Onderhoudsschema; Controle Van De Bedrijfsuren Van De Machine; Reiniging Trekker - Nilfisk BR 601 Manuel D'utilisation

ONDERHOUDSSCHEMA

Bediening
Reiniging van de trekker
Reiniging van de schijfborstels/cilindrische borstels
Reiniging van de reservoirs en het aanzuigerrooster
met vlotter
De accu's opladen
Controle en vervanging van de rubbers van de trekker
Controle van de zijflaps
Reiniging van het filter voor de schoonmaakoplossing
Controle van het peil van de vloeistof in de accu's
(WET)
Controle van de bevestiging van schroeven en
moeren
Controle en afstelling van de aandrijfriemen van de
motoren voor de cilindrische borstels
Smering van loper van de trekkerkabel
Controle van de efficiëntie van de elektromagnetische
rem
Controle of vervanging van koolborstels voor de
motoren van de borstels/padhouder
Controle of vervanging van de koolborstels van de
motor van het aanzuigsysteem
Controle of vervanging van de koolborstels van de
motor van het aandrijfsysteem
(1): Na de eerste 8 bedrijfsuren
(2): Onderhoud door een geautoriseerd servicecentrum van Nilfisk-Advance
CONTROLE VAN DE BEDRIJFSUREN VAN DE
MACHINE
1. Steek de contactsleutel (12, Afb. B) in het contact en
draai deze in stand 'I'.
2. Tijdens de eerste 5 seconden dat de machine werkt,
geeft het display (8, Afb. B) het totaal aantal bedrijfsuren
(schrobben/drogen) van de machine dat is uitgevoerd
weer.
Draai de contactsleutel (12, Afb. B) in stand '0'.
909 6160 000(2)2006-10 A
Dagelijks of na
gebruik van de Wekelijks
machine

REINIGING TREKKER

OPMERKING
De machine werkt alleen goed als de trekker
schoon is en als de rubbers in goede staat zijn.
WAARSCHUWING!
Wij raden u aan werkhandschoenen te dragen
als u de trekker reinigt omdat er vuil aan kan
blijven hangen.
1. Zet de machine op een vlakke ondergrond.
2. Steek de contactsleutel (12, Afb. B) in het contact en
draai deze in stand 'I'.
3. Laat de trekker (12, Afb. C) zakken met behulp van de
schakelaar (6, Afb. B).
4. Draai de contactsleutel (12, Afb. B) in stand '0'.
5. Ontkoppel de aanzuigslang (11, Afb. C) van de trekker.
6. Draai de wieltjes los (15, Afb. C) en verwijder de trekker
(12).
7. Spoel en reinig de trekker. Reinig met name de vuiltjes
en troep uit de ruimten (1, Afb. F) en uit de opening (2).
Controleer of de voorste rubber (3) en de achterste
rubber (4) heel zijn en geen sneden of scheuren
vertonen. Als dat wel het geval is, moeten ze worden
vervangen. Dat doet u als volgt.
8. Monteer weer in de omgekeerde volgorde van
demontage.
GEBRUIKSAANWIJZING
Maandelijks
(1)
(2)
(2)
(2)
Jaarlijks
(2)
(2)
(2)
15