Snoeien (21); Boom Afkorten (22 - 25) - AL-KO solo CS 4235 Mode D'emploi

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 83
NL
Insteek-, langs- en hartsneden moeten alleen
worden uitgevoerd door ervaren of opgeleide per-
sonen (20).
GEVAAR!
Levensgevaar door vallende boom!
Wanneer het niet mogelijk is terug te wij-
ken wanneer een boom omvalt, kan dit
leiden tot ernstig tot zelfs dodelijk letsel!
Pas met de kapwerkzaamheden be-
ginnen nadat een hindernisvrije
vluchtroute vanaf de vallende boom
is gewaarborgd.
GEVAAR!
Levensgevaar door ongecontroleerd
vallende boom!
Een ongecontroleerd vallende boom kan
ernstig of dodelijk letsel veroorzaken!
Om te zorgen dat de boom gecon-
troleerd valt, moet een breuklijst blij-
ven staan tussen de velsnede en de
valkerf; de breedte hiervan moet ca.
1/10 zijn van de stamdikte.
Bij wind geen kapwerkzaamheden
uitvoeren.
7.2

Snoeien (21)

Onder snoeien wordt hier verstaan het afzagen
van de takken van een gevelde boom. Let hierbij
op de volgende punten:
De kettingzaag tijdens de werkzaamheden
met de aanslagkam tegen de boomstam af-
steunen.
Grotere, naar beneden gerichte takken die de
boom ondersteunen voorlopig laten zitten.
Kleinere takken in één keer doorzagen.
Zaag de takken systematisch één voor één
van de boom (21/a). Zaag eerst de takken af
die u in de weg zitten. Zaag dan de takken af
die spanningen veroorzaken. Zaag als laatste
de dikste tak af aan de basis van de boom.
Zaag vrijhangende takken af van de bovenzij-
de (21/b), niet van de onderzijde.
Opletten op onder spanning staande takken;
deze van onderaf naar boven toe doorzagen
(21/c), om te voorkomen dat de kettingzaag
vastklemt.
74
7.3

Boom afkorten (22 - 25)

Onder afkorten wordt hier verstaan het in stukken
zagen van de gevelde boom. Let hierbij op de
volgende punten:
Zorg ervoor dat u stevig staat en uw li-
chaamsgewicht gelijkmatig verdeelt over bei-
de voeten. Indien mogelijk, moet de stam
worden ondersteund door takken, balken of
wiggen.
Op een hellende locatie altijd van bovenaf
ten opzichte van de boomstam werken, om-
dat de boomstam kan wegrollen (22).
De kettingzaag zo hanteren dat er zich geen
lichaamsdelen bevinden in de verlengde
zwenkzone van de zaagketting.
De aanslagkam pal naast de snijkant plaat-
sen en de kettingzaag rondom dit punt draai-
en. Aan het einde van de zaagsnede niet lan-
ger druk uitoefenen.
Om de volledige controle te houden over de
kettingzaag, moet u aan het einde van de
snede de druk op de zaag verminderen, zon-
der daarbij de handgrepen van de ketting-
zaag minder stevig vast te houden.
Erop letten dat de zaagketting niet tegen de
bodem komt.
Wacht na het beëindigen van de zaagsnede
tot de zaagketting stilstaat, alvorens u de ket-
tingzaag verwijdert.
De motor van de kettingzaag altijd uitschake-
len alvorens door te gaan naar de volgende
boom.
De boomstam wordt over de hele lengte gelijk-
matig ondersteund:
De boomstam van bovenaf doorzagen (23/a)
en niet in de bodem zagen.
Boomstam wordt aan één uiteinde ondersteund:
Om het vastklemmen van de kettingzaag en
het splijten van hout te voorkomen, eerst 1/3
van de stamdiameter van onderaf inzagen
(24/a); vervolgens de rest van bovenaf ter
hoogte van de onderste zaagsnede doorza-
gen (24/b).
De boomstam wordt op beide uiteinden onder-
steund:
Om het vastklemmen van de kettingzaag en het
splijten van hout te voorkomen, eerst 1/3 van de
stamdiameter van bovenaf inzagen (25/a); ver-
volgens de rest van onderaf ter hoogte van de
bovenste zaagsnede doorzagen (25/b).
Werkhouding en werktechniek
CS 4235

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières