Wilo CronoLine-IL-E Notice De Montage Et De Mise En Service page 262

nl
H
H
max
H
s
s
H
min
Fig. 6: Regelingsmodus Δp-c
H
H
H
max
H
s
½ H
s
H
min
Fig. 7: Regelingsmodus Δp-v
H
H
n
max
n
min
Fig. 8: Regelbedrijf
6.4 Dubbelpompfunctie/broekstuk-
toepassing
262
Verschildruk constant (Δp-c)
De regeling houdt de opvoerhoogte constant op de ingestelde gewenste waarde voor de
verschildruk H
karakteristiek wordt bereikt.
Q = debiet
H= verschildruk (min/max)
H = gewenste verschildrukwaarde
S
Verschildruk variabel (Δp-v)
De elektronica verandert de door de pomp aan te houden gewenste verschildrukwaarde line-
air tussen de opvoerhoogte H
komstig het debiet af of toe.
Q
Q = debiet
H= verschildruk (min/max)
H = gewenste verschildrukwaarde
S
Q
Q
Constant toerental (regelbedrijf)
Het toerental van de pomp kan op een constant toerental tussen n
den. De bedrijfssituatie "Regelbedrijf" deactiveert alle overige regelingsmodi.
PID-regeling
Als andere sensoren worden gebruikt of als de afstand van de sensoren tot de pomp zeer
groot is, zijn de standaard regelingsmodi niet beschikbaar. Voor dergelijke gevallen staat de
functie "PID-Control" (Proportional Integral Differential-regeling) ter beschikking.
n = const
Door de afzonderlijke regelingsaandelen gunstig te combineren kan voor de gebruiker een
max
snel reagerende, continue regeling zonder een blijvende setpointafwijking worden gereali-
Q
seerd. Het uitgangssignaal van de geselecteerde sensor kan elke willekeurige tussenwaarde
Q
hebben. De actuele waarde die steeds wordt bereikt (sensorsignaal), wordt op de statuspagi-
na van het menu in procenten weergegeven (100 % = maximaal meetbereik van de sensor).
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-CronoLine-IL-E, Wilo-CronoTwin-DL-E, Wilo-CronoBloc-BL-E • Ed.01/2024-02
. De regeling vindt onafhankelijk van het debiet plaats totdat de maximale
S
en ½ H . De gewenste verschildrukwaarde H
S S
LET OP
Voor de vermelde regelingsmodi Δp-c en Δp-v is er een verschildruksensor
nodig die de actuele waarde naar de elektronicamodule stuurt.
LET OP
Het drukbereik van de verschildruksensor moet overeenstemmen met de
drukwaarde in de elektronicamodule (menu <4.1.1.0>).
LET OP
De weergegeven procentuele waarde komt slechts indirect
overeen met de actuele opvoerhoogte van de pomp(en).
De maximale opvoerhoogte kan al bij een sensorsignaal < 100 % zijn be-
reikt.
LET OP
De in dit hoofdstuk beschreven eigenschappen zijn alleen beschikbaar als
de interne MP-interface (MP = Multi Pump) wordt gebruikt.
neemt overeen-
S
en n worden gehou-
min max