Télécharger Imprimer la page

Triton TTS185KIT Instructions D'utilisation page 18

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 22
Modusselectie
De moduskeuzeschakelaar maakt een snelle en gemakkelijke instelling mogelijk van de
belangrijkste functies, eenvoudigweg door de modusselectorhendel (20) in de gewenste
werkingsmodus te plaatsen:
Bladvervanging
Vrije insteek, voor algemene snedes
Markeren, voor een markeringssnede met een diepte van 2,5mm
Opmerking: Voor details betreffende het gebruik wordt verwezen naar het relevante hoofdstuk
van deze handleiding.
Steun werkstuk
Grote platen en lange stukken dienen goed ondersteund te worden, dicht bij beide zijden
van de snede om het vastlopen van de zaag en een eventuele terugslag te voorkomen.
Plaats het werkstuk het liefst met het uiteindelijk zichtbare oppervlak naar onderen, zodat,
indien het materiaal enigszins zou versplinteren, dat zich voordoet ter hoogte van het
oppervlak dat minder zichtbaar is.
Werking
Instellen van de markeermodus
De markeermodus stelt de diepte van de snede vast in op 2,5 mm. Een initiële markeersnede
helpt om wrijving op het blad te voorkomen, meer bepaald wanneer diepe snedes dienen
uitgevoerd te worden. Een dergelijke snede is eveneens nuttig als initiële snede op gecoate of
melamine-laminaten.
Draai de modusselectiehendel (20) naar de markeerpositie
De insteekdiepte is nu vergrendeld zodat het blad niet dieper kan indringen dan 2,5 mm.
Instellen van de snedediepte
Zie afbeelding B
De snedediepte kan ingesteld worden van 0 – 67 mm. De diepte kan ingesteld worden
door middel van een rechtstreekse referentie op de diepteschaal die gekalibreerd is om
het spoor in beschouwing te nemen, wat inhoudt dat u geen bijkomende berekening
dient uit te voeren.
Voor de beste resultaten is het aan te raden dat minder dan een volledige tand van het
blad zichtbaar is onder het werkstuk.
1. Los de dieptevergrendeling (18) en beweeg deze langs de diepteschaal tot de pijl op de
gewenste diepte staat.
2. Span de dieptevergrendeling stevig aan
3. De zaag kan nu de gewenste diepte bereiken (in de vrije insteekmodus)
Opmerking: Wanneer nauwkeurigheid van primoridaal belang is, gebruik dan een winkelhaak
om de diepte te controleren en voer een testsnede uit op een stuk afvalmateriaal.
Aanpassen van de afschuinhoek
Zie afbeelding C
De afschuinhoek kan ingesteld worden tussen 0° en 48°
1. Los de voorste en achterste afschuinvergrendelingen (6 & 17)
2. Kantel het lichaam van de zaag tot de afschuinhoekaanduiding, naast de voorste
afschuinvergrendeling, uitgelijnd is met de gewenste afschuinhoek op de schaal.
3. Span de voorste en achterste afschuinvergrendelingen stevig aan
4. De zaag is nu vastgezet en klaar om de gewenste afschuinhoeksnede uit te voeren.
Opmerking: Wanneer nauwkeurigheid van primoridaal belang is, gebruik dan een winkelhaak
om de hoek te controleren en voer een testsnede uit op een stuk afvalmateriaal.
BELANGRIJK: Wanneer u afschuinsnedes uitvoert, is het van essentieel belang dat u de zaag
in het spoor vastzet. Zie "Uitvoeren van afschuinsnedes" hierna voor bijkomende details.
Instellen van de snelheid
Zie afbeelding D
De snelheid kan ingesteld worden met behulp van de snelheidinstellingsknop (7) Dit zorgt
ervoor dat u de snelheid optimaal kunt aanpassen aan het materiaal
De onderstaande tabel geeft een aanduiding van de voor verschillende materialen
geschikte snelheden.
EN
NL
Type materiaal
Vast hout (hard of zacht)
Spaanplaat
Gelamineerd hout, blokplaat, fineer- en gecoat hout
Hardboard
18
18
534156_Manual.indd 18
Assemblage van het spoor
De spoorkit omvat:
2 x 700 mm / 27-9/16" spoorlengtes (24)
2 x spoorverbindingen TTSTC
Opmerking: elke verbinding bestaat uit twee delen
Spoorlengtes verbinden
