Bosch D-tect 150 Professional Notice Originale page 79

OBJ_BUCH-844-006.book Page 79 Monday, August 30, 2010 10:44 AM
Indicatie-elementen (zie afbeelding A)
Als zich een voorwerp onder de sensor bevindt,
verschijnt het in het sensorbereik c van de weer-
gave. Afhankelijk van de grootte en diepte van
het voorwerp is een materiaalherkenning moge-
lijk. De toegestane boordiepte l tot aan de bo-
venkant van het gevonden voorwerp wordt in de
statusregel weergegeven.
Opmerking: De weergave van de toegestane
boordiepte l en de weergave van de materiaalei-
genschap m hebben betrekking op het zwart
weergegeven voorwerp in de sensor.
De weergave voorwerpmateriaal m kan de vol-
gende eigenschappen aangeven:
– Magnetisch, bijvoorbeeld betonwape-
N
S
ning
– Niet magnetisch, maar van metaal, bij-
N
S
voorbeeld koperbuis
– Niet van metaal, bijvoorbeeld hout of
Metal
kunststof
– ? ? Materiaaleigenschap onbekend
N
S
De weergave van spanningvoerende leidingen n
kan de volgende eigenschappen aangeven:
– Spanningvoerend
Opmerking: Bij spanningvoerende voor-
werpen wordt verder geen eigenschap aan-
gegeven.
– ? Niet duidelijk, spanningvoerend of niet
Opmerking: Driefasedraaistroomleidingen wor-
den eventueel niet als spanningvoerende leidin-
gen herkend.
Lokalisering van voorwerpen
Eenmaal bewegen over het meettraject is vol-
doende om voorwerpen te lokaliseren.
Als u geen voorwerp heeft gevonden, herhaalt u
de beweging dwars op de oorspronkelijke mee-
trichting (zie „Werking", pagina 77).
Als u een gevonden voorwerp nauwkeurig wilt
lokaliseren en markeren, beweegt u het meetge-
reedschap over het meettraject terug.
Bosch Power Tools
1
N
S
0 c
m
1 . 5
2 c m
S e
n s
o r
4
6
0 c
m
P r
e v
2
U n
iv e
r s a 4
l m
o d
e
6
N e
x t
S e
t u p
Als net als in het voorbeeld een voorwerp in het
midden onder de middellijn k in het display 16
verschijnt, kunt u aan de bovenste markerings-
hulp 1 een grove markering aanbrengen. Deze
markering is echter alleen nauwkeurig als het
een precies verticaal verlopend voorwerp be-
treft, aangezien het sensorbereik zich iets onder
de bovenste markeringshulp bevindt.
N
S
0 c
m
1 . 5
c m
2
S e
n s
o r
4
6
0 c
m
P r
e v
2
U n
iv e
r s a
4
l m
o d
e
6
N e
x t
S e
t u p
Als u het voorwerp nauwkeurig wilt aantekenen
op de muur, beweegt u het meetgereedschap
naar links of naar rechts tot het gevonden voor-
werp onder een rand ligt. Als in het display 16
het gevonden voorwerp bijvoorbeeld in het mid-
den onder de gestreepte rechtse lijn g wordt
weergegeven, kunt u het op de rechter marke-
ringshulp 3 nauwkeurig aantekenen.
Het verloop van een gevonden voorwerp in de
muur kunt u vaststellen door het meetgereed-
schap achtereenvolgens langs verschillende
meettrajecten te bewegen (zie afbeelding I en
„Voorbeelden van meetresultaten", pagina 82).
Markeer en verbind de desbetreffende meet-
punten.
Door het indrukken van de starttoets 11 kunt u
de weergave van de gevonden voorwerpen op
elk gewenst moment wissen en een nieuwe me-
ting starten.
1 609 929 X40 | (30.8.10)
Nederlands | 79
3