Telwin SOLARA 1.5 Mode D'emploi page 13

Table des Matières

Publicité

- De acculader kan buiten worden gebruikt: NIET BLOOTSTELLEN
AAN REGEN OF SNEEUW (IPX4)
- De laadklemmen niet aansluiten op of loskoppelen van de accu
terwijl de acculader in werking is.
- Lees en bewaar de waarschuwingen van de constructeurs
van de voertuigen en volg ze nauwgezet op tijdens het gebruik
van de zonnelader om de elektronica van de voertuigen niet
te beschadigen; dit geldt ook voor de aanwijzingen van de
constructeur van de accu's van het voertuig.
- De polariteit van de aansluitingen niet omkeren tijdens het laden
van de accu's.
- De acculader niet gebruiken om accu's die niet oplaadbaar of
bevroren zijn op te laden.
- Beschadigde accu's of accu's die niet compatibel zijn met de
zonnelader kunnen ontploffen als ze worden opgeladen.
- Neem contact op met de producent van de accu's met specifieke
vragen over het laden van de accu.
- De zonnelader genereert elektriciteit als deze aan licht wordt
blootgesteld, ook als hij niet is aangesloten op een apparaat
of op de accu: contact met de uitgangsklemmen, oneigenlijk
gebruik of onjuiste aansluitingen kunnen elektrische schokken en
brandwonden tot gevolg hebben.
- De panelen van de acculader afdekken en op een droge plaats
zetten als de acculader niet wordt gebruikt
- Het product NIET gebruiken in een zeemilieu.
- De kabels van de acculader NIET beschadigen.
- De acculader NIET gebruiken als er elektrische onderdelen en/of
kabels zijn beschadigd.
2. INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING
Voorzien gebruik
Deze acculader kan loodaccu's van 12V die worden gebruikt in
motorvoertuigen (benzine en diesel) laden en/of de lading ervan
behouden.
Beschrijving (Fig.1)
1. Kabel met gepolariseerde uitgangsaansluiting
2. Kabel met laadklemmen.
3. Kabel met mannelijke sigarettenaansteker-aansluiting
4. Zonnecellen (voorkant met donkere kleur)
5. Gaten voor bevestiging
6. Bevestigingsmechanismen
7. Indicator 'ingeschakeld'
Er worden twee uitgangskabels bijgeleverd (2) (4):
- kabel met klemmen (2) voor het ladingsbehoud/laden van
12V-loodaccu's die worden gebruikt in motorvoertuigen.
- kabel met mannelijke jack voor de sigarettenaansteker-
aansluiting van het voertuig.
3. INSTALLATIE (Fig. 2)
- De verpakking openen en de eventuele beschermfolie van de
zonnepanelen verwijderen
- De panelen zo plaatsen dat de zonnepanelen loodrecht op het
oppervlak van de panelen staan.
- De zonnepanelen eventueel stabiel bevestigen met de speciale
gaten (5) uit figuur 1. Lucht laten zitten tussen de achterkant van
de panelen en het bevestigingsoppervlak om te garanderen dat de
cellen worden gekoeld.
- Controleren of de zonnecellen niet gedeeltelijk in de schaduw
staan om het maximale uitgangsvermogen te verkrijgen. De
optimale lading wordt verkregen bij volle zon en een heldere lucht;
als het bewolkt is, wordt er niet efficiënt geladen.
4. WERKING
Deze zonnelader werkt door de energie van de zon om te zetten in
elektrische energie die wordt gebruikt via de speciale aansluitkabels
om de accu te laden.
OPGELET: de accu die wordt opgeladen vaak
controleren om te voorkomen dat deze wordt overbelast of
beschadigd of dat er schade aan voorwerpen of personen
ontstaat.
De installatie uitvoeren volgens de beschrijving in de vorige paragraaf
en controleren of de led (7) uit figuur 1, indien aanwezig, brandt en
knippert.
De te laden accu aansluiten via de speciale kabel.
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET GEBRUIK BIJ HET
LADEN VAN DE LOODACCU VAN HET MOTORVOERTUIG
Met betrekking tot de aansluiting via kabels met klemmen ( 2) van
figuur 1.
De instructies precies in de hieronder aangegeven volgorde
uitvoeren.
- De deksels van de accu's (indien aanwezig) verwijderen, zodat
de gassen die worden geproduceerd tijdens het laden naar buiten
kunnen.
- Controleren of het elektrolytpeil de accuplaatjes bedekt; als deze
bloot liggen, gedestilleerd water toevoegen totdat ze 5 -10 mm
onder staan.
LET OP! WEES ZEER VOORZICHTIG TIJDENS DEZE
HANDELING OMDAT ELEKTROLYT EEN STERK CORROSIEF
ZUUR IS.
- De polariteit van de accuklemmen controleren: positief het symbool
+ en negatief het symbool -.
LET OP: als de symbolen niet te onderscheiden zijn, onthoud dan
dat de positieve klem de klem is die niet is aangesloten op het
chassis van de auto.
- De rode laadklem (positieve polariteit, symbool +) aansluiten op de
positieve klem van de accu (symbool +).
- De zwarte laadklem (negatieve polariteit, symbool -) aansluiten
op het chassis van de auto, ver weg van de accu en de
brandstofleiding.
LADEN
- De uitgangskabel van de acculader (1) aansluiten op de
gepolariseerde aansluiting van de kabel met klemmen (2).
- De voorkant van de zonnepanelen (donkere kleur) naar de zon
richten.
LADEN VOLTOOID
- De zonnepanelen van de acculader uit de zon halen.
- De zwarte laadklem loskoppelen van het chassis van de auto of
van de negatieve klem van de accu (symbool -).
- De rode laadklem loskoppelen van de positieve klem van de accu
(symbool +).
- De acculader op een droge plaats neerzetten.
- De accucellen sluiten met de speciale doppen (indien aanwezig).
OPGELET:
- Het voertuig pas starten nadat de zonnelader is losgekoppeld
en van het voertuig is verwijderd.
- De zonnelader NIET in het voertuig gebruiken tijdens
het rijden: de panelen kunnen het zicht tijdens het rijden
versperren of kunnen losraken en schade aan voorwerpen of
personen veroorzaken.
5. ONDERHOUD
De zonnepanelen schoonmaken met een zachte doek en op een
droge plaats opbergen.
Voor gebruik controleren of de panelen niet zijn beschadigd en of de
kabels en de uitgangspoorten heel zijn.
- 13 -

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Solara 5.0

Table des Matières