Publicité
9.
Montage
Om verpakkingstechnische redenen is uw houtsplijter
niet volledig gemonteerd.
Aanwijzing:
Door het hoge productgewicht adviseren wij de mon-
tage uit te voeren met ten minste twee personen.
Voor de montage heb je nodig:
• 2x steeksleutel / dopsleutel SW 13 mm
• 1x steeksleutel / dopsleutel SW 16 mm
• 1x inbussleutel 8 mm
• Vet- of spuitolie
Montagemateriaal is niet bij de levering inbegrepen.
9.1
Transportwielen (11) monteren (afb. 4, 4a)
1.
Schuif de wielassen (F) door de boorgaten aan de
achteronderzijde aan het einde van de houtsplijter.
2.
Breng aan beide zijden een sluitring (G) aan.
3.
Leid het transportwiel (11) op de wielas (F). Zet ze
vervolgens vast met elk een sluitring (G) en een
splitpen (H). Buig de splitpen (H) iets om.
4.
Breng aansluitend aan beide zijden de wieldoppen
(I) aan.
9.2
Bedieningsarmen (6) monteren (afb. 5, 5a)
Aanwijzing: De bedieningsarmen (6) zijn aange-
duid met L (links) en R (rechts).
1.
Trek de borgclip (28) er uit en verwijder de steun-
bout (26).
2.
Breng een lichte laag vet of spuitolie aan op de
bovenste en onderste steunpunten (6a) van de be-
dieningsarmen (6).
3.
Bevestig de bedieningsarm (6). Breng gelijktijdig
de tuimelschakelaar (27) door de sleuf van de be-
dieningshendel (16).
4.
Zet de bedieningsarmen (6) vast met de beves-
tigingsbout (26) door de gaten uit te lijnen en de
bevestigingsbout (26) te bevestigen.
5.
Borg de steunbouten (26) nu met een borgclip (28).
6.
Herhaal deze werkwijze aan de tegenoverliggen-
de zijde.
9.3
Bevestigingsklauwen (18) monteren (afb. 6, 6a)
1.
Om de bevestigingsklauwen (18) te monteren,
moet u eerst de bovenste borgmoer van de slot-
bout demonteren met een steeksleutel/dopsleutel
SW 13 mm. Houd hiervoor de slotbout met een
vinger door het gat (18a), zodat deze niet in de
buis valt.
100 | NL
2.
Plaats de Bevestigingsklauw (18) op de bovenste
slotbout en draai de borgmoer er twee slagen op
(niet vastdraaien).
3.
Herhaal deze werkwijze met de onderste slotbout.
4.
Haal de borgmoeren goed aan met een steeksleu-
tel/dopsleutel SW 13 mm.
5.
Stel eventueel de aanslagschroeven (29) met een
inbussleutel 8 mm aan beide zijden zo af, dat de
bevestigingsklauwen (18) de splijtwig (4) niet raken.
9.4
Veiligheidsbeugel (15) monteren (afb. 7)
1.
Schuif de veiligheidsbeugel (15) in de houder
(15a).
2.
Steek de zeskantige schroeven M8x50 mm (K)
met elk een volgring door de gaten.
3.
Zet de zeskantige bouten M8x50 mm (K) vast met
elk een volgring en een borgmoer. Gebruik twee
steeksleutels/dopsleutels SW 13 mm.
4.
Monteer op dezelfde manier de tweede veilig-
heidsbeugel (15).
9.5
Koppelstukken (12) monteren (afb. 8)
1.
Neem de koppelstukken (12) en bevestig ze aan
beide zijden op de grondplaat met de zeskantbou-
ten M10x25 mm (J) en telkens een volgring op de
grondplaat (13). Gebruik een steeksleutel/dops-
leutel SW16 mm.
9.6
Kettinghaak (2) monteren (afb. 9, 9a)
1.
Monteer de kettinghaak (2) met twee zeskantbou-
ten M12x40 mm (A), volgringen en borgmoeren
op de houder op de spleetkolom (1). Gebruik twee
steeksleutels/dopsleutels SW 19 mm.
9.7
Hefhaak (9) monteren (afb. 9, 10)
Aanwijzing: De ketting van de hefhaak mag om vei-
ligheidsredenen uitsluitend met de laatste schakel
in de kettinghaak worden gehangen.
1.
Monteer de hefhaak (9) met een zeskantbout
M12x70 mm (D), volgring en borgmoer op de hou-
der van de grondplaat(13), de borgmoer moet zich
aan de rechterzijde (in de richting van de wielen)
bevinden! Gebruik twee steeksleutels/dopsleutels
SW 19 mm.
2.
Bevestig de ketting (3) als volgt op de hefhaak (9):
Zeskantbout M10x40 mm (E), volgring, houder
hefhaak, volgring, ketting (3), volgring en borg-
moer. Schroef de borgmoer slechts zo ver dat de
ketting (3) vrij kan bewegen. Let op! De ketting (3)
moet zich soepel op de bout kunnen laten draaien!
3.
Hang het kettingeinde in de kettinghaak (2).
www.scheppach.com
Publicité