Door gebruik te maken van de in de kit meegeleverde spoorverbindingen kunt u
spoorlengtes (24) onderling verbinden om zodoende lange snedes uit te voeren.
Elke spoorverbinding omvat een afstandhouder (27) en een verlengstaaf (26) met
zeskantschroeven
Assembleer elke verbinding door de afstandhouder aan te brengen aan de zijkant van de
verlengstaaf tegenover de koppen van de zeskantschroeven (afbeelding H)
1. Schuif één spoorverbinding in het bovenste klemkanaal (bovenaan het spoor) (afbeelding I)
2. Voor de nodige toegang dienen de koppen van de zeskantschroeven van het spoor
weggericht te zijn.
3. Positioneer de verbinding halfwegs in het kanaal zodat 2 x zeskantschroeven zich in het
kanaal bevinden en twee exemplaren nog zichtbaar zijn (afbeelding I)
4. Span de twee zeskantschroeven aan die zich in het kanaal bevinden om de verbinding op
het spoor vast te zetten
5. Herhaal vervolgens deze procedure, waarbij de tweede verbinding in het onderste
klemkanaal geschoven wordt (onderaan het spoor) (afbeelding J)
6. Zorg er ook nu weer voor dat de koppen van de zeskantschroeven toegankelijk zijn, en span
de verbinding aan door de zeskantschroeven aan te draaien.
7. Schuif het tweede spoor op de uitstekende einden van de verbindingen zodat de twee
uiteinden van de sporen elkaar raken Afbeelding K
8. Span de zeskantschroeven aan om het tweede deel van het spoor vast te zetten ten
opzichte van het eerste
Voorbereiden van het spoor
Voorafgaand aan het eerste gebruik is het nodig om de rubberen strip die langs een rand
van elke spoorlengte loopt, op maat te maken.
1. Zet het spoor vast op een geschikt stuk afvalhout met behulp van de werkklemmen (28) (zie
"Werkklemmen")
2. Zet de zaag in markeermodus (zie "Instellen markeermodus")
3. Voer een snede uit langs de volledige lengte van het spoor Dit zal de strip op de exact
vereiste maat maken die nodig is voor de zaag
4. Gooi de rest van de rubberen strip weg
Onderhouden van het spoor
Voorafgaand aan het eerste gebruik en van tijd tot tijd dient u een lichte smeerspray aan
te brengen op het spoor zodat de zaag vlot en licht over de volledige lengte van het spoor
zal glijden.
Laat geen stof, zaagkrullen of ander vuil op het spoor ophopen
Werkklemmen (TTSWC)
Triton spoorklemmen zijn ideaal voor het snel en veilig vastzetten van het spoor en om het
werkstuk veilig vast te zetten voor een snelle en nauwkeurige snede
1. Plaats het spoor op het werkstuk en lijn het uit langs de zaaglijn
2. Schroef de dunne bovenste arm van één van de klemmen in het onderste klemkanaal (loopt
langs de ondersijzde van het spoor) (Afbeelding L)
3. Pomp de klemhefboom om de greep tegen de onderzijde van het werkstuk aan te plaatsen
en vast te zetten
4. Herhaal de procedure aan het andere einde van het spoor
Opmerking: Klemmen kunnen eveneens in het bovenste klemkanaal aangebracht worden
(bovenaan het spoor).
BELANGRIJK: Zorg ervoor dat het werkstuk correct wordt ondersteund dichtbij de zaaglijn Zie
"Ondersteuning van het werkstuk" in het zaaghoofdstuk van deze handleiding
Gebruik van de fijne instellingsnokken
De voorste en achterste fijne instellingsnokken (9 en 15) maken het mogelijk om overtollige
speling weg te nemen tussen het spoor en de zaag, en om nauwkeurig te zagen wanneer de
In te stellen snelheid
zaag langs het spoor beweegt
4-6
1. Los de knoppen die de voorste en de achterste fijne instellingsnokken vasthouden (9 en 15)
5-6
2. Plaats de zaag in het spoor
2-5
3. Pas de hefbomen van de nokken aan zodat overtollige speling verwijderd wordt, en span de
1-4
knoppen evrvolgens weer aan om de hefbomen in positie te houden.
Opmerking: De nokken worden volledig gebruikt wanneer de hefbomen zich in hun centrale
positie bevinden
28/11/2018 16:33

Publicité

loading