Wilo CronoLine-IL-E Notice De Montage Et De Mise En Service page 288

nl
10.6 Gedrag na het inschakelen
10.7 Bedrijf
288
• Pomp inschakelen: Verbinding met de voedingsspanning maken.
• Als het toerental is bereikt, de afsluiter in de persleiding langzaam openen en de pomp
op het bedrijfspunt afstellen.
• Tijdens het aanlopen de pomp met behulp van de ontluchtingsinrichting volledig ont-
luchten.
Tijdens de inlooptijd van normaal bedrijf van de pomp is een lichte lekkage met een klein
aantal druppels normaal. Er moet af en toe een visuele controle worden uitgevoerd. Bij dui-
delijk zichtbare lekkage moet de afdichting worden vervangen.
Bij de eerste inbedrijfname werkt de pomp met de fabrieksinstellingen.
• Het servicemenu dient voor de individuele in- en omstelling van de pomp; zie hoofdstuk
"Bediening".
• Voor het verhelpen van storingen zie ook hoofdstuk "Storingen, oorzaken en oplossin-
gen" .
• Voor meer informatie over de fabrieksinstelling zie hoofdstuk "Fabrieksinstellingen".
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-CronoLine-IL-E, Wilo-CronoTwin-DL-E, Wilo-CronoBloc-BL-E • Ed.01/2024-02
GEVAAR
Levensgevaar door het ontbreken van veiligheidsvoorzienin-
gen!
Als veiligheidsvoorzieningen van de klemmenkast of in het bereik van de
koppeling/motor ontbreken, kunnen een elektrische schok of het aanra-
ken van draaiende onderdelen levensgevaarlijk letsel veroorzaken.
• Direct na het beëindigen van alle werkzaamheden moeten alle be-
schikbare veiligheids- en bescherminrichtingen correct aangebracht
worden en in werking worden gesteld!
VOORZICHTIG
Gevaar voor materiële schade!
Als tijdens het aanlopen ongebruikelijke geluiden, trillingen, temperatu-
ren of lekkages optreden:
• Pomp onmiddellijk uitschakelen en de oorzaak oplossen.
VOORZICHTIG
Gevaar voor materiële schade! Onjuiste instellingen voor de
verschildruksensor kunnen storingen veroorzaken!
Neem de aanbevolen instelwaarde van de gebruikte DDG in acht (voor
ingang In1).
LET OP
De pomp moet steeds rustig en zonder schokken draaien en mag uitslui-
tend onder de omstandigheden die worden beschreven in de catalogus/
het gegevensblad worden gebruikt.
GEVAAR
Levensgevaar door het ontbreken van veiligheidsvoorzienin-
gen!
Als veiligheidsvoorzieningen van de klemmenkast of in het bereik van de
koppeling/motor ontbreken, kunnen een elektrische schok of het aanra-
ken van draaiende onderdelen levensgevaarlijk letsel veroorzaken.
• Direct na het beëindigen van alle werkzaamheden moeten alle be-
schikbare veiligheids- en bescherminrichtingen correct aangebracht
worden en in werking worden gesteld!