Inbedrijfstelling; Elektrische Aansluiting - ASO Safety Solutions SK 35 Manuel D'utilisation

Inbedrijfstelling

Voorwaarden
• Bij toevoer via de klemmen B1 en B2 moet de spanning voldoen aan de eisen voor lage spanning
met veilige scheiding.
• Leidingen die buiten of buiten de schakelkast gelegd worden, moeten overeenkomstig beveiligd
worden.

Elektrische aansluiting

• Voedingsspanning 24 V gelijk- of wisselspanning op de klemmen B1,B2 of 230V wisselspanning
(115V AC voor SK 35-82 Versie) op de klemmen A1, A2 aansluiten
• Signaalgever op de klemmen X1, X2 en Y1, Y2 aansluiten; evt. niet gebruikte ingang voorzien
van een weerstand van 8,2 kΩ.
• Het te controleren veiligheidscircuit op de klemmen 13, 14 en 23, 24 aansluiten
• Het testsignaal dat door het bijbehorende besturingssysteem ter beschikking gesteld wordt
aansluiten op de klemmen T1,T2 en de signaalvorm via de DIP-schuifschakelaar S1 selecteren.
• Bij zelfvergrendeling: deblokkeringstaster voor manuele reset op de klemmen Z1, Z2 aansluiten
en de functie via de DIP-schuifschakelaar S2 selecteren.
Beide veiligheidscircuits zijn niet volgens SELV-criteria van elkaar gescheiden. Daardoor
is het gebruik van een schakelcontact met netspanning en van het andere schakelcontact
met een SELV-schakeling niet toegestaan. De voedingsspanning aan de klemmen B1,
B2 is niet galvanisch van de signaalgeveringangen gescheiden.
Na een succesvolle inbedrijfstelling zijn de relaisuitgangen 13, 14 en 23, 24 gesloten. Door de sig-
naalgever te activeren, wordt het relaiscontact geopend.
Aansluiten van meerdere signaalgevers per signaalgevercircuit
Aan de signaalgeveringang X1,X2 resp. Y1,Y2 kunnen een of meerdere signaalgevers aangesloten wor-
den. Hiervoor worden de afzonderlijke signaalgevers overeenkomstig Afbeelding 1 in serie geschakeld.
Er kunnen maximum 5 signaalgevers met een totale kabellengte van max. 25 m in serie geschakeld
worden.
Voor het aansluiten van de in serie geschakelde signaalgevers is het raadzaam, de weerstandswaarde
van de aaneenschakeling te meten.
2
Afbeelding 1: Aaneenschakeling van verschil-
lende signaalgevers, hier als voorbeeld
veiligheidscontactlijst
2 2
ASO-signaalgevers mogen niet
parallel geschakeld worden.
afsluitweerstand
8,2 KOhm
2
47