Velleman SP200B Mode D'emploi page 12

B. HET TESTEN EN AANPASSEN VAN DE SCHOKSENSOR :
De gevoeligheid van het alarm moet aangepast zijn aan uw voertuig.
PROGRAMMEER MODE :
1. In niet-alarm mode, drukt u binnen de 10 seconden tegelijkertijd op de beide
knoppen van de zender. En dit voor minimum 2 seconden. U zult een
bevestigingstoon te horen krijgen, nu bent u in de programmeermode.
2. Druk op knop II om de schokgevoeligheid te kiezen. Door opnieuw op knop
II te drukken kunt u 8 verschillende gevoeligheden en hun respectievelijke
tonen doorlopen. Hoe hoger de toonhoogte hoe gevoeliger uw alarm op
schokken zal reageren.
HET TESTEN VAN DE GEVOELIGHEID :
Op elk ogenblik kunt u stoppen om de ingestelde gevoeligheid te testen.
Daarvoor activeert u het alarm en slaat u op het venster met de palm van uw
hand. Zo bootst u een inbreker na die het venster tracht te breken. De sirene zal
luiden indien u hard genoeg op de auto slaat.
1. Tijdens het testen, bestaan er twee soorten signaalniveau's.
2. Het eerste niveau waarschuwt alleen en geeft een fluittoon weer om potentiële
dieven aan te geven dat de wagen is uitgerust met een alarmsysteem. De
gevoeligheidssensor zendt dit korte waarschuwingssignaal uit bij de minste
beweging rond de wagen, teneinde eventuele dieven af te schrikken.
3. Het tweede niveausignaal klinkt precies zoals het echte alarmsignaal. Dit
betekent dat de gevoeligheidssensor een zware schok heeft waargenomen en
deze interpreteert dat als een ware poging tot inbraak. Het alarmsysteem
brengt dan ook de sirene op gang.
4. Sla op de autoruit. Indien de sirene slechts een kort signaal weergeeft, dan
heeft u de gevoeligheid van de schoksensor wellicht te laag ingesteld. Krijgt u
daarentegen de sirene te horen, dan is de schoksensor misschien overgevoelig.
In beide gevallen moet u dit corrigeren.
5. Het is aanbevolen de gevoeligheid zo in te stellen dat u een korte toon hoort,
gevolgd door het alarmsignaal, wanneer u hard op de autoruit slaat.
SP200B
12
VELLEMAN