j) Inbouw van de motor
Leg de kruisvormige motordragers (1) op het motorspant en controleer de schroef-
gaten (2) of markeer de nodige gaten. De schroefgaten moeten na het voorboren
met dunne secondenlijm worden vastgemaakt.
Verbind de motordragers met de motor en schroef de eenheid met vier 3 x 10 mm
schroeven vast. De drie aansluitkabels van de motor worden via de driehoekige
opening (3) in het motorspant naar de binnenkant van het model geleid.
k) Toerenteller- en accumontage
Kleef het hakendeel (1) van de meegeleverde klittenband op de accu. Het pluis-
deel van de klittenband wordt op de vliegaccu gekleefd.
De klittenbinder (2) dienst als bijkomende houder om de vliegaccu veilig op zijn
plaats te houden.
Soldeer de bij de accu passende hogestroomstekker (3) aan de toerenteller (4)
en verbind de toerenteller met de drie aansluitkabels van de motor. Om de toeren-
teller aan de zijkant van de romp te bevestigen is dubbelzijdige kleefband (5) of
klittenband geschikt.
86
Afb. 19
Afb. 20