Roller Uni-Press E Notice D'utilisation page 37

Masquer les pouces Voir aussi pour Uni-Press E:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 19
nld
Diepontlading door opslag
Als een relatief weinig geladen accu Li-ion wordt opgeslagen, kan deze bij een
langere opslag door zelfontlading diepontladen raken en zo beschadigd worden.
Accu's Li-ion moeten daarom voor de opslag worden geladen en vervolgens
om de zes maanden bijgeladen en vóór nieuwe belasting nogmaals worden
opgeladen.
LET OP
Voor gebruik de accu laden. Li-ionaccu's dienen regelmatig te worden
bijgeladen, om diepontlading te voorkomen. Bij diepontlading wordt de
accu beschadigd.
1
Gebruik voor het laden uitsluitend een ROLLERʼS snellaadapparaat. Nieuwe en
langere tijd niet gebruikte accu's Li-ion bereiken pas na meerdere laadbeurten
hun volledige capaciteit. Niet-oplaadbare batterijen mogen niet worden opgeladen.
Controle van de laadtoestand voor alle accupersmachines Li-Ion
Alle accupersmachines zijn vanaf 01-01-2011 uitgerust met een elektronische
controle van de laadtoestand door middel van een 2-kleurige, groen-rode led
(23). De led brandt groen, als de accu volledig of nog voldoende geladen is.
De led brandt rood, als de accu moet worden geladen. Als deze toestand tijdens
een persing optreedt en de persbewerking niet voltooid wordt, moet de persing
met een geladen accu Li-ion worden voltooid. Als de aandrijfmachine niet
gebruikt wordt, gaat de led na ca. 2 uur uit. Wanneer de aandrijfmachine opnieuw
wordt ingeschakeld, begint de led weer te branden.
Snellaadapparaat Li-Ion/Ni-Cd (art.-nr. 571560)
Als de netstekker ingestoken is, brandt het linker controlelampje continu groen.
Als een accu in het snellaadapparaat gestoken is, geeft een groen knipperend
controlelampje aan dat de accu geladen wordt. Brandt dit controlelampje continu
groen, dan is de accu opgeladen. Knippert een controlelampje rood, dan is de
accu defect. Brandt een controlelampje continu rood, dan ligt de temperatuur
van het snellaadapparaat en/of de accu buiten het toelaatbare werkbereik van
0°C tot +45°C.
LET OP
De snellaadapparaten zijn niet geschikt voor gebruik in openlucht.
2.2. Montage (wisselen) van de perstang, perstang Mini (Fig. 1 (1)), perstang
(4G) (Fig. 14), perstang (S) (Fig. 15), persring (PR-3S) met tussentang (Fig.
16), persring (PR-3B) met tussentang (Fig. 17) bij radiaalpersen
Trek de netstekker uit of verwijder de accu. Gebruik alleen perstangen, pers-
tangen Mini of persringen met een systeemspecifieke perscontour, die over-
eenstemt met het te persen persfittingsysteem. Perstangen, perstangen Mini
en persringen zijn op de persbekken resp. perssegmenten voorzien van een
letter die de perscontour, en een cijfer dat de grootte aangeeft. De inbouw- en
montagehandleiding van de fabrikant/aanbieder van de te persen persfitting-
systemen moet worden gelezen en nageleefd. De tussentangen zijn eveneens
met een letter en een getal gemarkeerd. Deze markering dient voor het indelen
bij de toelaatbare persring. Pers nooit met niet-passende perstang, perstang
Mini, persring en tussentang (perscontour, grootte). De persverbinding kan dan
onbruikbaar zijn en de machine en perstang, perstang Mini of persring en
tussentang zouden kunnen worden beschadigd.
De aandrijfmachine wordt het beste op een tafel of de vloer gelegd. De montage
(het wisselen) van de perstang, perstang Mini of tussentang kan alleen gebeuren,
als de persrollen (5) helemaal teruggebracht zijn. Indien nodig bij ROLLERʼS
Uni-Press E / ROLLERʼS Uni-Press SE de draairichtingshendel (7) naar links
drukken en de veiligheidstipschakelaar (8) bedienen, bij ROLLERʼS Multi-Press
Mini, ROLLERʼS Uni-Press en ROLLERʼS Multi-Press de terugloopknop (13)
ingedrukt houden tot de persrollen (5) helemaal teruggelopen zijn.
