CAIRE Eclipse 5 Manuel D'utilisation page 160

Eclipse 5
Het gebruikersbedieningspaneel van de Eclipse 5 geeft
belangrijke informatie weer in verband met de werking.
Indicator AAN/UIT-knop (groen): met
deze knop wordt het apparaat in- of
uitgeschakeld. De groene indicator licht op
wanneer het apparaat is ingeschakeld en
correct werkt.
Regelknoppen om het debiet te
verhogen of te verlagen: gebruik deze
knoppen om het debiet te regelen op de
voorgeschreven instelling.
Knop toedieningsmodus en indicator:
De knop schakelt tussen 'Continu debiet'
en 'Pulsdosering'. De modus 'Pulsdosering'
activeert autoSAT-technologie en verlengt
aanzienlijk de zelfstandige gebruiksduur
bij gebruik van de accu. Wanneer de
Pulsdoseringsmodus geactiveerd is, licht
de groene indicator voor pulsdosering op
en wordt er zuurstof toegediend bij elke
inademing.
Technisch alarm met lage prioriteit: deze
indicator licht op om een toestand met
lage prioriteit aan te geven die aandacht
vereist. U kunt het systeem blijven
gebruiken en de probleemoplossingstabel
raadplegen voor de correcte handeling
of contact opnemen met uw
thuiszorgverlener.
Indicator voor debietinstelling:
Dit is een centraal element van uw
bedieningspaneel. Uw thuiszorgverlener
zal het voorgeschreven debiet correct
instellen voor Continu debiet (l/min.)
en/of Pulsdosering (ml). Telkens wanneer
u het apparaat inschakelt, wordt de
voorheen opgeslagen modus en/of
instelling gebruikt.
Voedingspatroonmeter (accu):
deze indicator geeft het resterende
accuvermogen weer. Elk van de vijf
horizontale grijze staven vertegenwoordigt
ongeveer 20% van de totale
laadcapaciteit van de accu. Wanneer
de accu wordt opgeladen, knipperen
de staven opeenvolgend. Als de accu
niet of niet correct is geïnstalleerd, zal
de Voedingspatroonmeter (accu) niet
oplichten maar knipperen.
Externe aan-/uitindicator: wanneer
de Eclipse 5 correct is aangesloten
op het stroomnet en wissel- of
gelijkstroomvoeding gebruikt, zal
deze indicator verschijnen op het
gebruikersbedieningspaneel.
Zoemer: u hoort een geluidssignaal (of zoemer) bij
een waarschuwing of defect, of ter bevestiging van
een geldige druk op een knop.
160 - NL PN 21182453-C4 F | Gebruikershandleiding
3 De Eclipse 5 inschakelen
Aansluiting op de wisselstroomvoeding: steek het
wisselstroomsnoer stevig in de ingang voor externe
voeding aan de rechterkant van het apparaat. Als uw
voeding drie pennen heeft, steek het wisselstroomsnoer
dan in een geaard wisselstroomstopcontact. Als uw
voeding een stekker met twee pennen heeft, steek het
wisselstroomsnoer dan in een geaard of niet geaard
wisselstroomstopcontact.
Stap 1
Als de Eclipse 5 correct is aangesloten, licht er een
groene indicator op, op de wisselstroomvoeding en
verschijnt de indicator voor externe voeding op het
gebruikersbedieningspaneel.
Installatie van de accu: schuif de accu in het lege
vak tot het in de juiste positie klikt en vlak is met
de achterzijde van het apparaat.
Wanneer de accu correct geïnstalleerd is en de Eclipse 5
AAN staat, zal de voedingspatroonmeter worden
weergegeven.
Indicator AAN/UIT-knop (groen)
Houd de 'AAN/UIT'-knop twee (2) seconden lang
ingedrukt om uw Eclipse 5 IN te schakelen. Er wordt
een korte hoor- en zichtbare zelftest uitgevoerd.
Controleer of alle indicatoren oplichten en of u de
zoemer hoort. Houd de 'AAN/UIT'-knop twee (2)
seconden lang ingedrukt om uw Eclipse 5 UIT te
schakelen.
Stap 2