Anleitung PS 12 - PS 12 Niro
NL
1 kruiskopschroevendraaier
4. Montage (fig. 1)
Aanwijzing: De positienummers in de tekst hebben
betrekking op de positienummers in hoofdstuk 3.1 of
3.2.
4.1 PS 12
1. De wielen (21) op de voetconsole (9) monteren
m.b.v. 2 zeskantbouten (12), 2 plaatjes (20) en
zelfborgende moer (16). (Detail fig. A)
2. Op de voet (8) de voetconsole (9) vastschroeven
m.b.v. 1 zeskantbout (11), het overeenkomstige
plaatje (19) en 1 zeskantmoer (15).(Detail fig. B)
3. Mantel van de bak (6) op de voet (8) schroeven
m.b.v. 4 zeskantbouten (10) en de overeen-
komstige moerplaatjes (17) en zeskantmoeren
(14). (Detail fig. C)
4. Het deksel van de bak (5) op de mantel van de
bak (6) plaatsen en vastschroeven m.b.v. 4
zeskantbouten (10) en de overeenkomstige
moerplaatjes (17) en zeskantmoeren (14).
(Detail fig. D)
5. De adapterplaat (3) op de console boven (4)
vastschroeven m.b.v. 3 zeskantbouten (11), de
overeenkomstige moerplaatjes (18) en 3
zeskantmoeren (15). (Detail fig. E)
6. De kolom (4) op het deksel van de bak (5)
plaatsen en vastschroeven m.b.v. 3
zeskantbouten (11), de overeenkomstige
moerplaatjes (18) en 3 zeskantmoeren (15).
(Detail fig. F)
7. De slang door de kolom (4) leiden, de brander
(2) op de adapterplaat (3) plaatsen en vast-
schroeven m.b.v. 4 parkerschroeven (13).
(Detail fig. G)
8. Reflector (1) op het brandergedeelte (2) vast-
schroeven m.b.v. 3 zeskantbouten (11) en de
overeenkomstige moerplaatjes (18).
(Detail fig. H)
9. Deur (7) inhangen.
8. Aansluiting op de gasfles zie hoofdstuk 6.
4.2 PS 12 Niro
Wees voorzichtig bij het assembleren van de
scherpkantige stukken!
1. De wielen (24) op de voetconsole (10) monteren
m.b.v. 2 zeskantbouten (13), 2 plaatjes (23) en
zelfborgende moer (19). (Detail fig. A)
18
28.01.2005
7:15 Uhr
Seite 18
2. Op de voet (9) de voetconsole (10) vast-
schroeven m.b.v. 1 zeskantbout (12), het over-
eenkomstige plaatje (22) en 1 zeskantmoer (17).
(Detail fig. B)
3. Mantel van de bak (7) op de voet (9) schroeven
m.b.v. 4 zeskantbouten (11) en de overeen-
komstige moerplaatjes (20) en zeskantmoeren
(16). (Detail fig. C)
4. De plaat (5) wordt van beneden vastgeschroefd
tegen het deksel van de bak (6) m.b.v. 3
lenskopschroeven (14) en de overeenkomstige
zeskantmoeren (18). (Detail fig. D)
5. Het deksel van de bak (6) op de mantel van de
bak (7) plaatsen en vastschroeven m.b.v. 4
zeskantbouten (11) en de overeenkomstige
moerplaatjes (20) en zeskantmoeren (16).
(Detail fig. E)
6. De adapterplaat (3) op de console boven (4)
vastschroeven m.b.v. 3 zeskantbouten (12), de
overeenkomstige moerplaatjes (21) en 3
zeskantmoeren (17). (Detail fig. F)
7. De kolom (4) op het deksel van de bak (6)
plaatsen en vastschroeven m.b.v. 3 zes-
kantbouten (12), de overeenkomstige moer-
plaatjes (21) en 3 zeskantmoeren (17).
(Detail fig. G)
8. De slang door de kolom (4) leiden, de brander
(2) op de adapterplaat (3) plaatsen en vast-
schroeven m.b.v. 4 parkerschroeven (15).
(Detail fig. H)
9. Reflector (1) op het brandergedeelte (2) vast-
schroeven m.b.v. 3 zeskantbouten (12) en de
overeenkomstige moerplaatjes (21).
(Detail fig. J)
10. Deur (8) inhangen.
11. De randbeschermingsbanden aanbrengen op de
deur (8) en de mantel van de bak (7).
12. Aansluiting op de gasfles zie hoofdstuk 6.
5. Veiligheidsvoorschriften
Partystraler op een effen niet of slechts
miniem hellende vlakte plaatsen (helling max.
5°).
Let op ! Het toestel mag slechts onder toezicht
worden gebruikt.
Reflector en geperforeerde plaat bij bedrijf niet
aanraken – gevaar om brandwonden op te lopen !
Tijdens het bedrijf dient een veilige afstand te
worden gehouden van brandbare voorwerpen.
Aan de partystraler mogen geen voorwerpen
worden vastgemaakt.