Conrad 75 13 64 Notice D'emploi page 149

• Verbind de telefoonaansluiting met de aansluiting „LINE" (15) van de alarminstallatie.
• Wordt de telefoonaansluiting, waaraan u de alarminstallatie aansluit, al door een telefoon gebruikt, dan
kunt u aan de aansluiting „PHONE" (14) deze telefoon aansluiten.
• Plaats het deksel van het accuvak terug.
• Bevestig de zojuist ontnomen schroeven.
Let a.u.b. op, zodra het deksel van het accu-
vak geplaatst wordt, wordt ook het sabotage-
contact neergedrukt. Bij het opnieuw openen
van het deksel van het accuvak wordt de inter-
ne alarmgever geactiveerd.
Let dus op, dat tussen het plaatsen van het
deksel van het accuvak en het aandraaien van
de schroeven van het accuvak, het deksel van
het accuvak niet nog eens geopend wordt en
zodoende het sabotagecontact geactiveerd
wordt.
• De wandbevestiging van de alarmcentrale wordt met behulp van twee schroeven en pluggen (worden
meegeleverd) uitgevoerd.
Als eerste moeten op de beoogde montageplaats twee schroeven horizontaal in een afstand van
180mm aangebracht worden. Afhankelijk van de toestand van de muur moeten eerst twee gaten
geboord en pluggen geplaatst worden.
Let op, dat u niet per ongeluk stroom-, gas-, of waterleidingen beschadigt, levensge-
vaar!
• Draai daarna de beide schroeven met een hiervoor geschik-
te schroevendraaier in. Let op, dat de afstand tussen de
onderzijde van de schroefkop en de muur ongeveer 3 mm
bedraagt, zie afbeelding rechts.
• De alarmcentrale wordt met behulp van de beide montage-
sleuven aan de achterzijde over deze schroeven gehangen.
• Steek de netadapter in een 230 V/AC 50 Hz stopcontact.
Na uitgevoerde montage en het aansluiten knipperen aan de voorkant de LEDs „PWR" (7), „ARM" (8) en
de LED „PROG" (9).
148