14.7.7 Wiel verwisselen ....................................................
14.7.11 Waterafscheider legen .........................................
14.8 Reinigen....................................................................
14.8.1 Voertuig reinigen ....................................................
14.8.2 Koeler reinigen.......................................................
14.9 Zekeringen ................................................................
14.9.1 Zekeringen in de bestuurderscabine......................
15 Opslag.........................................................................
16.1.1 .............................................................................
1
Algemene instructies
1.1
Inleiding
Voordat u uw voertuig voor het eerst gebruikt, dient u de
originele gebruiksaanwijzing en de veiligheidsinstructies
door te lezen. Houd u hieraan.
Bewaar de gebruiksaanwijzing voor later gebruik of voor
de volgende eigenaar.
1.2
Leveringsomvang
1.2.1 Levering controleren
Meld bij de overdracht van het voertuig gebreken en trans-
portschade meteen aan uw dealer of verkoopvestiging.
1.2.2 Leveromvang MC 250
De volgende voertuigen worden in deze gebruiksaanwij-
zing beschreven:
● Apparaatdrager met VM-motor (R754EU6C) 75 kW
(Euro 6)
met DPF- en SCR-filter
-
● Apparaatdrager met VM-motor (R754ISE5) 54,5 kW (ni-
veau V)
met DPF-filter
-
1.2.3 Uitlaatbehandelingssysteem (ATS)
Instructie
De volgende teksten zijn een uittreksel uit de gebruiksaan-
wijzing van de motorfabrikant.
(VM motor Euro 6)
Het ATS-systeem bestaat uit een katalysator 'Diesel Oxi-
dation Catalyst (DOC)', een deeltjesfilter 'Diesel Particula-
te Filter (DPF)' en uit een katalysator 'Selective Catalyst
Reduction (SCR)'. Deze componenten verbranden de ver-
zamelde deeltjes tijdens een "regeneratieproces' en ver-
minderen de stikstofoxiden (NOx). Voor effectieve
regeneratie moeten de uitlaatgassen gedurende een be-
paalde periode bij een hoge temperatuur uittreden. De uit-
laatgassen moeten een temperatuur hebben die geschikt
is voor regeneratie, anders filtert de DPF continu en loopt
zo het risico van verstopping. Om verstopping van het filter
te voorkomen, wordt een actief geregenereerd nabehan-
delingssysteem gebruikt.
In de uitlaatgassen van een dieselmotor bevinden zich
stikstofoxiden (NOx) die moeten worden gereduceerd. In
overeenstemming met de normen voor verontreinigende
emissies werd het huidige nabehandelingssysteem met
een 'SCR'-systeem geïntegreerd.
144
170
Het systeem voor het verminderen van NOx-gassen be-
171
staat uit een doseerbesturingseenheid (DCU-box), een
171
tank voor de reactievloeistof DEF (Diesel Exhaust Fluid),
171
een DEF-injector en een katalysator-SCR.
172
De vloeistof 'Diesel Exhaust Fluid '(DEF) of bekend als Ad-
172
Blue® als handelsnaam wordt door de doseerbesturing-
172
seenheid (DCU-box) in de injector gepompt. De injector
172
verstuift de vloeistof voor de SCR-katalysator en veroor-
172
zaakt een chemische reactie. Deze chemische reactie zet
172
de stikstofoxiden (NOx) in de uitlaatgassen om in water-
173
damp en stikstof.
173
173
AdBlue® of DEF is een niet-giftige, kleurloze, reukloze en
174
niet-ontvlambare vloeistof. Deze wordt in een speciale
174
container in het voertuig gevuld en in het uitlaatsysteem
174
geïnjecteerd voor het reinigen van de uitlaatgassen.
174
1.3
Garantie
174
In elk land gelden de garantievoorwaarden die door onze
175
verantwoordelijke verkoopmaatschappij zijn uitgegeven.
176
Mogelijke storingen aan uw voertuig verhelpen we binnen
de garantieperiode gratis, voor zover een materiaal- of
productiefout de oorzaak is. Als u gebruik wilt maken van
de garantie, neemt u met uw aankoopbon contact op met
uw distributeur of de dichtstbijzijnde geautoriseerde klan-
tenservice.
1.4
Toebehoren en reserveonderdelen
Gebruik alleen origineel toebehoren en originele reserve-
onderdelen. Deze garanderen een veilige en storingsvrije
werking van het apparaat.
Informatie over toebehoren en reserveonderdelen vindt u
onder www.kaercher.com.
2
Reglementair gebruik
Het voertuig mag alleen reglementair worden gebruikt, zo-
als in deze gebruiksaanwijzing weergegeven en beschre-
ven.
Tot het reglementaire gebruik behoort ook het in acht ne-
men van het voorgeschreven onderhoud.
Het voertuig en de aanbouwapparaten mogen alleen door
personen worden gebruikt, onderhouden en gerepareerd
die hiermee vertrouwd zijn en over de hiermee gepaard
gaande gevaren geïnstrueerd zijn.
Neem de algemene veiligheidsvoorschriften en de voor-
schriften inzake ongevallenpreventie van de wetgever in
acht. Neem ook andere veiligheidstechnische, arbo- en
verkeersregels in acht.
Het voertuig is niet bedoeld om te worden gebruikt met een
frontlader.
Het bedieningspersoneel moet:
● lichamelijk en geestelijk geschikt zijn
● over het gebruik van het voertuig en de aanbouwappa-
raten geïnstrueerd zijn
● Voor het begin van het werk deze gebruiksaanwijzing
alsook de gebruiksaanwijzingen van aanbouwappara-
ten of getrokken apparaten gelezen en begrepen heb-
ben
● de geschiktheid voor het besturen van het voertuig te-
genover de ondernemer aangetoond hebben
● door de ondernemer voor het besturen van het voertuig
aangewezen zijn
2.1
Apparaathouder
Het voertuig is een apparaatdrager waaraan naar wens
verschillende aanbouwapparaten (niet meegeleverd) voor
en ook achter kunnen worden aangebracht.
Nederlands