Wilo CronoLine-IL Notice De Montage Et De Mise En Service page 109

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Instelling van de
motorbeveiligingsschakelaar
W2
U2
V2
U1
V1
W1
L1
L2
L3
W2
U2
V2
U1
V1
W1
L1
L2
L3
W2
U2
V2
U1
V1
W1
Fig. 17: Netaansluiting
Inschakeltype
Direct
Y- ∆ -start
Tab. 4: Indeling van de aansluitklemmen
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-CronoLine-IL, CronoTwin-DL, CronoBloc-BL
• Door overeenkomstige positionering van de kabelschroefverbinding
of door overeenkomstige plaatsing van de kabel ervoor zorgen dat er
geen druipwater in de klemmenkast kan lopen. Kabelschroefverbin-
dingen die niet zijn aangesloten, moeten met de door de fabrikant
geleverde stop worden afgesloten.
• Leg de aansluitleiding zodanig dat er in geen geval contact gemaakt
wordt met de leiding en/of het pomp- en motorhuis.
• Bij toepassing van de pompen in installaties met watertemperaturen
boven 90 °C moet een voldoende warmtebestendige netaansluitlei-
ding worden gebruikt.
• Controleer stroomsoort en spanning van de netaansluiting.
• Gegevens op het typeplaatje van de pomp in acht nemen. Het
stroomtype en de spanning van de netaansluiting dienen overeen
te stemmen met de gegevens op het typeplaatje.
• Netzijdige zekering: afhankelijk van de nominale motorstroom.
• Extra aarding in acht nemen!
• De motor moet door een motorbeveiligingsschakelaar of door het
thermistor-schakelapparaat (zie hoofdstuk 5.4 'Toebehoren' op
pagina 95) worden beveiligd tegen overbelasting.
LET OP:
Het aansluitschema voor de elektrische aansluiting bevindt zich in
de klemmenkastafdekking (zie ook Fig. 17).
• Instelling van de nominale motorstroom volgens de informatie op het
typeplaatje van de motor, Y- ∆ -start: Als de motorbeveiligingsscha-
kelaar in de toevoerleiding naar de Y- ∆ -relaiscombinatie is gescha-
keld, vindt de instelling plaats zoals bij de directe start. Als de
motorbeveiligingsschakelaar in een streng van de motortoevoerlei-
ding (U1/V1/W1 of U2/V2/W2) is geschakeld, moet de motorbeveili-
gingsschakelaar op de waarde 0,58 x nominale motorstroom worden
ingesteld.
• In de speciale uitvoering is de motor voorzien van PTC-voelers.
Sluit de PTC-voelers op het thermistor-schakelapparaat aan.
VOORZICHTIG! Gevaar voor materiële schade!
Gevaar voor beschadiging door ondeskundige hantering.
• Op de klemmen van de PTC-voeler mag slechts een max. spanning
van 7,5 V DC aanwezig zijn. Een hogere spanning vernielt de
PTC-voelers.
• De netaansluiting is afhankelijk van het motorvermogen P
netspanning en het inschakeltype. De noodzakelijke schakeling van
de verbindingsbruggen in de klemmenkast kan in de volgende lijst
'Tab. 4: Indeling van de aansluitklemmen' op pagina 103 evenals
Fig. 17 worden gevonden.
• Neem bij aansluiting van automatisch werkende schakeltoestellen
de overeenkomstige inbouw- en bedieningsvoorschriften in acht.
Motorvermogen P
Netspanning 3~ 230 V
∆ -schakeling (Fig. 17 boven) Y-schakeling (Fig. 17 midden) ∆ -schakeling (Fig. 17 boven)
Verbindingsbruggen
verwijderen (Fig. 17 onder)
≤ 3 kW
2
Netspanning 3~ 400 V
Niet mogelijk
Nederlands
, van de
2
Motorvermogen P
≥ 4 kW
2
Netspanning 3~ 400 V
Verbindingsbruggen
verwijderen (Fig. 17 onder)
103

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Cronotwin-dlCronobloc-bl

Table des Matières