vlaktes van bladeren en vuil en voor het verwij-
deren van dunne lagen verse sneeuw.
8.11 GRASROL (Afb. 8.1 n. 51)
Om het terrein aan te duwen na het zaaien of
platdrukken van het gras.
8.12 SNEEUWSCHUIVER (Afb. 8.1 n. 52)
Voor het wegschuiven van de sneeuw en het
zijdelings ophopen ervan.
8.13 HEFINTERFACE (Afb. 8.1 n. 53A)
Staat toe bijkomende frontale toebehoren te
monteren die geen krachtafnemer vereisen.
8.14 KRACHTAFNEMER (PTO)
(Afb. 8.1 n. 53B)
Staat toe het vermogen van de motor over te
brengen naar het gecontroleerde toebehoren.
Vereist de aanwezigheid van het hefinterface.
8.15 MODDERWIELEN/SNEUWWIELEN
18" (Afb. 8.1 n. 54)
De sneeuwwielen zijn ontworpen en vervaar-
digd om de aandrijfprestaties op sneeuw en
modder te verbeteren.
NL - 21