Open de tanghouderbout (2). Druk hiervoor de vergrendelstift/grendel (4) in,
de tanghouderbout (2) springt onder veerbelasting naar buiten. Zet de gekozen
perstang, perstang Mini (1), tussentang (19) in. Schuif de tanghouderbout (2)
naar voren, tot de vergrendelstift/grendel (4) vastklikt. Duw hierbij de drukschuif/
knop (3) direct boven de tanghouderbout (2) naar beneden. Radiaalpersen niet
zonder ingezette perstang, perstang Mini of persring met tussentang starten.
Laat de persbeweging alleen voor de totstandbrenging van een persverbinding
uitvoeren. Zonder perstegendruk van de persfitting wordt de aandrijfmachine
resp. perstang, perstang Mini, persring en tussentang onnodig zwaar belast.
VOORZICHTIG
Nooit bij niet vergrendelde tanghouderbout (2) persen. Breukgevaar!
2.3. Montage (wisselen) van de perskoppen (14) bij axiaalpersen (Fig. 5, 8)
Accu uitnemen. Alleen systeemconforme perskoppen gebruiken. ROLLERʼS
perskoppen zijn met hoofdletters ter herkenning van het drukhulssysteem en
met een getal ter herkenning van de afmeting gekenmerkt. De inbouw- en
montagehandleiding van de fabrikant/aanbieder van het gebruikte systeem
moet worden gelezen en nageleefd. Nooit met niet passende perskoppen
(drukhulssysteem, afmeting) persen. De verbinding kan onbruikbaar zijn en de
machine en de perskoppen kunnen beschadigd worden.
Gekozen perskoppen (14) helemaal insteken, hiertoe draaien tot deze vastklikken
(kogelborging). Perskoppen en opnamegaten in de persvoorziening schoon
houden.
2
2.4. Montage (wisselen) van de optrompkop (16) bij ROLLERʼS Akku-Exparo
Q & E ACC (Fig. 6)
Trek de netstekker uit of verwijder de accu. Alleen originele optrompkoppen
Uponor Quick & Easy gebruiken. De inbouw- en montagehandleiding van de
fabrikant/aanbieder van het gebruikte systeem moet worden gelezen en nage-
leefd. Nooit met niet passende optrompkoppen (systeem, afmeting) optrompen.
De verbinding kan onbruikbaar zijn en de machine en de optromkop kunnen
beschadigd worden. De kegel van de optrompdoorn (18) dient licht te worden
ingevet. Gekozen optrompkop tot de aanslag op de optrompvoorziening
schroeven. De inbouw- en montagehandleiding van de fabrikant/aanbieder van
het gebruikte systeem moet worden gelezen en nageleefd. ROLLERʼS optromp-
koppen P en Cu zijn niet geschikt voor de buisoptrompers ROLLERʼS Akku-
Exparo Q & E ACC en mogen daarom niet worden gebruikt.
2.5. Montage (vervanging) van de optrompkop (16) bij ROLLERʼS Akku-Exparo
Cu ACC (fig. 10)
Verwijder de accu. De kegel van de optrompdoorn dient licht te worden ingevet.
Schroef de gekozen optrompkop tot de aanslag op de optrompvoorziening (15).
De optrompvoorziening moet nu zo worden ingesteld, dat de schuifkracht van
de aandrijfmachine aan het einde van de optromping door de aandrijfmachine
en niet door de optrompkop wordt opgenomen. Hiertoe dient de optrompvoor-
ziening (15) samen met de opgeschroefde optrompkop van de aandrijfmachine
te worden geschroefd. Laat de opschuifzuiger zo ver mogelijk naar voren lopen,
zonder dat de machine op terugloop omschakelt. In deze positie moet de
optrompvoorziening samen met de opgeschroefde optrompkop op de aandrijf-
machine worden geschroefd tot de optrompbekken (17) van de optrompkop
(16) helemaal geopend zijn. In deze stand dient de optrompvoorziening met
de contramoer (24) te worden geborgd.
