• Gebruik bij accessoires alsook slijtage- en reserve-
onderdelen uitsluitend originele onderdelen. Reser-
veonderdelen zijn verkrijgbaar bij de leverancier.
• Geef bij bestellingen onze artikelnummers alsook
type en bouwjaar van het apparaat aan.
m WAARSCHUWING!
Het apparaat en verpakkingsmateriaal zijn geen
kinderspeelgoed! Kinderen mogen niet met plas-
tic zakken, folies en kleine onderdelen spelen! Er
bestaat gevaar voor inslikken en verstikkingsge-
vaar!
9.
Voor ingebruikname
• Controleer vóór het aansluiten of de specificaties op
het typeplaatje overeenkomen met de gegevens van
het stroomnet.
• Controleer het apparaat op transportschade. Meld
eventuele schade direct bij het transportbedrijf die
de compressor heeft bezorgd.
• De opstelling van de compressor moet nabij de ver-
bruiker plaatsvinden.
• Lange luchtleidingen en lange snoeren (verleng-
snoeren) moeten worden voorkomen.
• Let er op dat de aanzuiglucht droog en stofvrij is.
• De compressor niet in vochtige of natte ruimtes
plaatsen.
• De compressor mag uitsluitend in geschikte ruimtes
(goed geventileerd, omgevingstemperatuur +5 °C
tot 40 °C) worden gebruikt. In de ruimte mag geen
sprake zijn van stof, zuren, dampen, explosieve of
brandbare gassen.
• De compressor is geschikt voor gebruik in droge
ruimtes. In het bereik waar met spatwater wordt ge-
werkt, is gebruik niet toegestaan.
• De compressor mag alleen kortstondig, bij droge
omgevingscondities, buitenshuis worden gebruikt.
• De compressor moet altijd droog worden gehouden
en mag na de werkzaamheden niet buitenshuis ach-
ter worden geladen.
10. Montage en bediening
m Let op!
Het apparaat moet voor de ingebruikname volledig
zijn gemonteerd!
Voor de montage heb je nodig:
1x dopsleutel 12 mm, steeksleutel 13 mm en 17 mm.
(niet bij de levering inbegrepen)
66 | NL
10.1 Montage van de standaard (afb. 5)
• Monteer de meegeleverde standaard (12) zoals
wordt weergegeven.
10.2 Montage van de wielen (afb. 4)
• Monteer de meegeleverde wielen (10) zoals wordt
weergegeven.
10.3 Montage van het luchtfilter (afb. 6)
• Monteer de meegeleverde luchtfilter (4) zoals wordt
weergegeven.
10.4 Netaansluiting
• De compressor is voorzien van een netsnoer met
een geaarde stekker. Deze kan op elke geaard stop-
contact 220 ‒ 240 V~ 50 Hz, welke met 16 A is afge-
zekerd, worden aangesloten.
• Let bij de ingebruikname er op dat de netspanning
overeenkomt met de bedrijfsspanning en met het
machinevermogen overeenkomstig de gegevens op
het typeplaatje van de machine.
• Lange toevoerleidingen, alsook verlengstukken,
kabelhaspels etc. veroorzaken spanningsverlies en
kunnen het starten van de motor verhinderen.
• Bij lage temperaturen onder +5 °C wordt het starten
van de motor door zwaar lopen in gevaar gebracht.
11.5 Aan/uit-schakelaar (afb. 1)
• Om de compressor in te schakelen trekt u de AAN/
UIT-schakelaar (3) omhoog.
• Voor het uitschakelen wordt de aan/uit-schakelaar
(3) omlaag gedrukt.
10.6 Drukinstelling (afb. 1)
• Met de drukregelaar (6) wordt de druk op de mano-
meter (5) ingesteld.
• De afgestelde druk kan op de snelkoppelingen (8)
worden ontnomen.
10.7 Instelling drukschakelaar (afb. 1)
• De drukschakelaar (2) is in de fabriek ingesteld.
Inschakeldruk ca. 6 bar
Uitschakeldruk ca. 8 bar
10.8 Montage van de persluchtslang (afb. 1)
• Sluit hiertoe de steeknippel van de persluchtslang
(niet meegeleverd) aan op een van de snelkoppe-
lingen (8). Sluit vervolgens het universele perslucht-
gereedschap aan op de snelkoppeling van de per-
sluchtslang.
www.scheppach.com