Télécharger Imprimer la page

Weergave Van Het Tracknummer, De Loop Tijd En De Beats Per Minuut; 5.2.1 Bargrafiek; 5.2.2 De Beatteller; De Bedrijfsmodus Kiezen - IMG STAGELINE CD-360DJ Mode D'emploi

Publicité

NL
8) Wenst u het afspelen van een CD voortijdig te
beëindigen, schakel dan met de toets
B
pauze. Met de toets
lade nu openen.
Opmerking: Zolang de CD afgespeeld wordt, is
de CD-lade beveiligd tegen onbedoeld openen.
9) Alvorens de CD-speler uit te schakelen, dient u
steeds met de toetsen
Zo vermijdt u dat er vuil in de laser-aftastsyste-
men geraakt. Schakel pas dan de CD-speler uit
met de POWER-schakelaar (31).
5.2
Weergave van het tracknummer, de
looptijd en de beats per minuut
In de beginstand na inschakelen worden op het dis-
play (fig. 3) tijdens het afspelen van een CD en bij
ingeschakelde pauze het tracknummer (j) en de
resterende tijd (k) van de geselecteerde track weer-
gegeven. Voor weergave van de resterende tijd ver-
schijnt de melding "REMAIN" (n) op het display. De
tijd wordt in minuten (M) en seconden (S) weerge-
geven, waarbij de seconden nog eens in 75 "frames"
(F) verdeeld zijn (1 frame =
Door verschillende keren kort op de toets TIME
STOP (13) te drukken, kan u onderstaande tijdsin-
formatie opvragen en de functie OUTRO selecteren
(indien u de toets langer ingedrukt houdt, schakelt
het afspeelmechanisme in de Stop-stand).
1ste keer drukken op de toets
de verstreken afspeeltijd van de geselecteerde
track (de melding "REMAIN" verdwijnt van het
display)
2de keer drukken op de toets
de functie OUTRO om telkens de laatste 30 se-
conden van de volgende tracks af te spelen (deze
functie werkt pas vanaf de volgende track – druk
eventueel op de toets
de geselecteerde track wordt weergegeven
3de keer drukken op de toets
de resterende speeltijd van de volledige CD; de
bargrafiek (c) gaat uit en de functie OUTRO is
weer uitgeschakeld
3) Leg eerste een CD in beide afspeelmechanis-
men. Druk dan eerst op de toets RELAY (5). De
LED boven de toets licht op.
4) Start het afspelen op een afspeeleenheid met de
toets
(21). Schakel het andere afspeelme-
chanisme in de pauzestand (weergave
het einde van de track resp. de CD is bereikt,
schakelt het betreffende afspeelmechanisme in
pauze en start het andere. Deze procedure her-
haalt zich eindeloos tot de relaiswerking wordt
uitgeschakeld. (Druk hiervoor opnieuw op de
toets RELAY.)
5) Tijdens het afspelen van de CD kunt u bovendien
op elk moment met de toets
afspeelmechanisme schakelen.
6) Wanneer u in het afspeelmechanisme in pauze-
stand een andere CD legt, moet u vervolgens
met de toets RELAY opnieuw de relaiswerking
activeren.
Opmerking: Indien u in deze bedrijfsmodus op de
toets CUE (19) van het weergegeven afspeelmecha-
nisme drukt, dan wisselt u naar het andere afspeel-
mechanisme. Indien u op de toets CUE van een af-
speelmechanisme in pauzestand drukt, dan wisselt
het afspeelmechanisme zolang de toets ingedrukt
wordt gehouden.
5.4

