ATIKA KGSZ 305 N Notice Originale page 125

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 28
Veiligheidsbril (bij het zagen van aluminium).
Stofmasker bij stofvervaardigende werkzaamheden
Handschoenen bij het handhaven van de zaagbladen en
ruwe grondstoffen
 Gebruik de zaag alleen op
 stevige
 vlakke
 slipvaste
trillingvrije ondergrond.
 Zorg dat uw werkomgeving op orde is. Rommel kan onge-
vallen veroorzaken.
Houdt de vloer vrij van houtspanen en materiaalresten. U
kunt uitglijden of struikelen.
 Let op de omgevingsinvloeden.
Zet de machine niet aan regen bloot.
Gebruik de machine niet in vochtige of natte omgeving.
Zorg voor voldoende omgevingslicht.
Gebruik de machine niet in de nabijheid van brandbare
vloeistoffen of gassen.
 Bij het zagen van hout dient de machine aan een
stofopvangvoorziening te worden aangesloten.
 Laat de machine nooit zonder toezicht.
 Personen onder 18 jaren mogen de machine niet bedienen.
 Hou andere personen op afstand.
Laat andere personen, in het bijzonder kinderen, het
gereedschap of de kabel niet aanraken.
Houdt ze ver van uw werkplek weg.
 Voorkom een onopzettlijke starten. Vergewist u zich ervan,
dat de schakelaar bij het insteken van de steker in het
stopcontact uitgeschakeld is.
 Neem de correcte werkpositie in. Stelt u zich voor aan de
bedienerkant, frontaal ten opzichte van de zaag rechts naast
de zaagbladlijn.
 Begin met het snijden pas, wanneer het zaagblad het vereist
toerental heeft bereikt.
 Het op het zaagblad vermeld maximum toerental moet
worden opgevolgd.
 Let erop, dat de voorziening voor het zwenken van de arm
bij het verstekzagen veilig bevestigd is.
 Overbelast de machine niet. U werkt beter en zeker met de
juiste belasting van de machine.
 Maak geen gebruik van machines met een zwak vermogen
voor zware werkzaamheden.
 Gebruik de machine slechts met compleet en correct
aangebrachte veiligheidsvoorzieningen en verander aan de
machine niets, wat de veiligheid zou kunnen belemmeren.
Let erop dat de onderste beschermkap vrij beweeglijk is.
 Maak alleen gebruik van de zaag, wanneer de
veiligheidsvoorzieningen goed werkend zijn, zich in goede
toestand en in geschikte positie bevinden.
 Maak niet gebruik van gescheurde zaagbladen of zulke die
hun vorm hebben veranderd.
 Vervang versleten tafelinzetstukken.
 Storing in de machine, inclusieve de veiligheidsvoorzienin-
gen of zaagbladen, dienen, zodra ze ontdekt worden aan de
voor de veiligheid verantwoordelijke persoon te worden
gemeld.
 Gebruik slechts scherpe zaagbladen, omdat stompe
zaagbladen niet alleen het terugslaggevaar verhogen, maar
ook de motor belasten.
124
 Gebruik geen zaagbladen uit hoogwaardige staal (HHS),
omdat deze staal hard en bros is, alleen werktuigen volgens
EN 847-1 mogen worden toegepast.
Het gebruik van andere werktuigen en andere
toebehoren kan een verwondingsgevaar voor u betekenen.
Let erop dat het zaagblad met de onder „Technische
gegevens" vermelde afmetingen overeenstemt en voor het
materiaal van het werkstuk geschikt is.
 Let erop, dat het op het zaagblad vermeld toerental ten
minste zo hoog is, dan het op de zaag vermeld toerental.
 Zag dunne of dunwandige werkstukken alleen met
fijntandige zaagbladen.
 Zaag steeds enkel één werkstuk. Nooit meerdere
werkstukken gelijktijdig of tot een bundel samengevatte
afzonderlijke stukken zagen. Er bestaat gevaar, dat
afzonderlijke stukken van het zaagblad ongecontroleerd
worden gegrepen.
 Gebruik een werkstuksteun (b.v. rolstator/ -tafel) voor het
steunen van lange werkstukken. De werkstuksteun is correct
ingesteld, wanneer de draaitafel en de werkstuksteun op
gelijke hoogte zijn.
 Gebruik de zaag niet voor doeleinden voor die ze nicht zijn
bestemd (zie Reglementaire toepassing).
 De machine nooit voor het snijden van andere dan door de
producent vermelde grondstoffen toepassen.
 Verwijder vóór het zagen alle nagels en metalen voorwerpen
uit het werkstuk.
 Let erop dat het werkstuk geen kabels, touwen, snoeren of
dergelijke omvat.
 Gebruik spanvoorzieningen of een bankschroef om het
werktuig te zekeren.
 Zaag alleen werkstukken met zulke afmetingen die een veilig
houden gedurende het zagen mogelijk maken.
 Gebruik een werkstuksteun (b.v. rolstator/ -tafel) voor het
steunen van lange werkstukken. De werkstuksteun is correct
ingesteld, wanneer de draaitafel en de werkstuksteun op
gelijke hoogte zijn.
 Houdt steeds voldoende afstand tot het zaagblad. Houdt
gedurende het bedrijf voldoende afstand tot aangedreven
bouwdelen.
 Het zaagblad loopt na. Wacht tot het zaagblad stil staat,
alvorens u splinters, spanen en afvallen verwijdert.
 Vergewis u ervan dat de aansluitingen van de stofafzuiging
en de stofzak (opvanginrichting) aangesloten zijn en juist
gebruikt worden.
 Rem het zaagblad niet door zijdelingse druk af.
Dit toestel vervaardigt laserstraling uit de laserklass 2
volgens EN 60825-1:2007. Er bestaat gevaar van
verblinding.
Kijk niet in de laserstraal, ook niet vanuit een grotere
afstand en richt de laserstraal niet op andere personen of
dieren.
Vervang de ingebouwde laser niet door een laser van
een ander model. Reparaties aan de laser mogen slechts
door de fabrikant of door een geautoriseerde
vertegenwoordiger worden uitgevoerd.
 Schakel de machine uit en neem de steker uit het
stopcontact bij:
Reparatiewerkzaamheden
Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières