EINHELL NEW GENERATION EVK 1600 Mode D'emploi page 30

Anleitung EVK 1600 SPK 1
NL
schuifbeugel.
Bijgaande slotbout (fig. 5, pos. B) van buiten de
buizen door steken.
Kunststofdeel (fig. 5, pos. C) met de ronde kant
naar de buis toe de bout op steken en
samenschroeven d.m.v. stervormige handgreep
(fig. 5, pos. D). Op dezelfde manier monteert u
dan de steel aan de overkant.
Met de bijgaande kabelhouders (fig. 6, pos. E)
de netkabel binnen op de buizen van de
schuifbeugels vastmaken zodat het openen en
sluiten van de uitlaatklep verzekerd is (fig. 1,
pos. 7).
Let op!
Let er goed op dat de uitlaatklep steeds
gemakkelijk kan worden geopend en
gesloten!
Montage van de diepteafstelinrichting (zie fig. 7
en 8)
Middelste stangstelsel met het vooraf
gemonteerde bovenste stangenstelsel
vastschroeven zoals getoond in fig. 7.
Vervolgens op het onderste stangenstelsel
vastschroeven. Te dien einde moet u voordien
de schroef (fig. 8, pos. F) losdraaien en moet u
het middelste stangenstelsel met het onderste
verbinden.
Montage van de opvangkorf (zie fig. 9-11)
De opvangkorf is reeds gedeeltelijk vooraf
gemonteerd. U moet enkel nog het kleine frame
het beugelstuk in steken (fig. 9, pos. G).
Om de opvangkorf vast te maken slaat u de
rubberlassen over het kleine frame (fig. 10).
Teneinde de opvangkorf op de verticuteerder
vast te haken heft u de uitwerpklep (fig. 1, pos.
7) met een hand op en neemt u de opvangzak
met de andere hand aan de handgreep om hem
van boven vast te haken (fig. 11).
Let op! Bij het vasthaken van de opvangkorf
moet de motor afgezet zijn en mag de
messenwals niet draaien!
6. Afstellen van de verticuteerdiepte
(zie fig. 12)
De verticuteerdiepte wordt afgesteld met de
greep (fig. 12, pos. 8) op het stangenstelsel van
de diepteafstelinrichting.
Werkgreep (fig. 12, pos. 6) naar voren leggen en
de gewenste diepte (+/-) afstellen.
30
20.10.2005 17:01 Uhr Seite 30
Om de werkdiepte te testen plaatst u de
werkhendel naar achteren en start u het toestel.
De verticuteerder lichtjes aanduwen en de
werkhendel langzaam naar voren trekken. Deze
procedure herhalen tot de gewenste werkdiepte
bereikt is.
7. Inbedrijfstelling
Sluit de aansluitkabel van de verticuteerder aan op
de stekker (fig. 1, pos. 3) en beveilig de aansluitkabel
d.m.v. de kabelontlastingsklem (fig. 13).
Let op!
Om het ongewild aanzetten van de verticuteerder te
voorkomen, is de schuifbeugel (fig. 1, pos. 2)
voorzien van een tweepuntsschakelaar (fig. 14, pos.
1a) die moet worden ingedrukt voordat de
schakelhendel (fig. 14, pos. 1) kan worden ingedrukt.
Als u de schakelhendel loslaat, wordt de
verticuteerder meteen uitgeschakeld.
Voer deze procedure meermaals uit om er zeker van
te zijn dat uw toestel correct werkt. Voordat u een
herstelling of onderhoudswerkzaamheid op het
toestel verricht dient u er zich van te vergewissen dat
de messenwals niet draait en het toestel gescheiden
is van het net.
Let op! Open de uitlaatklep nooit terwijl de motor
nog draait. Draaiende messenwals kan leiden tot
lichamelijk gevaar.
Maak de uitlaatklep steeds zorgvuldig vast. De klep
wordt door de trekveer teruggeklapt naar de "DICHT"
positie!
De door de geleidestelen gegeven veiligheidsafstand
tussen het koetswerk en de gebruiker dient steeds in
acht te worden genomen. Tijdens het verticuteren en
veranderen van rijrichting op bermen en hellingen
dient u bijzonder voorzichtig te werk te gaan. Let op
een veilige stand, draag schoenen met slipvaste
zolen en een lange broek. Verticuteer steeds dwars
over de helling.
Hellingen van meer dan 15% mogen om
veiligheidsredenen niet worden geverticuteerd.
Wees bijzonder voorzichtig bij het achteruit bewegen
en trekken van de verticuteerder, struikelgevaar!