nl
Bedieningselementen
De machine is voorzien van een eenvoudig
te begrijpen menu om de bediening van de
machine zo eenvoudig mogelijk te maken
en vele functies te kunnen bieden� Via het
menu kan met slechts enkele bedienings-
stappen uit een scala aan mogelijkheden
worden gekozen�
Netspanningsschakelaar J
Met behulp van de netspanningschakelaar
J (waarvoor u de deur moet openen)
schakelt u de machine in of uit (door inscha-
keling/onderbreking van de stroomtoevoer)�
F
Belangrijk: bedien de netspanning-
schakelaar niet tijdens het bedrijf�
Schakel de machine enkel uit vanuit
de "waakstand", zodat deze automa-
tisch wordt gespoeld�
Toets I
Door de toets I in te drukken,
wordt de machine ingeschakeld of in de
waakstand gezet� Hierbij wordt de machine
automatisch gespoeld�
De machine spoelt niet wanneer:
● deze bij het inschakelen nog warm is�
● er vóór het uitschakelen geen koffie
werd gezet�
De machine is klaar voor gebruik zodra
de symbolen voor de drankkeuze op het
display worden weergegeven�
Toets A
Door de toets A in te drukken, kan
het menu worden opgeroepen� Hierin
kunnen instellingen worden opgegeven
en kan informatie worden opgevraagd (zie
hoofdstuk "Menu")�
98
Toets E
Door de toets E in te drukken, kan de
lijst met serviceprogramma's worden opge-
roepen� Voer het gewenste programma uit
volgens de beschrijving in het hoofdstuk
"Serviceprogramma's"�
Toets B
Door de toets B in te drukken, kan de
"gepersonaliseerde drankbereiding" worden
opgeroepen� Hiermee kunnen persoonlijke
instellingen voor koffiedranken worden
opgeslagen en opgeroepen (zie hoofdstuk
"Gepersonaliseerde dranken")�
Toets G
Door de toets G in te drukken nadat
er een drank is geselecteerd, kunnen
tegelijkertijd twee kopjes worden bereid
(zie hoofdstuk "Twee kopjes tegelijk")�
F
Door A, E, B of
G nogmaals in te drukken, wordt
het desbetreffende menu weer
verlaten�
Toets C
Door C in te drukken, kan de
drankbereiding of een serviceprogramma
worden gestart�
Door tijdens de drankbereiding nogmaals
C in te drukken, wordt de afname
voortijdig gestopt�
Draaiknop
Met de draaiknop kan op het display
worden genavigeerd of kunnen parameters
worden gewijzigd�
Display (touchscreen)
Op het display wordt informatie weerge-
geven of kunnen door aanraking van het
touchscreen instellingen worden opgegeven
(zie hoofdstuk "Display")