Een track kort voorbeluisteren

1) Na inleggen van een CD springt u evt. eerst met
de toets +10 (20) en dan met de toets
(11) naar de gewenste track.
2) Indien op het display de looptijd (k) van de track
verschijnt, houdt u de toets CUE (19) ingedrukt.
De track wordt afgespeeld zolang de toets wordt
ingedrukt.
3) Na loslaten van de toets CUE keert de CD-speler
terug naar het begin van de track en schakelt hij in
pauze. Druk op de toets
starten. U kunt met de toets CUE op elk moment
naar het begin van de track terugspringen.
26
4de keer drukken op de toets
in
Basisinstelling (weergave van de resterende tijd
(6 of 30) kunt u de CD-
van de geselecteerde track)

5.2.1 Bargrafiek

De bargrafiek (c) geeft de resterende speeltijd of de
reeds gespeelde tijd van een track door zijn lengte
grafisch weer, in functie van de tijdsinformatie die op
de CD-laden te sluiten.
de display met de toets TIME STOP (13) werd
geselecteerd. De bargrafiek geeft de laatste 30
seconden van een track aan door over de volledige
lengte te knipperen. Tijdens de laatste 15 seconden
gaat de bargrafiek sneller knipperen.
Opmerking: Bij de weergave van de resterende tijd
van de volledige CD wordt de bargrafiek niet op het
display weergegeven.

5.2.2 De beatteller

De geïntegreerde beatteller telt voortdurend auto-
matisch de beats per minuut van de geselecteerde
track. Om het aantal beats per minuut weer te
geven, drukt u kort op de toets BPM/PITCH (26). De
melding "PITCH" (h) verdwijnt van het display en
1
/
seconde).
75
"BEAT" (g) verschijnt. Het displayveld PITCH (i)
geeft nu het aantal beats per minuut aan. Om terug
te keren naar het display van de met regelaar
PITCH CONTROL (4) ingestelde snelheid, drukt u
opnieuw op de toets BPM/PITCH.
Tips
a Zolang de beatteller nog geen bruikbaar resultaat
heeft geteld (b. v. aan het begin van een track),
wordt "– – – " op het display weergegeven.
b Bij muziek zonder ritmische signaalpieken (b. v.
klassiek of rustige muziektracks) kan de beattel-
ler geen waarde bepalen resp. toont hij een ver-
keerde waarde.
); de resterende tijd van
c Wanneer de functie Snel vooruit of achteruit zoe-
ken [toets
onderbreekt de beatteller het tellen en verschijnt
er "– – – " op het display. Na het vooruit resp. ach-
teruit zoeken moet hij de correcte waarde eerst
weer opnieuw berekenen.
5.5
Wenst u tijdens het afspelen van een CD versneld
vooruit of achteruit te zoeken, houd dan de toets
SEARCH
Tips
). Zodra
a De functie vooruit/achteruit zoeken werkt ook
over meerdere tracks tot begin of einde van de
CD. Indien echter bij Afspelen van een individu-
ele track met de functie Vooruit zoeken de vol-
gende track bereikt of met de functie Achteruit
zoeken het begin van de track, dan schakelt het
toestel in pauze.
b In de pauzemodus wordt na vooruit/achteruit
naar het andere
zoeken de geselecteerde plaats continu herhaald
tot het afspelen gestart wordt met de toets
(21) of de wanneer tweemaal kort op de toets
CUE (19) wordt gedrukt.
5.6
Om in pauzestand een plaats zo precies mogelijk te
zoeken, gebruikt u de draaiknop FWD/REV (17).
Het vooruit- of achteruitspelen van de CD gebeurt
zo lang en zo snel als de draaiknop wordt bediend.
De precieze plaats kunt u hierbij van de tijdsaandui-
ding (k) op het display aflezen, en kan in stappen
van 1 "frame" (F) worden geselecteerd (1 frame =
1
/
seconde). Na het zoeken met de knop wordt de
75
geselecteerd plaats continu herhaald tot éénmaal
op de toets
CUE (19) wordt gedrukt.
resp.
Bij een spelende CD kunnen "draailier"-effecten
gegenereerd worden door de knop vooruit en
achteruit te draaien.
(21) om de track te
resp.
(12)] wordt gebruikt,