2.6. Montage (vervanging) van de optrompkop (16) bij ROLLERʼS Akku-Exparo
P, ROLLERʼS Akku-Exparo P ACC (fig. 9)
Verwijder de accu. De kegel van de optrompdoorn (18) dient licht te worden
ingevet. Schroef de gekozen optrompkop (16) tot de aanslag op de optromp-
voorziening (15). Gebruik uitsluitend systeemspecifieke optromkoppen. Optromp-
koppen zijn voorzien van een letter die het drukhulssysteem, en een cijfer dat
de grootte aangeeft. De inbouw- en montagehandleiding van de fabrikant/
aanbieder van het gebruikte systeem moet worden gelezen en nageleefd.
Gebruik nooit niet-passende optrompkoppen (drukhulssysteem, grootte). De
verbinding kan dan onbruikbaar zijn en de machine en optrompkoppen zouden
kunnen worden beschadigd.
LET OP
Zorg ervoor dat de drukhuls bij de optrompbewerking voldoende afstand tot de
optrompkop (16) heeft, omdat anders de optrompbekken (17) kunnen buigen
of breken.
3. Werking
3.1. Radiaalpersen (fig. 1 t/m 4 en 14 t/m 17)
Vóór elk gebruik dient de perstang, perstang Mini, persring en tussentang, met
name de perscontour (11, 22) van de persbekken (10) resp. van alle 3 de
perssegmenten, op schade en slijtage te worden gecontroleerd. Beschadigde
of versleten perstangen, perstangen Mini, persringen en tussentangen mogen
niet meer worden gebruikt. Anders bestaat het risico van niet-correcte persingen
of ongevallen.
Vóór elk gebruik dient met de aandrijfmachine en de te gebruiken perstang,
perstang Mini, persring met tussentang een proefpersing met ingelegde pers-
fitting te worden uitgevoerd. De perstang, perstang Mini (1), persring (20) met
tussentang moeten hierbij mechanisch in de aandrijfmachine passen en volgens
de voorschriften vergrendeld kunnen worden. Als de persing voltooid is, dient
te worden gecontroleerd of de persbekken (10), persringen (20), perssegmenten
(21) zowel aan de punten (fig. 1 en fig. 14 tot 17 bij 'A') als op de tegenoverlig-
gende zijde (fig. 1 en fig. 14 tot 17 bij 'B') volledig sluiten. De dichtheid van de
verbinding moet eveneens worden gecontroleerd (nationale voorschriften,
normen, richtlijnen enz. in acht nemen).
Ontstaat bij het sluiten van de perstang, perstang Mini een duidelijke braam
aan de pershuls, dan kan de persing fout cq. ondicht zijn (zie 5. storingen).
VOORZICHTIG
Om schade aan het persapparaat te voorkomen, dient erop te worden
gelet dat bij werksituaties zoals bijvoorbeeld in fig. 13 t/m 15 getoond,
geen spanning tussen perstang, perstang Mini, persring, tussentang,
fitting en aandrijfmachine optreedt. Er bestaat breukgevaar en wegvlie-
gende delen kunnen ernstig letsel veroorzaken!
3.1.1. Werkvolgorde
Perstang, perstang Mini (1) met de hand zover samendrukken, dat de perstang
over de persfitting geschoven worden kan. Aandrijfmachine met perstang daarbij
haaks t.o.v. de buis op de persfitting plaatsen. Perstang loslaten zodat deze
zich om de persfitting sluit. Aandrijfmachine bij de machinegreep (6) en de
schakelaargreep (9) vasthouden.
Leg de persring (20) om de persfitting. Leg de tussentang (19) in het aandrijf-
machine en vergrendel de tanghouderbout. Duw de tussentang (19) met de
hand zo ver samen, dat de tussentang aan de persring kan worden aangelegd.
Laat de tussentang los, zodat de radiussen van de tussentang stevig op de
cilinderrollen van de persring zitten en de persring goed op de persfitting vastzit.
Bij ROLLERʼS Uni-Press E / ROLLERʼS Uni-Press SE de draairichtingshendel
(7) naar rechts (aanloop) schakelen en de veiligheidstipschakelaar (8) indrukken.
nld

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières