BFT VISTA-TL Série Instructions D'utilisation Et D'installation page 55

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 28
- Veiligheidsinrichting "presence sensor":
Tijdens het openen vindt de beweging met vertraagde snelheid plaats, in de
andere fases heeft het geen enkel effect.
- Veiligheidsinrichting tijdens sluiten:
Tijdens de sluiting wordt de beweging omgekeerd.
Met open deur wordt de TCA of de ontruimingstijd op nul gezet.
Indien bezet, is starten bij opening en sluiting niet mogelijk.
- Stop:
Blokkeert de beweging en annuleert alle commando's.
Modus 1) Deur gesloten 's nachts.
Verschillen vergeleken met de standaard werking:
- de deur gaat langzaam dicht en blijft dicht
- antipaniekfunctie niet actief.
- alleen ingang Open-key actief (opent snel, open gedurende de ontruimings-
tijd, sluit langzaam).
- tijdens de sluiting blokkeren de fotocellen de beweging tot ze bezet zijn,
zonder de deur opnieuw te openen.
In "kooi"-modus worden de interne en externe deuren ingesteld als "'s nachts gesloten".
Modus 2) Deur gesloten overdag
Verschillen vergeleken met de standaard werking:
- de deur gaat langzaam dicht en blijft dicht
- antipaniekfunctie actief
- alleen ingang Open-key actief (opent snel, open gedurende de ontruimings-
tijd, sluit langzaam)
- tijdens de sluiting blokkeren de fotocellen de beweging tot ze bezet zijn,
zonder de deur opnieuw te openen
In "kooi"-modus is deze werking niet toegestaan.
Modus 3) Totale opening deur.
Verschillen vergeleken met de standaard werking:
- de deur gaat volledig open met lage snelheid en blijft open
In "kooi"-modus worden de interne en externe deuren ingesteld als "totale opening".
Modus 4) Gedeeltelijke opening deur
Verschillen vergeleken met de standaard werking:
- de deur gaat gedeeltelijk open (instelbare afstand "gedeeltelijke opening")
met lage snelheid en blijft open
In "kooi"-modus is deze werking niet toegestaan.
Modus 5) Gedeeltelijke opening
Verschillen vergeleken met de standaard werking:
- als standaard werking maar het openen stopt bij de gedeeltelijke afstand
ingesteld op "gedeeltelijke opening".
In "kooi"-modus worden de interne en externe deuren ingesteld als "gedeeltelijke
opening".
Modus 6) Opening apotheek
Verschillen vergeleken met de standaard werking:
- de deur opent en sluit bij lage snelheid en stopt bij de waarde ingesteld op
"opening apotheek"
- activeert alleen het commando Open-key
- de automatische sluitingen zijn niet actief
- tijdens de sluiting blokkeren de fotocellen de beweging tot ze bezet zijn,
zonder de deur opnieuw te openen.
In "kooi"-modus is deze werking niet toegestaan.
Modus 7) Kooi naar binnen toe geopend (Alleen actief in kooi-modus)
De externe deur is ingesteld als "gesloten overdag".
De interne deur is ingesteld als "totale opening".
Modus 8) Kooi naar buiten toe geopend (Alleen actief in kooi-modus)
De externe deur is ingesteld als "totale opening".
De interne deur is ingesteld als "gesloten overdag".
15.2) WERKINGSWIJZE RADAR
Modus 0) Radar standaard werking:
- de interne radar geactiveerd
- de externe radar geactiveerd
Modus 1) Interne radar:
- alleen de interne radar geactiveerd
(in "kooi"-modus is alleen de radar in het gebouw geactiveerd)
Modus 2) Externe radar:
- alleen de externe radar geactiveerd
(in "kooi"-modus is alleen de radar buiten het gebouw geactiveerd)
15.3) WERKINGSWIJZE ZOEMER
Modus 0:
De zoemer maakt geen geluid tijdens de manoeuvre. Hij treedt alleen in werking
in geval van nood om eventuele storingen te signaleren.
Modus 1:
De zoemer klinkt aan het begin van iedere openingsmanoeuvre of tijdens een
verandering van richting.
Modus 2:
De zoemer klinkt aan het begin van iedere openings- en sluitingsmanoeuvre of
tijdens een verandering van richting.
Modus 3:
De zoemer klinkt tijdens de volledige duur van de manoeuvre.
Modus 4:
De zoemer klinkt tijdens het openen als de openingsfotocel bezet is.
15.4) WERKINGSWIJZE BLOKKEERINRICHTING
Modus 0:
Motor altijd gedeblokeerd (slot altijd gevoed)
Modus 1:
Motor geblokkeerd op sluitingspositie
Modus 2:
Motor geblokkeerd bij iedere stilstand
Modus 3:
Motor geblokkeerd bij iedere stilstand van meer dan 20 sec.
Modus 4:
De motor reageert met 10N op de openingsforceringen
Modus 5:
De motor reageert met het maximumvermogen op de openingsforceringen
Modus 6:
"Elastisch". Alleen gebruiken in de installaties gemonteerd met kit "VISTA ELA".
INSTALLATIEHANDLEIDING
Modus 7:
Alleen gebruiken in de installaties gemonteerd met "ELA SL 24.B KIT". Voor details
over de werking de desbetreffende handleiding raadplegen.
Modus 8:
Alleen gebruiken in de installaties gemonteerd met "ELA SL 24.B KIT". Voor details
over de werking de desbetreffende handleiding raadplegen.