Versneld vooruit en achteruit zoeken

of
(12) ingedrukt.
Een bepaalde plaats in een track precies
opzoeken
(21) of tweemaal kort op de toets
5.3

De bedrijfsmodus kiezen

5.3.1 Afspelen van een individuele track

Bij het inschakelen van de CD-speler is steeds de
modus Afspelen van een individuele track geac-
tiveerd. Deze instelling is speciaal voor gebruik in
een discotheek bedoeld:
1. Op het display verschijnt "AUTO CUE SINGLE" (f).
2. Bij de selectie van een track staat de CD-speler
precies op de plaats, waar de muziek begint, dus
niet bij de tijdsindex 00:00:00. Op het display ver-
schijnt hierbij even de melding "A CUE".
3. Na het afspelen van een track schakelt de CD-
speler weer in pauze exact op de plaats, waar de
muziek van de volgende track begint.

5.3.2 Afspelen van de volledige CD

Wenst u alle tracks na elkaar continu af te spelen,
schakel dan met behulp van de toets CONT./
SINGLE (24) naar Afspelen van de volledige CD:
Het display wisselt van "AUTO CUE SINGLE" (f)
naar "CONTINUE" (d). Om terug te schakelen naar
Afspelen van een individuele track, drukt u opnieuw
op de toets CONT./SINGLE.
5.3.3 Relaiswerking – automatische start van

het andere afspeelmechanisme

Aan het einde van een track of het einde van een
CD kan automatische het andere afspeelmecha-
nisme worden gestart.
1) Wenst u telkens aan het einde van een track de
andere afspeeleenheid te starten, schakel dan
beide afspeeleenheden met de toets CONT./
SINGLE (24) naar Afspelen van een individuele
track – "AUTO CUE SINGLE" (f) moet op beide
displays worden weergegeven.
2) Wenst u telkens aan het einde van een CD de
andere afspeeleenheid te starten, schakel dan
beide afspeeleenheden met de toets CONT./
SINGLE naar Afspelen van de volledige CD –
"CONTINUE" (d) moet op beide displays worden
weergegeven.
5.7

Naar een bepaalde plaats in een track

terugkeren / stottereffecten genereren
1) Schakel tijdens het afspelen van een track met de
toets
(21) in pauze, wanneer de plaats bereikt
is, naar welke later teruggesprongen moet wor-
den. De toetsen
en CUE (19) knipperen.
2) Indien noodzakelijk, kan de plaats op de CD met
behulp van de knop FWD/REV (17) preciezer
worden geselecteerd. De huidige plaats is con-
tinu te horen.
3) Druk op de toets CUE. Hierdoor wordt de plaats
intern gemarkeerd. De toets CUE licht nu continu
op. De toets
blijft knipperen als teken om het
afspelen te starten.
4) Herstart het afspelen met de toets
5) Met behulp van de toets CUE of BOP (18) kunt u
nu terugspringen naar de gemarkeerde plaats.
Na drukken op de toets CUE staat het afspeel-
mechanisme op het gemarkeerde punt in pauze,
terwijl na bediening van de toets BOP onmiddel-
lijk vanaf de gemarkeerde plaats verder gespeeld
wordt.
Door meerdere keren op de toets BOP te
drukken, kunnen stottereffecten worden gegene-
reerd. Het stottereffect is des te sterker, naarge-
lang het startpunt wordt gekozen (b. v. het begin
van een woord of inzettend instrument).
6) Indien met de toets CUE werd teruggesprongen
naar de gemarkeerde plaats, start u het afspelen
ofwel met de toets
ofwel door de toets CUE
ingedrukt te houden. Na loslaten van de toets
CUE staat de afspeeleenheid weer op de gemar-
keerde plaats in pauze.
Opmerking: Bij Afspelen van een individuele track
kan enkel binnen een track worden teruggekeerd.
.

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

21.1780