Tijdens Het Gebruik In Acht Nemen; Na Het Gebruik; Onderhoud; Gaspak Visueel Inspecteren - Dräger CPS 5900 Notice D'utilisation

Onderhoud

13. Ademautomaat op het volgelaatsmasker aansluiten.
14. Sluitingssysteem volledig sluiten of door een helper laten sluiten. Hierbij de
schuiver altijd in de richting van de sluitketting trekken! Geen geweld gebruiken!
15. Afdekflap sluiten.
16. Eventueel overhandschoenen aantrekken en met de bijbehorende
rubberring ter hoogte van de steunring vastmaken.
4.6

Tijdens het gebruik in acht nemen

WAARSCHUWING
!
Bij het gebruik de volgende aanwijzingen opvolgen. Doet men dit niet,
dan kan dat ernstig of zelfs dodelijk letsel tot gevolg hebben.
 Nooit alleen een gevarenzone betreden!
 Werktijd, gebruiksgrenzen en nationale voorschriften opvolgen.
 Een ophoping van warmte in het gaspak kan bewustzijnsverlies
veroorzaken, daarom, zo nodig, een comfortvest onder het pak aantrekken.
 In het bijzonder bij koude of droogte kunnen gaspakken zich elektrisch
opladen en vervolgens weer ontladen. De ontlading is normaliter alleen dan
gevaarlijk, als een elektrische vonk de omgevingslucht kan ontsteken. Als in
de omgeving van ontvlambare chemicaliën wordt gewerkt, moeten
maatregelen worden getroffen om een explosie te voorkomen. Hierbij kan
gedacht worden aan bijvoorbeeld afdekkingen, een verhoging van de
luchtvochtigheid in het meetbereik of het gebruik van antistatische middelen.
 Bij gevaar direct het gecontamineerde gebied verlaten. Sluitingssysteem
pas in het schone gebied openen (zie hoofdstuk 4.7 op pagina 52).
 De toegelaten omgevingstemperatuur tijdens gebruik in acht nemen (zie
hoofdstuk 8 op pagina 53).
4.7

Na het gebruik

4.7.1 Gaspak grof decontamineren
WAARSCHUWING
!
Gecontamineerde delen niet zonder veiligheidskleding aanraken.
Contaminatie van het schone binnengedeelte van het gaspak
voorkomen.
1. Het gecontamineerde gebied verlaten en grove decontaminatie door een
helper laten uitvoeren. De helper moet veiligheidskleding en eventueel
ademluchtbescherming dragen.
decontaminatie van chemische of biologische stoffen het gebruik van veel
water met toevoeging van wasmiddelen. Op deze wijze kunnen de meeste
chemicaliën (zuren, alkaliën, organica en anorganica) goed worden
afgewassen.
2. Gecontamineerd gaspak na het uittrekken en gecontamineerd afvalwater
volgens de geldende voorschriften voor afvalverwerking afvoeren.
4.7.2 Gaspak uittrekken
AANWIJZING
i i
Tijdens het uittrekken moet een tweede persoon helpen.
1. Sluitingssysteem door een tweede persoon laten openen. Hierbij altijd in de
richting van de sluitketting trekken. Geen geweld gebruiken.
2. De linkerarm uit de mouw trekken.
3. Hurken en het hoofd uit de kap trekken.
4. De rechterarm uit de mouw trekken.
5. Gaspak zodanig van de toestelhouder wegklappen dat er geen chemicaliën
of reinigingsmiddelen in het pak kunnen binnendringen.
6. Uit de sokken en de broekspijpen stappen.
7. In het niet-gecontamineerde gebied veiligheidshelm, ademluchttoestel en
katoenen handschoenen opbergen.
AANWIJZING
i i
Dräger adviseert om het gebruik te rapporteren (zie hoofdstuk 10 op
pagina 55).
5 Onderhoud
De aangegeven intervallen worden door Dräger aanbevolen. Eventueel moeten
afwijkende nationale richtlijnen in acht worden genomen.
Informatie over volgelaatsmaskers, kringloopademluchttoestellen, luchtslangsy-
stemen en ademluchttoestellen: zie de bijbehorende gebruiksaanwijzingen.
AANWIJZING
i i
Dräger adviseert om alle onderhoudswerkzaamheden te rapporteren
(zie hoofdstuk 10 op pagina 55).
52
Dräger adviseert voor de grove

Gaspak visueel inspecteren

Het gaspak controleren op dichtheid

De gaspakventielen controleren op dichtheid
1) Bij gaspakken die in de bijbehorende draagtas worden bewaard, verlengt
het interval zich tot 2 jaar.
5.1 Gaspak visueel inspecteren
De volgende controles moeten worden uitgevoerd. Als er klachten zijn, moet het
gaspak worden afgevoerd.
 Controleren of aan de buitenzijde van het gaspak gaten, sneden of slijtage
zichtbaar zijn.
 Controleren of de naadband loszit of losgaat.
Controleren of de afdichting van het vizier onbeschadigd is en het vizier

schoon is.
 Controleren of de handschoenen onbeschadigd zijn. Bij gaspakken met
handschoencombinaties de binnen- en buitenhandschoen controleren.
 Controleren of het sluitingssysteem en de afdekking onbeschadigd zijn.
Sluitingssysteem eventueel met de vetstift invetten.
 Controleren of de aantrekventielen vastzitten en onbeschadigd zijn.
Controleer of het materiaal waarvan het gaspak vervaardigd is,

slijtagesporen (witte lijnen) of ozonschade (witte kalkachtige punten) toont
en of de laag van het textiel loslaat.
5.2 Het gaspak controleren op dichtheid
De controle is beschreven voor het testtoestel Porta Control 3000. De controle
kan tevens met andere controleapparaten worden uitgevoerd, de aangegeven
waarden moeten echter worden aangehouden.
De controle conform ISO 17491-1, methode A.2, bij constante kamertemperatuur
(20 °C ±5 °C) uitvoeren.
De gebruikte perslucht moet voldoen aan de eisen van EN 12021.
De benodigde testaccessoires staan vermeld in de bestellijst (zie hoofdstuk 9 op
pagina 54).
5.2.1 Controle voorbereiden
1. Bij gaspakken met ventilatie-eenheid aansluitingen afsluiten.
2. Sluitingssysteem sluiten.
3. Gaspak met het ruggedeelte naar boven op een schone en vlakke
ondergrond uitspreiden.
4. Vizier met een zachte onderlaag beschermen tegen krassen.
5. Beschermkappen van beide gaspakventielen verwijderen en ventielschijven
verwijderen.
6. Een testkap op het gaspakventiel plaatsen en met de blauwe slang op het
testtoestel aansluiten.
7. Een verdere testkap op het gaspakventiel plaatsen.
8. Ervoor zorgen dat beide ventielen op de zwarte slang van het testtoestel zijn
gesloten.
9. Testkap met de zwarte slang op de persluchttoevoer (6 bar) aansluiten.
10. Test uitvoeren (zie hoofdstuk 5.2.2 op pagina 52).
5.2.2 Test uitvoeren
VOORZICHTIG
!
Als het pak te veel wordt gevuld, raakt het materiaal beschadigd.
Bij het vullen van het gaspak erop letten, dat de aangegeven
drukwaarden niet te veel worden overschreden.
1. Opblaasventiel op de zwarte slang openen en het gaspak vullen totdat op het
testtoestel 17,5 mbar (179 mm WK) wordt aangegeven. Opblaasventiel sluiten.
2. Een pauze van 10 minuten instellen en de stopwatch starten. Tijdens deze
tijd de druk op ca. 17 mbar (173 mm WK) houden, zodat een druk- en
temperatuurcompensatie kan plaatsvinden. Indien nodig, lucht bijvullen.
3. Ontlastingsventiel openen. Druk naar 16,5 mbar (168 mm WK) laten dalen.
Ontlastingsventiel sluiten.
4. Een testtijd van 6 minuten instellen en de stopwatch starten.
5. Na afloop van de controletijd de druk op het testtoestel aflezen.
1)
X X X
X
1)
X X
X
1)
X
X
Dräger CPS 5900