Zodiac iAquaLink CONTROL Z550iQ Notice D'installation Et D'utilisation page 119

3.2.2 Onderhoud uit te voeren door de gebruiker
• Zorg er voor dat er geen vreemde lichamen het ventilatorrooster belemmeren.
• Reinig de verdamper (zie voor locatie § "5.3 I Afmetingen en markering") met behulp van een borstel met soepele
haren en een zachte waternevel (trek de stekker uit). Buig de metalen vinnen niet om, en reinig de condensaftapleiding
om onzuiverheden die zouden kunnen leiden tot verstoppingen te verwijderen.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopening van de elektrische kast schoon zijn.
• Gebruik geen hogedrukwaterstraal. Niet sproeien met regenwater, zout water of mineralenrijk water.
• Maak de buitenkant van het apparaat schoon, maar gebruik geen product op basis van oplosmiddelen. Wij bieden u
in optie een specifieke reinigingskit aan: PAC NET, zie § "5.1 I Beschrijving".
3.2.3 Onderhoud uit te voeren door een gekwalificeerde technicus
• Lees aandachtig
onderhoudswerkzaamheden uit te voeren, zie «3.2.1 Veiligheidsinstructies voor apparaten
die het koelmiddel R32 bevatten".
• Controleer de goede werking van de gebruikersinterface.
• Controleer de correcte condensafvoer tijdens de werking van het apparaat.
• Controleer de veiligheidsorganen.
• Controleer het verbinden van de metaalmassa's met de aarding.
• Controleer of de aansluitingen van de elektrische kabels goed vastgedraaid zijn en of het schakelkastje schoon is.
❹ Probleemoplossing
• Voer, voordat u contact opneemt met de dealer, enkele eenvoudige controles uit in geval van
een storing met behulp van de volgende tabellen.
• Als het probleem aanhoudt, neem contact op met uw verkoper.
• : Acties voorbehouden aan een gekwalificeerde monteur
4.1 I Gedrag van het apparaat
• Bij het opstarten van het apparaat blijven er 30 seconden 'pauze' voordat dit zich in werking
stelt.
• Wanneer de ingestelde temperatuur is bereikt, stopt het apparaat met het verwarmen: de
Het apparaat begint
temperatuur van het water is hoger dan of gelijk aan de gewenste temperatuur.
• Wanneer het waterdebiet nul of onvoldoende is, zal het apparaat stoppen: controleer of het water
niet onmiddellijk op
correct stroomt in het apparaat en dat de hydraulische aansluitingen correct zijn uitgevoerd.
te warmen
• Het apparaat stopt wanneer de buitentemperatuur lager is dan -12 °C.
• Het is mogelijk dat het apparaat een defect heeft gedetecteerd (zie § "4.2 I Weergave foutcode").
• Als deze punten zijn gecontroleerd en het probleem aanhoudt: neem contact op met de verkoper.
• Dit afgevoerde water, "condens" genaamd, is afkomstig van het vocht in de lucht dat condenseert
bij contact met sommige koude organen in het apparaat, met name op de verdamper. Hoe
vochtiger de buitenlucht is, hoe meer condens uw apparaat produceert (uw apparaat kan
meerdere liters water per dag afvoeren). Dit water wordt opgevangen door de basis van het
Het apparaat loost
apparaat en afgevoerd via gaten.
water
• Om te controleren of het water niet afkomstig is van een lek in het zwembadcircuit op het
apparaat, stop het apparaat en start de filtratiepomp zodat het water door het apparaat stroomt.
Als het water blijft lekken via de condensafvoer is er een lek in het apparaat. Neem dan contact
op met de verkoper.
De verdamper
• Het apparaat zal binnenkort met een ontdooicyclus beginnen om het ijs te doen smelten.
wordt omgeven • Als het apparaat de verdamper niet kan doen ontdooien, zal het vanzelf stoppen omdat de
buitentemperatuur te laag is (lager dan -12 °C).
door ijs
• Dit kan gebeuren tijdens de ontdooicyclus. Het water is dan omgezet in damp.
Het apparaat
• Als het apparaat zich niet in een ontdooicyclus bevindt, is dit niet normaal. Het apparaat
"rookt"
onmiddellijk uitschakelen en loskoppelen, en contact opnemen met de verkoper.
•
F1.
• Wanneer de ingestelde temperatuur is bereikt, stopt het apparaat met het verwarmen: de
Het apparaat werkt
temperatuur van het water is hoger dan of gelijk aan de gewenste temperatuur.
niet
• Wanneer het waterdebiet nul of onvoldoende is, zal het apparaat stoppen: controleer of het
water correct stroomt in het apparaat.
• Het apparaat stopt wanneer de buitentemperatuur lager is dan -12 °C.
• Het is mogelijk dat het apparaat een defect heeft gedetecteerd (zie § "4.2 I Weergave foutcode").
de veiligheidsinstructies
Als er niets op scherm wordt weergegeven, controleer dan de voedingsspanning en zekering
alvorens de hierna aangegeven
NL
22