Télécharger Imprimer la page

CAIRE Eclipse 5 Manuel D'utilisation page 172

Masquer les pouces Voir aussi pour Eclipse 5:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 27
Eclipse 5
Het eerste gebruik van de Eclipse 5
Stap 1: Uw Eclipse 5 plaatsen voor gebruik
Plaats de Eclipse 5 in een goed
geventileerde, verlichte ruimte.
Zorg ervoor dat de luchtinlaat- en
-uitlaatopeningen niet worden
geblokkeerd.
Plaats de Eclipse 5 dusdanig dat
visuele en geluidsindicatoren of
-alarmen zichtbaar en hoorbaar zijn.
Controleer of de luchtinlaatfilter
aanwezig is voordat u de
Eclipse 5 inschakelt. Als de
luchtinlaatfilter ontbreekt, dient u
contact op te nemen met uw thuiszorgverlener. Als de
luchtinlaatfilter vuil is, kunt u hem wassen met een
warm sopje, spoelen met helder water en laten drogen
voordat u de filter terug plaatst. Vervang het filter
indien nodig door een nieuw, schoon luchtinlaatfilter.
Sluit het apparaat aan op een geaard wisselstroomcontact,
een gelijkstroomvoeding of controleer of er een volledig
geladen accu geïnstalleerd is.
Stap 2:
Schakel het apparaat IN en
laat het opwarmen.
Houd de 'AAN/UIT'-knop twee (2) seconden lang
ingedrukt om de Eclipse 5 IN te schakelen. Er wordt
een korte hoor- en zichtbare zelftest uitgevoerd.
Controleer of alle voedingsindicatoren oplichten en u
een zoemer hoort om na te gaan of het apparaat correct
functioneert.
De Eclipse 5 heeft een indicator voor
zuurstofconcentratie (IZC) ingebouwd. De IZC volgt
continu de zuurstofoutput van het apparaat en voorziet
een groen licht (normaal), een geel licht (waarschuwing)
en een zoemer. Deze indicatoren branden allemaal
tijdens de zelftest bij het opstarten. Na inschakeling
van het apparaat dient u vijf (5) minuten te wachten tot
het de gespecificeerde prestaties bereikt. Als alleen het
groene indicatorlampje brandt, heeft het apparaat de
gespecificeerde prestaties bereikt.
172 - NL
PN 21182453-C4 F | Gebruikershandleiding
Stap 3: Sluit de zuurstoftoevoerslang of
Luchtinlaatfilter
de neuscanule aan op de zuurstofuitgang.
Vervang de canule en zuurstoftoevoerslang
regelmatig, overeenkomstig de aanbevelingen van uw
thuiszorgverlener. Raadpleeg uw thuiszorgverlener
voor informatie over de schoonmaak en vervanging
van slangen en canules.
Opmerking: controleer of de canule correct is geplaatst
en goed vastzit. Zo kan de zuurstofconcentrator
correct de ademhaling detecteren voor de toediening
van zuurstof. Tijdens het inademen, moet u de
zuurstoftoediening via de takken van de neuscanule
horen of voelen. De correcte plaatsing en positionering
Uitlaatopening
van de takken van de neuscanule in uw neus zijn van
cruciaal belang voor de zuurstofhoeveelheid die naar het
ademhalingsstelsel van de eindgebruiker wordt geleid.
Stap 4:
Druk op de debietmodusknop om de gewenste modus
te selecteren. Door herhaaldelijk op de knop te
drukken, schakelt u tussen Pulsdosering en Continu
debiet. De correcte modus en instelling worden
voorgeschreven door uw arts.
Werking modus continu debiet:
Bij Continu debiet stroomt er continu zuurstof
(gemeten in liters per minuut - l/min.) door de slang
en neuscanule.
Werking pulsdoseringsmodus:
Bij gebruik in pulsmodus wordt een bolus van
zuurstof (gemeten in milliliters - ml) toegediend bij
inademing. Gebruik GEEN luchtbevochtiger in de
Pulsdoseringsmodus.
Om een correcte verzadiging te garanderen, dient u
over een voorschrift voor pulsdosering te beschikken
van uw arts, aangepast aan uw behoeften in rust,
in beweging en bij reizen op hoogte. Neem contact
op met uw zorgverlener voor een voorschrift en
reisformulieren.
In de modus Pulsdosering levert de Eclipse 5 een
continu zuurstofdebiet wanneer er geen ademhaling
wordt gedetecteerd. Het apparaat controleert elke
15 seconden automatisch of er wordt ingeademd.
Wanneer er een inademing wordt gedetecteerd, schakelt
het apparaat opnieuw over naar bolustoediening. Druk
op de debietmodusknop om de Pulsdosering te verlaten
en over te gaan naar Continu debiet.
De debietmodus selecteren

Publicité

loading