Table des Matières

Publicité

N L
    B R A N D E R B R 1 0 0 0 G - I N S T R U C T I E S E N V O O R S C H R I F T E N
10.6 Instructie
Optredende storingen worden vaak ook veroorzaakt door fouten in de bediening. Het bedienend personeel dient daarom
uitgebreid te worden geïnstrueerd over de functies van de machine.
Bij frequent optredende storingen dient u de klantenservice te raadplegen.
10.7 Installatie-instructies
Bij installaties, die in niet verwarmde ruimtes resp. buitenshuis worden geplaatst, dienen de volgende maatregelen tegen
schade door vorst te worden genomen. Desbetreffende informatie is verkrijgbaar bij de fabrikant.
11. Startvoorwaarden
11.1 Basisvoorwaarden
Elektrische spanning [230 V / 50 Hz ( 110 V / 50 / 60 Hz )].
Voldoende hoeveelheid water (> 6 liter / min).
Voldoende waterdruk (hogedrukbereik > 20 bar)
(lagedrukbereik > 4 bar stroomdruk)
Ontgrendelde maximaalthermostaat.
Op gewenste watertemperatuur ingestelde thermostaat.
Als er wordt voldaan aan deze voorwaarden, moet het groene indicatielampje aan de voorkant van de schakelkast branden.
Als dat niet het geval is, moeten de afzonderlijke punten nogmaals gecontroleerd worden.
11.2 Startvoorwaarden in verband met gas
Aan de ingang van het ventiel moet een gasdruk van minimaal 20 mbar ter beschikking staan.
(kogelkraan open, bij meetpunt 1, zie afbeelding 3 op pagina 11).
Na de start van de compressor moet een luchtdruk > 2 mbar bedragen.
Als dat niet het geval is, dient de compressormotor, compressoringang en meetslang te worden gecontroleerd.
11.3 Voorwaarden voor een stabiele vlam
Voldoende ionisatiestroom > 3 μ A.
Voor het meten wordt de stekker van de ionisatie-elektrode verwijderd en een micro-ampèremeter ertussen geplaatst.
De meting vindt plaats tijdens het startproces en het gebruik van de brander.
als de ionisatiestroom te gering of niet voorhanden is, dienen stekker, kabel en ionisatie-elektrode te worden gecontroleerd.
Elektrode indien nodig opnieuw instellen. In moeilijke situaties kan de unit ook uitgerust worden met een UV-cel.

12. Ingebruikname

12.1 Watertoevoer waarborgen
Waterkraan openen, pomp aanzetten,
Waarschuwing om ervoor te zorgen dat bij volledig vermogen van de brander geen vaporisatie ontstaat, mag een
waterhoeveelheid van 6 liter/min. niet worden onderschreden!
12.2 Elektrische aansluiting
Controleer of de machine de juiste spanning bezit.
Bedrijfsspanning: 230V / 50 Hz (110V / 50 / 60 Hz)
12.3 Gasaansluiting
Controleer of de kogelkraan geopend is en of er gas ter beschikking staat.
De gasdruk dient tussen 20 en 100 mbar te liggen.
12.4 Koud bedrijf
Bij koud bedrijf staat de hoofdschakelaar op AAN en de thermostaatregelaar op 0.
Of de boiler uit-schakelaar, indien de unit is uitgerust met een digitale thermostaat.
12.5 Heet bedrijf
Bij de hete was staat de hoofdschakelaar op AAN en de (digitaal)thermostaatregelaar staat op de gewenste temperatuur.
9
DiBO 32

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

1.780.482

Table des Matières