BFT VISTA SW SXL Instructions D'utilisation Et D'installation page 68

Het is mogelijk direct elektrosloten van 12 en 24 VDC te besturen instelbaar
met de parameter 09 (zie paragraaf "Beheer werkingsparameters - display").
Het maximale vermogen dat voor het elektroslot voorzien is, is 15W
Er kan een feedback commando van het slot beheerd worden dat de staat
van ontgrendeling aangeeft en de beweging activeert. De beheringslogica,
gecombineerd met de tijdparameter zorgt ervoor dat na het commando
gegeven te hebben de centrale op toestemming van het slot wacht en als deze
toestemming niet binnen de maximumtijd komt gaat de deur toch open. [in te
stellen met de parameters 15 en16 (zie paragraaf "Beheer werkingsparameters
- display")
Naar gelang het type elektroslot kan de tijdsduur van het activeringsimpuls
of de vertraging vanaf het ontgrendelingscommando van het slot tot aan de
beweging gewijzigd worden. De parameter heeft een andere betekenis en
een ander instelbereik naar gelang het geselecteerde type slot [in te stellen
met de parameter 11 (zie paragraaf "Beheer werkingsparameters - display").
IMPULS MET VERGRENDELING BIJ
OPNIEUW SLUITEN
MAGNETISCH (met of zonder
grendel):
GEMOTORISEERD:
IMPULS MET VERGRENDELING BIJ
SPANNINGSVRIJGAVE
MAGNETISCH (maglock) met
vertraagde activering tijdens
sluiten
Om het weer sluiten van het elektroslot te garanderen kan de sluitkracht
geregeld worden [in te stellen met de parameter 12 (zie paragraaf "Beheer
werkingsparameters - display")
Mogelijkheid één van de secundaire inputs te gebruiken als handmatig
ontgrendelingscommando van het slot dat parallel met de automatische
ontgrendeling werkt, gebruikt om de deur in de handmatige modus te openen.
[in te stellen met de parameters
15 e16 (zie paragraaf "Beheer werkingsparameters - display")
19) VISTA SW MASTER/SLAVE
De VISTA SW Master/Slave is een verbinding tussen twee automatiseringssystemen
voor deuren met dubbele vleugel. Deze verbinding kan op twee wijzen
verwezenlijkt worden Fig. T:
1. met twee aparte VISTA SW, elk op een vleugel gemonteerd maar met mogelijke
verbinding ertussen
2. met twee aparte VISTA SW onderling verbonden met een verlengingskit (TSWP
XL) Fig. U:
• Verwijder beide zijkanten van de twee automatiseringssystemen.
• Verbind de twee zijdelingse dwarsdragers met de middelste van de kit
met gebruik van de twee verbindingskoppen (Fig. U).
• Verbind de schakelaars van de zijkant met het bedieningspaneel met
behulp van de bekabeling van de kit.
19.1) AANSLUITING PRINTPLATEN
Door middel van een verbinding tussen de klemmen van de keuzeschakelaar
communiceren deze onderling en wisselen ze de nodige informatie uit voor
een correcte werking van de dubbele vleugels. Het basisconcept bestaat uit het
bepalen van een "Master" kaart die de werkingslogica bewerkt en een "Slave"
kaart die de door de Master gegeven commando's opvolgt.
LET OP: voor beide gevallen eerst, voor alle verbindingen te maken, de Master
en Slave vleugel bepalen.
MASTER VLEUGEL: de eerste die open gaat, de laatste die sluit (in geval van
faseverschil)
SLAVE VLEUGEL: de laatste die open gaat, de eerste die sluit (in geval van
faseverschil)
INSTALLATIEHANDLEIDING
definieer t de tijdsduur van het
ontgrendelingsimpuls. De beweging
van de vleugel begint bij de activering
van het feedback signaal of aan het einde
van de impuls.
definieert de maximale vertraging
vanaf het ontgrendelcommando
tot het begin van de beweging. Het
ontgrendelingssignaal blijft actief totdat
de deur weer gesloten is.
definieert de maximale vertraging
vanaf het ontgrendelcommando
tot het begin van de beweging. Het
ontgrendelingssignaal blijft actief totdat
de deur weer gesloten is.
definieer t de tijdsduur van het
ontgrendelingsimpuls. De beweging
van de vleugel begint bij de activering van
het feedback signaal of aan het einde van
de impuls. Bovendien blijft de spanning
op het slot tot een opening van de deur
van ongeveer 10°
Bepaalt de maximale vertraging van de
bediening voor de heractivering als de
deur weer is gesloten.
Verbind de twee klemmen van de keuzeschakelaar voor de communicatie tussen
de kaarten en een correcte werking van de twee automatiseringssystemen. (Fig.
