Wilo CRONOLINE-IL-E Série Notice De Montage Et De Mise En Service page 214

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Nederlands
r ≈ 2,5 * (d-2s)
5 x DN
Afb. 21: Stabiliseringszone voor en achter
de pomp
206
OPMERKING:
Voor en achter de pomp dienen altijd afsluitinrichtingen te worden
ingebouwd om te voorkomen dat de gehele installatie bij het contro-
leren of vervangen van de pomp wordt geleegd. Aan de perszijde van
elke pomp moet een terugslagklep worden ingebouwd.
AANWIJZING:
Voor en achter de pomp moet een stabiliseringszone in de vorm van
een rechte leiding worden voorzien. De lengte van deze stabilise-
ringszone moet minimaal 5 x DN van de pompflens bedragen
(afb. 21). Deze maatregel dient om stromingscavitatie te voorkomen.
• Leidingen en pomp vrij van mechanische spanningen monteren. De
leidingen moeten zo bevestigd worden dat het gewicht van de leidin-
gen niet door de pomp wordt gedragen.
• De stroomrichting moet overeenkomen met de pijl op de flens van het
pomphuis.
• Het ontluchtingsventiel aan het lantaarnstuk (afb. 6, pos. 1.31) moet
bij horizontale motoras steeds naar boven gericht zijn (Fig. 6b:). Bij
verticale motoras is elke oriëntering toegestaan. Zie hiervoor ook
Afb. 18: "Toegestane inbouwposities met horizontale motoras" op
pagina 204 of Afb. 19: "Toegestane inbouwposities met verticale
motoras" op pagina 204.
• Elke inbouwpositie behalve "Motor naar beneden" is toegestaan.
• De elektronicamodule mag niet naar beneden wijzen. Indien nodig kan de
motor na het losdraaien van de zeskantschroeven worden gedraaid.
OPMERKING:
Nadat de zeskantschroeven zijn losgedraaid, is de verschildruksensor
alleen nog aan drukmeetleidingen bevestigd. Bij het draaien van het
motorhuis erop letten dat de drukmeetleidingen niet worden gebo-
gen of geknikt. Bovendien moet erop gelet worden dat de O-ringaf-
dichting van het huis tijdens het verdraaien niet beschadigd raakt.
• Toegestane inbouwposities, zie hoofdstuk 7.1 "Toegestane inbouw-
posities en wijziging van de componentenopstelling vóór de installa-
tie" op pagina 203.
• De inbouwpositie met horizontale motoras is alleen tot een motor-
vermogen van 11 kW toegestaan. Een motorsteun is niet vereist.
• Bij een motorvermogen > 11 kW is alleen de inbouwpositie met verti-
cale motoras nodig.
OPMERKING:
Blokpompen van de serie BL-E moeten op voldoende stevige funda-
menten resp. consoles opgesteld worden.
WILO SE 12/2017

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières