Télécharger Imprimer la page

Civco ULTRA-PRO II Mode D'emploi page 12

Masquer les pouces Voir aussi pour ULTRA-PRO II:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 19
Nederlands
Voor illustratiedoeleinden kunnen de transducer en de beugel zonder transducerhoes worden
n
getoond. Plaats altijd een hoes over de transducer en de beugel om de patiënten en de
gebruikers tegen kruisbesmetting te beschermen.
NAALDBAANVERIFICATIE
Wanneer u het onderdeel voor het eerst gebruikt, voert u een naaldbaanverificatie uit om het
n
systeem en de biopsiegeleiderverhoudingen te controleren volgens de aanwijzingen in de
systeemhandleiding.
OPMERKING: Gebruik een naald met een geschikte lengte om het doelweefsel te bereiken.
GEBRUIKEN VAN NAALDGELEIDINGSYSTEEM
TRANSDUCER
L14-5, L9-4
C5-2, C7-3
L14-5W
1. Bevestig de beugel aan de transducer, aan de bevestigingspunten. Zorg ervoor dat de beugel
goed is vastgemaakt.
C5-2/C7-3, L14-5/L9-4
2. Breng een geschikte hoeveelheid gel aan binnen de hoes en/of het transduceroppervlak. Als u
geen gel gebruikt, is de beeldkwaliteit mogelijk matig.
3. Plaats de transducer in de hoes met gebruik van de juiste steriele techniek. Trek de hoes goed
over het transduceroppervlak om rimpels en luchtbellen te verwijderen. Zorg ervoor dat u de
hoes niet doorprikt.
4. Beveilig de hoes met afgesloten stroken.
5. Controleer de hoes om zeker te zijn dat er geen gaten of scheuren zijn.
6. Klem met een geschikte steriele techniek de onvergrendelde naaldgeleider op een
bevestigingsplaats van de beugel.
Ultra-Pro II™-naaldgeleidersysteem
OVEREENKOMENDE BEUGEL
L14-5/L9-4
C5-2/C7-3
L14-5W
L14-5W
10
KRUISDIEPTE MIDDELLIJN
3.0cm
8.7cm
3.2cm

Publicité

loading