Alleen Monitoren; Afsluitingsprocedure - Gaymar Medi-Therm III Mode D'emploi

ALLEEN MONITOREN / Afsluiten
*OPMERKING: Temperatuurweergave PATIËNT
begint te knipperen, het lampje ALARM zal
knipperen en het hoorbare alarm wordt
ingeschakeld wanneer de temperatuur van de
patiënt 1,0 °C of meer afwijkt van het gewenste
verwarmingstempo. Dit alarm is alleen van
toepassing bij verwarming van een patiënt in
modi GEMATIGD of TRAPSGEWIJS.
WAARSCHUWING
Als de machine in modus CONTROLE PATIËNT
een temperatuur van de patiëntsonde lager
dan 29 °C of hoger dan 45 °C detecteert,
wordt de therapie gestopt. Alarm PATIËNT
CONTROLEREN en hoorbaar alarm zullen
afgaan. Wanneer dit gebeurt:
• dient de temperatuur van patiënt
gecontroleerd te worden;
• dient ook vastgesteld te worden of
de patiëntsonde losgeraakt is, een
onjuiste sonde wordt gebruikt of de
sonde defect geraakt is (raadpleeg
Foutopsporing, pag. 12-13);
• dient geschakeld te worden naar
modus CONTROLE DEKEN indien
gewenst is dat de therapie wordt
voortgezet.
OPMERKING: Bij temperaturen van de
patiëntsonde tussen 40 °C en 45 °C zal de
therapie worden voortgezet, ondanks het feit
dat het alarmlicht PATIËNT CONTROLEREN en
hoorbaar alarm afgaan.
OPMERKING: Wanneer de temperatuur van
de PATIËNT na 4 uur niet binnen 0,5 °C van de
INSTELPUNT‑temperatuur valt, zal weergave
PATIËNT knipperen en een hoorbaar alarm afgaan.
Wanneer dit gebeurt:
• zal indrukken van knop ALARM STIL het alarm
voor 10 minuten uitschakelen;
• dient de toestand van de patiënt gecontroleerd
te worden en overlegd te worden met een arts;
• dient geschakeld te worden naar modus
CONTROLE DEKEN indien gewenst is dat de
therapie wordt voortgezet.
• zal het wijzigen van het instelpunt de timer van
vier uur opnieuw starten.
OPMERKING: Bij gebruik van de
doorstromingsgeregelde AUTO MODERATE of AUTO
GRADUAL modi voor verwarmen, kan schakelen naar
andere modi, bv. AUTO RAPID of MANUAL, of het
veranderen van het temperatuurinstelpunt tijdens de
therapie veroorzaken dat de Media‑Therm de therapie
10
reset. Dit kan invloed hebben op de algehele duur van
de therapie, afhankelijk van wanneer in de uurcyclus de
modus onderbroken wordt. De tijdsduur van de therapie
is ook afhankelijk van de temperatuur van de patiënt
op het moment dat de AUTO MODERATE of AUTO
GRADUAL modi opnieuw geselecteerd worden.

6.3 ALLEEN MONITOREN

(alleen monitoren temperatuur patiënt,
geen therapie)
Druk op ALLEEN MONITOREN wanneer er geen therapie
nodig is, maar het gewenst is de temperatuur van de
patiënt in de gaten te houden.
Voor werking in modus ALLEEN MONITOREN:
1. Breng het aftastende uiteinde van de
patiëntsonde in patiënt en bevestig zorgvuldig
om toevallig losraken te voorkomen.
2. Steek stekkereinde van patiëntsonde in
contactbus PATIËNTSONDE. Zorg ervoor dat de
stekker goed vastzit.
Gebruik alleen Gaymar-sondes of
gelijkwaardige sondes uit de YSI 400-serie,
goedgekeurd voor gebruik met medische
apparaten. Bij twijfel over gebruik van de juiste
sonde of een juiste werking van de sonde voert
u een SONDECONTROLE-test uit (pag. 13).
3. Druk op knop ALLEEN MONITOREN. Het bovenste
venster aan de bovenzijde van knop ALLEEN
MONITOREN zal oplichten. De temperatuur van de
patiënt wordt weergegeven.
Als de machine een temperatuur van de
patiëntsonde lager dan 29 °C of hoger dan 40 °C
waarneemt, zal alarm PATIËNT CONTROLEREN
oplichten en een hoorbaar alarm afgaan.
NIET VERGETEN –
in modus ALLEEN MONITOREN wordt GEEN
therapie geleverd.

7.0 Afsluitingsprocedure

Wanneer de therapie is afgerond, wordt de Medi‑Therm
III‑machine uitgeschakeld. Sluit de knijpklemmen voor de
deken(s)/wikkeldeken(s) worden losgekoppeld.
OPMERKING: Gooi de DBK35CE verbindingsslang
niet weg.
Medi-Therm III
®