15.5) WERKINGSWIJZE MULTIFUNCTIONELE INGANG
Modus 0:
Ingresso NO, opent en blijft open zolang de ingang actief is
Modus 1:
Ingresso NO, sluit en blijft dicht zolang de ingang actief is
Modus 2:
Ingresso NC, opent en blijft open zolang de ingang actief is
Modus 3:
Ingresso NC, sluit en blijft dicht zolang de ingang actief is
Modus 4:
NO ingang: indien actief "werkwijze deur" = 1 d.w.z. "deur 's nachts gesloten".
15.6) WERKINGSWIJZE ALARMUITGANG
De alarmuitgang wordt in de volgende gevallen geactiveerd:
- de deur blijft open voor fotocel voor een langere tijd dan de parameter
"tempo_allarme";
- er is een obstakelalarm;
- er wordt een opening geforceerd, terwijl de deur een tegenkracht levert
(type slot = 4 of 5);
De alarmuitgang wordt in de volgende gevallen gedeactiveerd:
- bij het bereiken van de sluitingsaanslag
- bij het drukken op de stop-toets
15.7) WERKINGSWIJZE UITGANG DEURSTATUS
Modus 0:
Uitgang actief als de deur niet geheel gesloten is
Modus 1:
Uitgang actief als de deur niet geheel open is
15.8) ANTIPANIEKFUNCTIE
"ON"
Wanneer de netspanning ontbreekt, en de batterij is aangesloten, voert de
deur een totale opening uit om zich vervolgens bij opening te blokkeren.
"OFF" Wanneer de netspanning ontbreekt, gaat de deur open en blijft deze
open als de batterijspanning onder 20V daalt.
15.9) ANTI-PLETTINGSFUNCTIE
Als een obstakel de beweging van de deur tegenwerkt door de deur te vertragen,
wordt hierdoor de beweging in sluitingsfase omgekeerd of komt de deur tot
stilstand in openingsfase. De gevoeligheid kan op het display worden geregeld
door middel van de parameters openingskracht en sluitkracht.
15.10) AANSLUITING VAN MEER DEUREN MET GECENTRALISEERDE BEDIE-
NINGEN
Zie de instructies van de U-LINK modulen
De gecentraliseerde bedieningen zijn:
a) Open-key vanaf knop.
Alle deuren van dezelfde zone gaan open en na de ingestelde ontruimingstijd
gaan ze dicht, terugkerende naar de werking ingesteld door de functieschake-
laar van de master. Dit commando is nuttig voor de binnenkomst 's ochtends
en het weggaan na de functie gesloten 's nachts te hebben geconfigureerd.
b) Gesloten 's nachts.
Alle deuren van de zone worden voorbereid voor gesloten 's nachts.
c) Gesloten overdag.
Alle deuren van de zone worden voorbereid voor gesloten overdag.
d) Totale/gedeeltelijke opening.
Alle deuren van de zone worden voorbereid voor totale/gedeeltelijke opening.
e) Interne/externe radar of alleen met de externe radar.
Alle deuren van de zone gaan alleen met de interne radar open.
Het zonenummer wordt ingesteld op iedere kaart door middel van universele
programmeerbare palmtop, of met DISPLAY. De zone 0 is gereserveerd voor
de commando's aan heel het netwerk, ofwel als een master zone 0 heeft, worden
de commando's ervan door alle zones uitgevoerd.
15.11) AANSLUITING VAN 2 DEUREN IN KOOI-MODUS (Fig.AF)
Aansluitingen en instellingen:
De "kooi"-werking bestaat uit 2 automatische deuren, verbonden door middel
van seriële 485:
- (1) EXTERN
- (2) INTERN
Er zijn 3 radars aangesloten:
- (A) EXTERNE RADAR (aangesloten op de externe radar van de EXTERNE kaart)
- (B) CENTRALE RADAR (aangesloten op de interne radar van de EXTERNE kaart)
- (C) INTERNE RADAR (aangesloten op de interne radar van de INTERNE kaart)
Alle andere activerings- en veiligheidsingangen worden autonoom beheerd door
de INTERNE en EXTERNE deur.
Om de kooi-modus in te stellen, is het noodzakelijk:
- KOOI=2 instellen op de EXTERNE deur
- KOOI=1 instellen op de INTERNE deur
Definitie functionaliteit afzonderlijke radars
• Radar A externe deur (1)
Bij gesloten deuren wordt de opening van de externe deur geactiveerd en
de toegang binnen in de kooi toegestaan. Als de interne deur open is, wordt
deze eerst gesloten en gaat vervolgens de externe deur open. In geval van
gelijktijdige manoeuvres krijgt de externe deur voorrang. Wanneer de
externe deur is dichtgegaan, wordt de opening van de interne deur geactiveerd
en het betreden van het gebouw mogelijk gemaakt.
• Radar B gepositioneerd in het midden van de kooi
Bij normale werking wordt de aanwezigheid van een persoon in de kooi waar-
genomen en maakt, al uitgaande, de opening van de externe deur mogelijk
zodra de interne deur is dichtgegaan. In geval van nood, eenmaal binnen
in de kooi, en als de andere deur niet opengaat, wordt het opnieuw sluiten
mogelijk van de deur waar men juist doorheen heeft gelopen.
- 55
VISTA TL (ARIA-EVO)

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières