de voorgeschreven hoeveelheid
water door te spoelen, zoals in de 'Algemene richtlijnen voor het doorspoelen
van de sonde' wordt beschreven.
3. Verwijder de doorspoelspuit uit de toegangspoort.
4. Bevestig de ENFit®-voedingsset of een ENFit®-spuit stevig op de
toegangspoort.
Let op: draai de connector van de voedingsset of de spuit niet te strak op
de toegangspoort vast.
5. Voltooi het toedienen van de voeding volgens de instructies van de arts.
6. Verwijder de voedingsset of de spuit uit de toegangspoort.
7. Gebruik een ENFit®-spuit om de sonde met de voorgeschreven hoeveelheid
water door te spoelen, zoals in de 'Algemene richtlijnen voor het doorspoelen
van de sonde' wordt beschreven.
8. Verwijder de doorspoelspuit uit de toegangspoort.
9. Plaats de dop weer op de toegangspoort om deze te sluiten.
Toediening van medicijnen
Gebruik zo mogelijk vloeibare medicijnen en raadpleeg de apotheker om na te
gaan of het veilig is om in tabletvorm geleverde medicijnen tot een poeder fijn
te stampen en met water aan te lengen. Als dit veilig is, moeten medicijnen in
tabletvorm tot poeder worden fijngestampt en in warm water worden opgelost
voordat ze via de voedingssonde worden toegediend. Stamp medicijnen met een
maagsapresistente coating nooit fijn en vermeng medicijnen niet met vloeibare
sondevoeding.
1. Open de dop op de toegangspoort van de maagsonde.
2. Gebruik een ENFit®-spuit om de sonde met de voorgeschreven hoeveelheid
water door te spoelen, zoals in de 'Algemene richtlijnen voor het doorspoelen
van de sonde' wordt beschreven.
3. Verwijder de doorspoelspuit uit de toegangspoort.
4. Bevestig een ENFit®-spuit die medicatie bevat stevig op de toegangspoort.
Let op: draai de connector van de spuit niet te strak op de toegangspoort
vast.
5. Dien de medicatie toe door het indrukken van de zuiger van de ENFit®-spuit.
6. Verwijder de spuit uit de toegangspoort.
7. Gebruik een ENFit®-spuit om de sonde met de voorgeschreven hoeveelheid
water door te spoelen, zoals in de 'Algemene richtlijnen voor het doorspoelen
van de sonde' wordt beschreven.
8. Verwijder de doorspoelspuit uit de toegangspoort.
9. Plaats de dop weer op de toegangspoort om deze te sluiten.
Decompressie van de maag
Decompressie van de maag kan plaatsvinden via zwaartekrachtdrainage of via
intermitterende afzuiging met lage onderdruk.
1. Open de dop op de toegangspoort van de maagsonde.
2. Plaats voor zwaartekrachtdrainage de geopende toegangspoort van de
maagsonde rechtstreeks boven de opening van een hiervoor geschikte
container.
NB: zorg ervoor dat de geopende toegangspoort zich onder de stoma bevindt.
3. Bevestig voor intermitterende afzuiging met lage onderdruk een ENFit
op de toegangspoort.
4. Pas intermitterende afzuiging met lage onderdruk toe door de zuiger
langzaam en met korte tussenpozen uit de spuit terug te trekken.
Waarschuwing: zuig niet continu en niet onder hoge druk af.
Door hoge druk kan de sonde dichtklappen of het maagweefsel
beschadigen en een bloeding veroorzaken.
5. Koppel de decompressiespuit los van de toegangspoort.
6. Gebruik een ENFit®-spuit om de sonde met de voorgeschreven hoeveelheid
water door te spoelen, zoals in de 'Algemene richtlijnen voor het doorspoelen
van de sonde' wordt beschreven.
7. Verwijder de doorspoelspuit uit de toegangspoort.
8. Plaats de dop weer op de toegangspoort om deze te sluiten.
Onderhoud van de ballon
De levensduur van de ballon kan niet nauwkeurig worden voorspeld.
Siliconenballonen gaan gewoonlijk 1–8 maanden mee, maar de levensduur van
de ballon varieert aan de hand van verscheidene factoren. Deze factoren kunnen
onder meer zijn: medicijnen, watervolume dat is gebruikt voor het opblazen van
de ballon, pH van de maag en verzorging van de sonde.
Controleer het watervolume in de ballon eens per week.
• Steek het uitstekende deel van een Luer-spuit in de balloninflatiepoort (BAL)
en trek de vloeistof eruit terwijl de sonde op zijn plaats wordt gehouden.
Vergelijk de hoeveelheid water in de spuit met de aanbevolen hoeveelheid
of met de hoeveelheid die aanvankelijk werd voorgeschreven en in het
dossier van de patiënt werd genoteerd. Als de hoeveelheid lager is dan de
aanbevolen hoeveelheid, vul dan de ballon met het water dat eerst werd
verwijderd, trek het op en voeg de hoeveelheid toe die nodig is om het
volume van de ballon op de aanbevolen en voorgeschreven hoeveelheid
water te krijgen Let erop dat er rondom de sonde wat maaginhoud kan
lekken tijdens het leeglopen van de ballon. Noteer het vochtvolume, noteer
hoeveel vocht er wordt vervangen (als dat gebeurt), en noteer de datum en
het tijdstip.
• Wacht 10–20 minuten en herhaal de procedure. De ballon lekt als er vocht
verloren is gegaan. De sonde moet dan worden vervangen. Een leeggelopen
of gescheurde ballon kan er de oorzaak van zijn dat de sonde losraakt of
Diameter
46
Geproduceerd zonder
Ballonvolume
natuurlijke rubberlatex
verschuift. Als de ballon gescheurd is, moet deze worden vervangen. Zet de
sonde in de juiste positie met behulp van tape, en volg daarna het protocol
van de instelling en/of bel de arts voor instructies.
Let op: vul de ballon en gebruik hiervoor steriel of gedistilleerd water,
geen lucht of fysiologische zoutoplossing. Fysiologische zoutoplossing
kan kristalliseren, waardoor de klep of het lumen van de ballon verstopt
kan raken, waardoor de ballon dichtklapt. Let erop dat de aanbevolen
hoeveelheid water wordt gebruikt, omdat het lumen door een te hard
opblazen ballon kan worden afgesloten, terwijl bij een te zacht opgeblazen
ballon de sonde niet stevig genoeg op zijn plek wordt gefixeerd.
Controlelijst voor dagelijkse verzorging en
onderhoud
• Beoordeel de patiënt op tekenen van pijn, druk en ongemak.
• Beoordeel de stomaplaats op tekenen van infectie, zoals roodheid, irritatie,
oedeem, zwelling, gevoeligheid, warmte, uitslag of maag/darmdrainage.
Beoordeel de patiënt op tekenen van druknecrose, huidafbraak en
hypergranulatieweefsel.
• Reinig de stomaplaats met warm water en milde zeep.
• Maak hierbij een cirkelvormige beweging, van de sonde naar buiten toe.
• Grondig spoelen en goed drogen.
• Beoordeel de sonde op afwijkingen als beschadiging, verstopping of
afwijkende kleur.
• Reinig de voedingssonde met warm water en milde zeep en zorg er daarbij
zorgvuldig voor niet overmatig aan de sonde te trekken of deze te sterk te
manipuleren.
• Grondig spoelen en goed drogen.
• Reinig de maagingang en de opblaaspoort van de ballon. Gebruik een
wattenstaafje of een zachte doek voor het verwijderen van alle resten
sondevoeding en medicatie.
• Draai de sonde dagelijks 360 graden plus een kwart draai.
• Controleer of de SECUR-LOK*-ring 1-2 mm boven de huid ligt.
• Spoel de voedingssonde zoals in de 'Algemene richtlijnen voor het
doorspoelen van de sonde' wordt beschreven.
Occlusie van de sonde
Occlusie van de sonde wordt in het algemeen veroorzaakt door:
• slechte doorspoeltechnieken
• niet doorspoelen na meting van maagresidu
• onjuiste toediening van medicijnen
• pilfragmenten
• dikke sondevoeding, zoals geconcentreerde, in een blender geprepareerde of
verrijkte sondevoeding die gewoonlijk dikker is en deeltjes kan bevatten
• verontreiniging van de sondevoeding die tot stolling leidt
• reflux van de maag- of darminhoud tot in de sonde
De sonde weer doorgankelijk maken
1. Controleer of de voedingssonde niet geknikt of afgeklemd is.
2. Indien de verstopping boven het huidoppervlak zichtbaar is, moet de sonde
voorzichtig tussen de vingers worden gemasseerd of leeg worden geduwd
om de verstopping te verhelpen.
3. Sluit een met warm water gevulde ENFit®-spuit van 30 tot 60 ml op de juiste
toegangspoort van de sonde aan, trek deze voorzichtig terug en trek daarna
de zuiger in om de verstopping van zijn plaats te krijgen.
4. Indien de verstopping niet is verholpen, moet stap 3 worden herhaald.
Door afwisselend voorzichtig af te zuigen en druk op de injectiespuit uit te
oefenen worden de meeste obstructies verholpen.
5. Als dit niet helpt, raadpleeg dan de arts. Gebruik geen cranberrysap,
-spuit
®
coladranken, vleesvermalser of chymotrypsine, omdat deze producten
juist verstoppingen kunnen veroorzaken en bij sommige patiënten tot
bijwerkingen kunnen leiden. Is de verstopping zo hardnekkig dat die niet kan
worden verwijderd, dan moet de sonde worden vervangen.
Let op: breng via de sonde geen vreemde voorwerpen in.
MRI-veiligheidsinformatie
De MIC* Gastrostomiesondes zijn MR-veilig.
Waarschuwing: uitsluitend bedoeld voor enterale voeding en/of
enterale medicatie.
Neem voor meer informatie binnen de Verenigde Staten contact op via
+ 1-844-4AVANOS (1-844-428-2667) of bezoek onze website via www.avanos.
com.
Voorlichtingsfolders: op verzoek zijn de folders 'Een gids voor de juiste
verzorging' en 'Gids voor het oplossen van problemen met een stomaplaats en
een enterale voedingssonde' verkrijgbaar. Neem contact op met uw plaatselijke
vertegenwoordiger of met de klantenservice.
In dit product is GEEN
DEHP als weekmaker gebruikt
MR-veilig

Publicité

loading

Produits Connexes pour avanos MIC