Télécharger Imprimer la page

Dräger X-am 3500 Mode D'emploi page 166

Masquer les pouces Voir aussi pour X-am 3500:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 50
nl
Onderhoud
Om een verse lucht kalibratie uit te voeren:
1. Gasmeetinstrument inschakelen.
2. Verse lucht kalibratie oproepen (afhankelijk van
configuratie):
Als de verse lucht kalibratie met behulp van de PC-
software Dräger CC-Vision werd vrijgegeven voor
gebruikersniveau 0:
> Onderhoud > Verse lucht kal. selecteren.
Als de verse lucht kalibratie met behulp van de PC-
software Dräger CC-Vision niet werd vrijgegeven
voor gebruikersniveau 0:
a.
> Aanmelden
b. Wachtwoord invoeren en bevestigen.
c. Onderhoud > Verse lucht kal. selecteren.
3.
selecteren om de verse lucht kalibratie te starten.
 Alle meetkanalen die aan de verse lucht
kalibratie deelnemen knipperen, alle andere zijn
grijs gearceerd.
Voor elk meetkanaal wordt het resultaat als volgt
weergegeven:
Verse lucht kalibratie succesvol.
Verse lucht kalibratie niet succesvol.
4. Zo nodig op
drukken om de stabiliteitscontrole te
overrulen. In dit geval wordt onmiddellijk een
kalibratie uitgevoerd.
Dräger adviseert, de automatische
stabiliteitscontrole te gebruiken (wachten, tot het
gasmeetinstrument de kalibratie zelfstandig heeft
uitgevoerd).
 De nieuwe meetwaarde wordt ter controle
weergegeven.
Het resultaat wordt als volgt weergegeven:
Verse lucht kalibratie succesvol.
Verse lucht kalibratie niet succesvol.
5. De verse lucht kalibratie is voltooid als alle
deelnemende meetkanalen de test met succes
hebben doorstaan of niet hebben doorstaan.
selecteren en de daaropvolgende dialoog
bevestigen om het resultaat te verwerpen.
selecteren om het resultaat te bevestigen.
Als een storing is opgetreden tijdens de verse lucht
kalibratie:
– Verse lucht kalibratie herhalen.
– Zo nodig sensor vervangen.
5.5.2 Singlegas-kalibratie uitvoeren
De volgende aanwijzingen voor singlegas-kalibratie in
acht nemen:
● Bij de singlegas-kalibratie kan tussen de nulpunt- en
gevoeligheidskalibratie worden gekozen.
● Bij de nulpuntkalibratie wordt het nulpunt van de
geselecteerde sensor op nul gezet.
● Bij de nulpuntkalibratie wordt er voor de Dräger IR-
sensoren van uitgegaan dat de verandering van het
nulpunt bij 50 %LEL resp. 0,5 vol.-% CO
dan ±5 %LEL resp. 0,05 vol.-% CO
gemeten waarde bedraagt. Als de afwijking groter is
dan ±5 %LEL of 0,05 vol.-% CO
gevoeligheidskalibratie ongeldig en wordt een fout
of waarschuwing weergegeven (configureerbaar).
● Bij een gevoeligheidskalibratie wordt er voor de
Dräger IR-sensoren van uitgegaan dat er een
geldige nulpuntkalibratie heeft plaatsgevonden (niet
ouder dan 30 min.), anders wordt er een
bevestigbare waarschuwing weergegeven.
● Bij de gevoeligheidskalibratie wordt de gevoeligheid
van de gekozen sensor ingesteld op de
concentratiewaarde van het testgas.
In de handel verkrijgbaar testgas gebruiken.
Toegestane concentratie van het testgas:
1)
DUAL IR CO
2
2 1)
IR CO
1)
DUAL IR Ex
1)
IR Ex
CatEx
O
2
CO
H
S
2
1)
H
HC
2
1)
PID HC
1)
PID LC ppb
Testgasconcentratie van andere gassen:
Zie PC-software Dräger CC-Vision
1) alleen X-am 8000
2) Afhankelijk van meetbereik en meetnauwkeurigheid
Dräger adviseert een testgasconcentratie in het
midden van het betreffende meetbereik of in de buurt
van de verwachte meetwaarde te kiezen.
niet meer
2
van de
2
dan wordt de
2
2)
0,05 tot 5 vol.-%
De toelaatbare testgas-
concentraties worden door
het gasmeetinstrument
aangegeven bij de single-
gas-kalibratie van de
gevoeligheid.
100 ppm iBut
5 ppm iBut
®
X-am
3500

Publicité

loading