AA)
19.2) CONFIGURATIE PRINTPLATEN
- Op de MASTER kaart parameter 13=1 instellen
- Op de SLAVE kaart parameter 13=2 instellen
LET OP: de twee automatiseringssystemen moeten op dezelfde voedingstak
gemonteerd worden en er mogen geen schakelaars of zekeringen tussen de
twee systemen geplaatst worden. De eventueel aanwezige randapparaten
PHOT CLOSE, KEY, EXT RADAR en INT RADAR moeten alleen op de MASTER kaart
worden aangesloten.
De veiligheidssensors (PHOT OPEN en PHOT CLOSE) moeten daarentegen op
beide kaarten aangesloten en bestuurd worden.
- SYNCHRONE vleugels: alleen op de MASTER printplaat de parameter 21 =0 en
de parameter 22 =0 instellen
- NIET SYNCHRONE vleugels: op de MASTER printplaat de parameter 21 en de
parameter 22 op een waarde hoger dan 0 instellen.
Om de automatiseringssystemen in werking te stellen, de handelingen van
paragraaf "Inbedrijfstelling" herhalen, waarbij de Autoset alleen vanaf de als
MASTER geconfigureerde printplaat moet worden uitgevoerd.
LET OP: als de Autoset manoeuvre begint start eerst alleen de Master vleugel. Dan
moet de vleugel in zijn gewenste maximale openingsstand gestopt worden. Gelijk
daarna begint de Slave vleugel te bewegen en moet ook deze in de gewenste
maximale openingsstand gestopt worden. Direct daarna sluiten beide vleugels
volledig en knippert op het display CL. Wanneer beide vleugels gesloten zijn blijft
CL ononderbroken branden en is de deur klaar voor de werking.
De omkering van richting (EXT of INT RADAR, PHOT OPEN en PHOT CLOSE,
beknellingsbeveiliging) vindt tegelijkertijd voor beide vleugels plaats.
De besturing van het elektroslot met hun desbetreffende werkingslogica's
is op beide printplaten toegestaan, net als voor het geval van enkele
automatiseringssystemen.
De Push&Go werking kan op beide automatiseringssystemen geactiveerd worden,
net als voor het geval van enkele automatiseringssystemen. Als er een poging
tot openen van één van de twee automatiseringssystemen wordt gedetecteerd,
gaan beide vleugels open.
De beknellingsbeveiligingen en de detectie van obstakels worden apart en
onafhankelijk van elkaar door beide printplaten bestuurd.
Als één printplaat een mogelijke beknelling tijdens het sluiten waarneemt,
onderbreekt hij de beweging van beide vleugels en brengt ze langzaam in
volledige openingsstand.
Als één printplaat een mogelijke beknelling tijdens het openen waarneemt,
onderbreekt hij de beweging van deze vleugel en brengt hem langzaam in
volledig gesloten stand. De andere vleugel, die ondertussen helemaal open is
gegaan, wacht dan op de betreffende vleugel voor te sluiten.
20) AANSLUITING EN GEBRUIK INTERLOCK
De centrale van het automatiseringssysteem VISTA SW kan in interlock modus
werken door middel van een verbinding met een elektronische centrale van
dezelfde familie. Bij interlock werking kan een deur alleen open gaan als de
andere niet in beweging is. Om twee automatiseringssystemen te interlocken
als volgt te werk gaan
(Fig. AB):
• verbind de klem AUX IN 1 van de kaart MET VOORRANG met de klem AUX OUT
1 - A van de kaart ZONDER VOORRANG
• verbind de klem COM van de kaart MET VOORRANG met de klem AUX OUT
1 - B van de kaart ZONDER VOORRANG
• verbind de klem AUX OUT 1- A van de kaart MET VOORRANG met de klem AUX
IN 1 van de kaart ZONDER VOORRANG
• verbind de klem AUX OUT 1- B van de kaart MET VOORRANG met de klem COM
van de kaart ZONDER VOORANG
Gebruik voor de verbinding een afgeschermde kabel 4x0.22 en verbind de
afscherming niet.
Als de sensors op beide deuren tegelijk het openen ervan aansturen, dan moet
er een openingsprioriteit bepaald worden; configureer daarom één deur in de
modus MET VOORANG en de andere in de modus ZONDER VOORRANG door dit
op elk display in te stellen (zie paragraaf "Beheer werkingsparameters - display"):
• op de kaart MET VOORRANG de parameter 15 =2 instellen;
• op de kaart MET VOORRANG de parameter 17 =1 instellen;
• op de kaart ZONDER VOORRANG de parameter 15 =3 instellen;
• op de kaart ZONDER VOORRANG de parameter 17 =1 instellen;
In geval van gelijktijdige openingssignalen gaat de deur die als MET
VOORRANG geselecteerd is open.
LET OP: Verwijder de jumper bij de klem aan de kant van de connector AUX
OUT - 1, zowel op de kaart met voorrang als op de kaart zonder voorrang (Fig.
AB)
www.bftme.ae