Algemeen; Toegepaste Begrippen En Afkortingen - Greifzug tirak XA 300 P Mode D'emploi

Montage- en bedieningshandleiding
1

Algemeen

Uitgavedatum
1e oplage: 08/2010
Auteursrecht
De auteursrechten over deze handleiding berusten bij de
Greifzug Hebezeugbau GmbH.
Deze handleiding is alleen bestemd voor de exploitant van de
hierin beschreven installaties en voor diens personeel. Deze
handleiding moet voor elke gebruiker/bedienende persoon
toegankelijk zijn. Verdere exemplaren kunnen aangevraagd
worden.
Zonder toestemming van de Greifzug Hebezeugbau GmbH
mogen geen bestanddelen van deze handleiding worden
vermenigvuldigd, verspreid of op andere wijze openbaar worden
gemaakt.
Overtredingen kunnen strafrechtelijk worden vervolgd.
Adres van de producent
Verkoop- en servicelocatie:
Greifzug Hebezeugbau GmbH
Scheidtbachstraße 19-21
51469 Bergisch Gladbach, Duitsland
Postfach 20 04 40
51434 Bergisch Gladbach, Duitsland
Telefoon: +49 (0) 22 02 / 10 04-0
Telefax: +49 (0) 22 02 / 10 04-50 + 70
De Greifzug Hebezeugbau GmbH behoudt zich het recht voor in
het kader van de productverbetering alle mogelijke wijzigingen uit
te voeren aan het product dat in deze handleiding wordt
beschreven.
Klanten kunnen via de ondernemingen van de TRACTEL-groep
en de door de TRACTEL-groep
onderhoudsbedrijven op aanvraag documentatie over andere
TRACTEL-producten ontvangen: hefwerktuig en de bijbehorende
toebehoren, vast geïnstalleerde of mobiele werkplatforms voor
het bewegen langs de binnen- en buitenkant van gebouwen,
aanslagmiddelen, opvangvoorzieningen voor lasten, persoonlijke
beschermuitrusting tegen
kabelspanningsmeters etc.. Bezoek hiervoor ook de TRACTEL-
website www.tractel.com.
De TRACTEL-groep en het dealernetwerk bieden u desgewenst
aanvullende klantenservice en reparatiediensten.
1.1 Toegepaste begrippen en afkortin-
gen
In deze handleiding hebben de onderstaande begrippen de
volgende betekenissen:
Installatie / machine
In de zin van de machinerichtlijn 2006/42/EG gelden
lastopnamemiddelen, hijswerktuigen en aanslagmiddelen voor
hijswerkzaamheden als machine. Met installatie of ook machine
NL–2
geautoriseerde
neerstorten, trekkracht-
wordt de inrichting aangeduid, waarin de hier beschreven
machine ingebouwd wordt.
Installatiefabrikant
De installatiefabrikant (installatieplanner, installatiefabrikant,
montagebedrijf) is diegene die de installatie en alle noodzakelijke
componenten op de markt brengt. De installatiefabrikant is
verantwoordelijk voor het ontwerp, de vervaardiging, de montage
en het in het verkeer brengen.
Aanslagmiddelen
Aanslagmiddelen zijn niet tot het hijswerktuig behorende
inrichtingen die een verbinding tussen het draagmiddel en de last
of tussen het draagmiddel en het lastopnamemiddel tot stand
brengen (bijv. kabelstroppen, stroppen, schakels, wartelhaken,
ooghaken, omkeerrollen).
Aanslagpunt, ophangpunt
Onderdeel van de ophangconstructie aan gebouwzijde, waaraan
de draagkabel, de veiligheidskabel, omkeerrolen of het
hijswerktuig aangeslagen worden.
Operator
Persoon die door de exploitant in de bediening van het product
wordt geïnstrueerd en met het gebruik ervan wordt belast.
Operator (PAM)
Een hiertoe benoemde en voor werkzaamheden in de hoogte
overeenkomstig opgeleide persoon die door zijn kennis en
praktijkervaring en voorzien van de noodzakelijke aanwijzingen
in staat is de noodzakelijke bedieningsstappen uit te voeren.
Exploitant
De exploitant is verantwoordelijk voor de reglementaire werking
van de installatie/van het apparaat en voor de naleving van de
onderhoudsintervallen en het uitvoeren van reparatiewerk-
zaamheden.
Vakkundige elektromonteur
Elektromonteur is diegene die over voldoende kennis beschikt of
door een opleiding de noodzakelijke kwalificaties heeft verkregen
om risico's te herkennen en de gevaren te vermijden die van
elektriciteit kunnen uitgaan.
Opvangvoorziening
Inrichting voor het opvangen van lastopnamemiddelen voor
materiaal bij breuk van de draagkabel of storingen bijv. falen van
de aandrijving.
en
Hijswerktuig / machine voor het hijsen van lasten
Apparaat of inrichting bestaand uit een apparaat met
draagmiddelen voor het hijsen of verplaatsen van lasten (bijv.
kabellier of kabellier met kabel en wartelhaak).
Klant/eindklant
De klant of eindklant is de klant van de installatiefabrikant en kan
gelijktijdig ook de exploitant zijn.
Lastopnamemiddelen (LAM)
Een niet tot het hijswerktuig behorende component of uitrusting,
die het mogelijk maakt om de last aan te slaan en tussen
machine en last of aan de last zelf aangebracht wordt of ertoe
bestemd is om een integraal bestanddeel van de last te worden.
Als lastopnamemiddelen gelden ook aanslagmiddelen en hun
bestanddelen.
Materiaalopnamemiddel (MAM)
Lastopnamemiddel voor materiaal.
Rev. 08/2010