Accu Installeren; Bediening En Functie; Bedieningselementen - Wilo Control MS-L 2x4kW Notice De Montage Et De Mise En Service

BEDIENING EN FUNCTIE

De teller moet door de Wilo-klantendienst
gereset worden!
De verschillende bewakingen kunnen via de
DIP-schakelaar 2, DIP 1 tot 3 in- en uitgeschakeld
worden:
• DIP 1: Schakelingen/h
• DIP 2: Schakelingen/d
• DIP 3: Looptijd/h
Af fabriek zijn alle bewakingen gedeactiveerd (DIP
in stand "OFF").
5.4.15. Nalooptijd instellen
Onder nalooptijd verstaat men de tijd tussen het
signaal "UIT" van de vlotterschakelaar en de uit-
schakeling van de pomp door de schakelkast.
De nalooptijd wordt traploos door de potentio-
meter ingesteld. Instelbereik:
• Standaarduitvoering: 0...120 s
• Uitvoering "S": 0...30 s
• Uitvoering "O": 0...120 s

5.4.16. Accu installeren

Door inbouw van de accu kan een van het
stroomnet onafhankelijke alarmmelding bij
stroomuitval plaatsvinden. Als alarm wordt een
akoestisch permanent signaal weergegeven.
1. Accu in de daarvoor bestemde houder plaatsen.
Let op de correcte poling!
2. Bevestig de accu met de meegeleverde kabelbin-
der
AANWIJZING
• Om een perfecte werking te garanderen, moet
de accu voor het plaatsen volledig geladen zijn
of 24 uur in de schakelkast geladen worden!
• Bij dalende temperatuur neemt de capaciteit van
de accu af. Hierdoor vermindert ook de looptijd
van de accu!
6. Bediening en functie
In dit hoofdstuk krijgt u alle informatie over de
werkwijze en bediening van de schakelkast.
LEVENSGEVAAR door gevaarlijke elektrische
spanning!
Bij werkzaamheden aan de open schakelkast
bestaat levensgevaar door elektrische schok!
Alle werkzaamheden aan de verschillende
elementen moeten door de elektrotechnicus
uitgevoerd worden.
AANWIJZING
Na een onderbreking van de stroomtoevoer
start de schakelkast automatisch in de laatst
ingestelde bedrijfsmodus!

6.1. Bedieningselementen

De bediening van de schakelkast gebeurt via
5 toetsen aan het bedieningsveld aan de zijkant.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Control MS-L 2x4kW
De actuele bedrijfstoestand wordt via 11 leds aan
de voorkant weergegeven.
6.1.1. Hoofdschakelaar (alleen standaarduitvoering)
De netscheiding gebeurt bij de standaarduitvoe-
ring via een hoofdschakelaar.
Stand "0" = schakelkast UIT
Stand "1" = schakelkast AAN
AANWIJZING
De hoofdschakelaar kan tegen het onbevoegd
in- en uitschakelen met een slot beveiligd
worden!
6.1.2. Toets
Handbedrijf
Door het indrukken van de toets voor de betref-
P
1
fende pomp (pomp 1 = P1, pomp 2 = P2) wordt de
pomp ingeschakeld onafhankelijk van het signaal
P
2
van de niveaubesturing. De pomp loopt zolang de
toets ingedrukt wordt. Deze functie is bestemd
voor testsituaties.
Automatisch bedrijf
Door het indrukken van de toets wordt het automa-
tische bedrijf geactiveerd. De inschakeling van de
pompen gebeurt afhankelijk van het signaal van de
niveaubesturing. Bij uitschakeling van de pompen
wordt met de nalooptijd rekening gehouden.
Stop
Door het indrukken van de toets wordt het automa-
tische bedrijf gedeactiveerd, de schakelkast is in het
stand-bybedrijf. Er gebeurt geen niveau-afhanke-
lijke besturing van de pompen.
Zoemer UIT/reset
Door het indrukken van de toets wordt de geïnte-
greerde zoemer tijdens een waarschuwingsmelding
uitgeschakeld en het storingsmeldingsrelais (SSM)
wordt gedeactiveerd.
Door langer indrukken wordt de weergegeven fout
bevestigd en de besturing wordt opnieuw vrijge-
geven.
6.1.3. Led-indicaties
De indicatie van de pompafhankelijke leds
gebeurt in twee rijen boven de symbolen. De bo-
venste rij geeft de actuele toestand van de pomp
1 weer, de onderste rij de actuele toestand van de
pomp 2.
Indicatie netaansluiting (groen)
De led brandt als de spanningsvoeding alsook de
stuurspanning aanligt.
Automatisch bedrijf (groen)
Led knippert: schakelkast is ingeschakeld, maar in
stand-bybedrijf.
Led brandt: automatisch bedrijf is ingeschakeld.
Led brandt niet: Pomp is gedeactiveerd.
Bedrijf pomp (groen)
Led knippert: pomp loopt tijdens de ingestelde
nalooptijd.
Led brandt: pomp loopt.
Nederlands
123