Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
Zorg ervoor dat personen in de werkomgeving geen risico's lopen door
rondvliegende deeltjes.
Houd het hendel stevig vast. Houd de hendels droog, schoon en vrij van
olie en smeer.
Zet het werkstuk altijd stevig vast. Een werkstuk vastgeklemd met een
klem of in een bankschroef is veiliger dan wanneer met de hand
vastgehouden.
Zaag geen werkstukken die te klein zijn om vast te klemmen. De speling
tussen uw hand en het draaiende zaagblad is in dit geval te klein.
Breng het zaagblad alleen in contact met het werkstuk wanneer de
machine is ingeschakeld. Er is anders het risico op een terugslag
wanneer het zaagblad vast komt te zitten in het werkstuk.
Opgelet! De machine blijft nog even doorlopen nadat u de machine
uitschakelt. Laat de machine nooit achter voordat het tot een volledige
stop is gekomen.
Verwijder nooit afgesneden stukjes enz. uit de zaagzone terwijl de
machine nog draait. Leid de apparaatarm altijd eerst terug naar de
neutrale positie en schakel vervolgens de machine uit.
Gebruik de zaagmachine alleen wanneer de werkzone richting het
werkstuk vrij is van eventuele verstellers, afgesneden stukjes, enz.
Kleine stukjes hout of andere voorwerpen die in contact komen met het
draaiende zaagblad kunnen op hoge snelheid tegen de gebruiker
vliegen.
Elektrisch gereedschap moet regelmatig door een specialist worden
geïnspecteerd.
Kijk in de bijgesloten brochure voor meer veiligheidsvoorschriften
Transportvergrendeling
De machine is voorzien van een transportvergrendeling (Afb. 1) om het te
kunnen vergrendelen en vervolgens comfortabel te verplaatsen. U kunt deze
vergrendeling weer loslaten door de transportvergrendeling uit te trekken en
90° te draaien totdat het inschakelt.Sluit de transportvergrendeling nadat uw
werk is verricht.
Controleer eerst of het beschikbare voltage en de beschikbare frequentie
overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje.Een afwijking in voltage
van +6 tot -10 % is toegestaan. De machine is veiligheidsklasse II.
Gebruik
alleen
aderdoorsnede die te klein is kan leiden tot overmatig spanningsverlies en
tot oververhitting van de kabel en de motor.
De gereedschap is uitgerust met een opstart snelheidsbegrenzer om te
voorkomen dat snelle automatische stroomonderbrekers onbedoeld worden
geactiveerd.
Stroomvoorziening
verlengkabels
met
voldoende
35
aderdoorsnede.
Een
Publicité
