VOLTCRAFT VC-539 Mode D'emploi page 80

5. Druk op de toets MODE (9) om het meten van gelijk- of wisselspanning te kiezen. Aan de
linkerkant van het LC-scherm (10) verschijnt het betreffende symbool:
- DC voor gelijkspanning
- AC voor wisselspanning
6. Maak met de meetspitsen nu contact met het te meten object.
7. De gemeten waarde verschijnt op het LC-scherm (10).
Indien bij het meten van de gelijkspanning een minteken voor de meetwaarde te zien is, is de
gemeten spanning negatief of zijn de meetsnoeren verwisseld.
8. Verbreek, nadat de meting verricht is, het contact van de meetsnoeren met het gemeten object
en schakel de stroomtang uit.
e) Analoge signaalweergave (spanning)
1. Kies met de moduskeuzeschakelaar (4) een van de vier stroommeetbereiken uit.
2. Verwijder de veiligheidsdopjes van de L-vormige aansluitingen voor de meetleidingen.
3. Steek het rode meetsnoer in de rode meetleidingbus (7).
4. Steek het zwarte meetsnoer in de zwarte meetleidingbus (8).
5. Verbind nu de meetspitsen met de ingangsbussen van een multimeter of een oscilloscoop.
6. Open de stroomtangsensor (1) met de openingshendel (3).
7. Pak de te meten stroomgeleider vast en laat de openingshendel (3) weer los. Zorg ervoor dat de
stroomgeleider niet vastgeklemd wordt. De stroomgeleider moet binnen de ronde opening van de
stroomtangsensor vrij kunnen bewegen.
Omvat altijd slechts een enkele stroomgeleider.
8. Het analoge meetresultaat wordt op de multimeter/oscilloscoop getoond.
Bij een meting met de stroomtang van gelijkstroom ziet u op de multimeter / oscilloscoop een
gelijkspanning.
Bij een meting met de stroomtang van wisselstroom ziet u op de multimeter / oscilloscoop een
wisselspanning.
80