Bougie Controleren - Husqvarna PG 400 Petrol Manuel D'utilisation

8. Plaats het luchtfilter terug in omgekeerde volgorde.
Het luchtfilter reinigen
WAARSCHUWING: Gebruik goedgekeurde
ademhalingsbescherming wanneer u het
luchtfilter reinigt of vervangt. Voer gebruikte
luchtfilters op de juiste manier af. Het stof in
het luchtfilter is schadelijk voor uw
gezondheid.
WAARSCHUWING: Reinig het luchtfilter niet
met perslucht. Dit veroorzaakt schade aan
het luchtfilter en het risico neemt toe dat u
gevaarlijk stof inademt.
1. Verwijder het luchtfilter. Raadpleeg
inspecteren op pagina 76 .
2. Reinig het luchtfilterhuis met een borstel.
3. Tik het luchtfilter tegen een hard oppervlak of
gebruik een stofzuiger om de deeltjes te verwijderen.
OPGELET: Zorg ervoor dat de zuigmond
van de stofzuiger het oppervlak van het
papieren filterelement niet raakt. Houd
een kleine afstand aan. Het gevoelige
oppervlak van het papieren filterelement
raakt beschadigd als er voorwerpen mee
in aanraking komen.
4. Controleer het luchtfilter op beschadigingen.
5. Gooi het luchtfilter weg als het beschadigd is.
OPGELET: Vervang een beschadigd
luchtfilter altijd, anders komt het stof in
de motor en kan de motor beschadigd
raken.
6. Reinig het schuimfilter met water en zeep.
7. Spoel het schuimfilter af in schoon water.
8. Knijp het water uit het schuimfilter en laat het
schuimfilter drogen.
9. Smeer het schuimfilter in met motorolie.
10. Duw een schone doek tegen het filter om overtollige
olie te verwijderen.
Let op: Er komt rook uit de motor als er te veel olie in
het schuimfilter zit wanneer de motor start.
11. Zet het luchtfilterdeksel terug. Zie
inspecteren op pagina 76 .
De borstelstrook controleren
• Controleer of de borstelstrook niet beschadigd is en
of deze strak tegen de vloer aan ligt.
883 - 002 - 10.09.2020
Het luchtfilter
Het luchtfilter

Bougie controleren

WAARSCHUWING: Laat de bougie afkoelen
voordat u deze vervangt.
OPGELET: Gebruik altijd een juiste bougie.
Technische gegevens op pagina 79 .
Zie
OPGELET: Zorg ervoor dat de bougie de
juiste afstand heeft en dat deze vrij is van
afzettingen.
1. Maak de bougiekap los en verwijder vuil uit de
omgeving van de bougie.
2. Verwijder de bougie met een bougiesleutel van
13/16" (21 mm).
3. Controleer de bougie. Vervang de bougie indien
deze beschadigd is of de elektrode (A) versleten is
of de afdichtring (B) in slechte staat verkeert.
4. Meet de afstand tussen de elektroden van de bougie
met een voelermaat. Zorg ervoor dat de afstand juist
Technische gegevens op pagina 79 .
is. Zie
5. Buig zo nodig voorzichtig de zijde van de zijelektrode
om de afstand te corrigeren.
6. Monteer de bougie voorzichtig met de hand.
7. Draai de bougie vast met een bougiesleutel van
13/16" (21 mm) om de ring samen te drukken.
a) Als u een nieuwe bougie monteert, draai deze
dan vast met een ½ slag nadat de bougie op de
samengedrukte ring is geplaatst.
b) Als u dezelfde bougie monteert, draai deze dan
vast met ⅛-¼ slag als de bougie tegen de
samengedrukte ring ligt.
OPGELET: Een losse bougie kan te
heet worden en schade aan de motor
veroorzaken. Als de bougie te strak
zit, kan dit de bovenkant van de
cilinder beschadigen.
8. Bevestig de bougiekap op de bougie.
A
B
77