In Bedrijf Nemen - Scheppach csm 405 Traduction Du Manuel D'origine

houtvezel niet te lezen om scheuren te voorkomen. Dat is
in het bijzonder van belang bij dunne werkstukken of bij
materiaal met een verwonde of gemengde vezelrichting,
zoals tijgerpatronen.
Cilinderslijpmachines oefenen veel minder druk uit op het
hout dan een dikteschaaf en stellen u daarmee in staat
met zeer dun materiaal tot op fineerdikte te werken, zodat
u uw toepassingsmogelijkheden kunt verruimen. U kunt
ook kortere stukken hout, bijzondere vormen en kops hout
slijpen.
Verwijderen van dwarse houtkrommingen
De ideale machine voor het verwijderen van dwarskrom-
mingen is een schaafmachine. Dankzij de geringe druk,
uitgeoefend door de slijpmachine, is het echter mogelijk
de krommingen te verwijderen terwijl het hout niet vlak op
de invoerband en de tafel wordt gedrukt. Heb geduld. De-
ze werkwijze kan, afhankelijk van de diepte van de krom-
ming, veel tijd vergen. Voer het werkstuk met de kroon van
de kromming naar boven in de machine (de kanten rusten
daarbij op de band) en gebruik een grove slijpkorrel. Her-
haal het proces tot de kroon aan één zijde vlak is. Draai
het werkstuk dan om en slijp het vlak. Wees niet geschokt
te zien hoe dun het hout na het verwijderen van alle krom-
mingen is geworden.
Kromgetrokken of getwist hout kan met de cilinderslijp-
machine niet worden gerecht - en natuurlijk ook niet met
een schaafmachine. Controleer uw hout alvorens te slijpen
altijd op kromtrekken en draaiingen, omdat het anders ge-
makkelijk in de machine kan vastlopen. Kort hout is in dit
opzicht bijzonder moeilijk te verwerken.
Plan uw werk van te voren
Het vooraf plannen van uw slijphandelingen bekort de tijd
voor het instellen en slijpen, en ook het frustratieniveau.
Sorteer uw werkstukken op dikte en korrel van het slijp-
papier. Begin met het dikste materiaal en werk vervolgens
naar het dunste materiaal toe. Daarna gaat u qua fijnheid
over op de volgende korrel en begint opnieuw.
Wij stellen voor dat u met verschillende korrelgrootten en
houtsoorten experimenteert om uit te vinden welke resul-
taten u kunt verwachten... voordat u uw hout ruïneert. Bij
nieuwe instellingen voert u eerst een test met afvalmate-
riaal uit.
Houtsoorten, die voorzichtigheid vereisen
Harsrijke houtsoorten laten het slijppapier snel dichtslib-
ben, en in veel gevallen kan het verzamelde materiaal niet
met de bandschoonmaakstaven worden afgevoerd. Dit
komt vooral vaak voor bij sommige soorten grenenhout.
Het is bijna onmogelijk de slijpband te reinigen van de
combinatie van sap en zaagmeel.
Let ook op soorten met toxische eigenschappen, zoals le-
den van de rozenhoutfamilie. Ondanks het afzuigen van
stof is het mogelijk dat u kleine deeltjes in de lucht in-
ademt of dat u allergische reacties oploopt. Draag als ex-
tra bescherming een mondkapje en handschoenen.
32 nederlandse
All manuals and user guides at all-guides.com
m In bedrijf nemen
Waarschuwing: Steek nimmer uw vingers in de stofuitgang of
onder de cilinderafdekking.
Voorzichtig: Sluit - om schade aan uw machine te voorkomen
- tijdens bedrijf een voldoend werkende stofafzuiging aan.
Instellen van de cilinderhoogte
De cilinder verplaatst zich een beetje naar boven als de
hoogteverstelling (zie afb. 2) in klokrichting wordt ver-
draaid. Hij verplaatst zich naar onderen toe, als echter de
hoogteverstelling tegen de klokrichting in wordt verdraaid.
Een verplaatsing met 0,4 mm komt ongeveer overeen met
een kwartslag, ongeacht de richting. Een volledige slag
komt overeen met 1,6 mm. De diepte-instelling is af te
lezen op de schaal aan de rechter zijde van het cilinder-
frame.
Aanwijzing:
Let bij het instellen van de diepte bij het oppervlak-
teslijpen op de volgende variabelen: hardheid van het
materiaal, breedte van het werkstuk en de gekozen toe-
voersnelheid. Neem al deze criteria in acht in verband met
de hoeveelheid bij elke slijpgang te verwijderen materiaal.
Verwijder nimmer meer dan 0,8 mm per slijpgang. De va-
riabele toevoersnelheid stelt u in staat het verbranden van
het hout te voorkomen, en om bij verscheidene houtsoor-
ten en -breedten een glad geslepen oppervlak te verkrij-
gen. Als algemene regel bevelen wij een kwartslag (ofwel
0,4 mm) of minder aan bij een grove korrel en zachtere
houtsoorten, terwijl 1/8e slag (0,2 mm) wenselijk kan zijn
bij het verwerken van harder hout en/of fijnere korrel. Bij
het kiezen van de toevoersnelheid van het te slijpen ma-
teriaal geldt: hoe breder het materiaal, des te langzamer
stelt u de snelheid in. Evenzo geldt: hoe harder het hout,
hoe langzamer de snelheid.
Er zal enig experimenteren en oefenen nodig zijn om ver-
trouwd te raken met de slijpprestaties van uw machine.
Hoewel het oppervlakteslijpen met uw slijpmachine lijkt
op het voorbereiden van het oppervlak met een schaafma-
chine, kan een schaafmachine vanwege diens bijzondere
mes in één gang aanzienlijk meer materiaal wegnemen.
Bij een slijpmachine daartegen wordt de mate van afne-
men beperkt door het slijpmateriaal.
Slijpen
1 Leg - bij uitgeschakelde machine - het werkstuk op de
toevoertafel en schuif het zover naar voren dat u de
hoogte van de cilinder kunt instellen, en wel zo, dat u
een gelijke dikte op het hoogste punt van het werkstuk
realiseert.
2 Sluit de stofaanzuiging aan en schakel dezen in.
3 Stel nu de toevoersnelheid in conform de slijpeisen en
de breedte van het materiaal.
4 Schakel de machine in, leg het werkstuk op de trans-
porttafel en laat de cilinder een aanvang maken met
het slijpproces. Ondersteun zo nodig een lang werk-
stuk tijdens het slijpen. Ga - zodra het slijpproces dat
toelaat - naar de uitvoerzijde van de machine om het
werkstuk aan te nemen en vast te houden zodra dat de
machine verlaat.
Tip: Oefen geen druk naar boven of naar onderen uit, als
u het werkstuk door de machine leidt. Een indeuking
in het geslepen hout kan er het gevolg van zijn.
5 Keer de toevoerrichting van het hout bij verscheidene
doorgangen om, terwijl u de slijpdiepte bijstelt met