Installatie; Installatiemodi; Omvang En Specificaties Van De Ruimte Waar De Airconditioner Wordt Geïnstalleerd; De Positie Van De Eenheid Kiezen - Unico Digitemp Manuel D'installation, Emploi Et Entretien

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

2
2.1

INSTALLATIEMODI

Om de beste resultaten te verkrijgen en een optimale werking te verzekeren moeten de instructies voor correcte installatie in
deze handleiding worden opgevolgd. Het niet naleven van de instructies en het niet toepassen van de aangegeven regels kunnen
ervoor zorgen dat het apparaat niet goed functioneert. In dergelijk geval is XPELAIR niet aansprakelijk voor schade/letsel aan
personen, dieren of eigendommen.
Het elektrische systeem moet voldoen aan de voorschriften en de classificatiegegevens in het technische overzicht, en
van goede aarding zijn voorzien.
2.1.1
Omvang en specificaties van de ruimte waar de airconditioner wordt geïnstalleerd
Voordat de airconditioner wordt geïnstalleerd, moet een nauwkeurige berekening worden gemaakt van de warmtemassa in de
zomer (en koudemassa in de winter voor modellen met warmtepomp) op de plek van de installatie.
Hoe nauwkeuriger deze berekening wordt gemaakt, des te beter zal de airconditioner zijn werk kunnen doen.
Raadpleeg bij het maken van de berekeningen de gangbare standaarden.
Voor toepassingen waar veel belang aan wordt gehecht, raden wij u aan een verwarmingstechnicus te raadplegen.
De gebruiker moet hoge warmtemassa´s op de volgende manieren zoveel mogelijk zien te beperken: glazen deuren en ramen
waar de zon veel op schijnt moeten aan de binnenkant worden afgedekt met gordijnen. Het is zelfs nog beter om ze aan de bui-
tenkant te voorzien van jaloezieën, veranda´s, zonwerende raamfolie, enz.). De ruimte met airconditioning moet zo lang mogelijk
gesloten blijven.
In de ruimte moet geen gebruik worden gemaakt van halogeenspotjes of andere elektrische apparatuur met een hoog stroomver-
bruik (broodroosters, stoomstrijkijzers, kookplaten, enz.).
2.2

DE POSITIE VAN DE EENHEID KIEZEN

Voor de beste resultaten en om storingen en gevaren te voorkomen moet de plaats voor installatie van de eenheid voldoen aan
de volgende eisen (afb. 3):
-
De hoogte van de onderste hoek van de eenheid moet minstens 100 mm van de vloer zijn verwijderd indien hij op de laagste
positie aan de wand wordt bevestigd.
-
Indien hij op de hoogste positie aan de wand wordt bevestigd, moet hij minstens 80 mm van het plafond zijn verwijderd.
-
De wand waarop de binnen-unit wordt geïnstalleerd moet stevig zijn en het gewicht kunnen houden.
-
Er moet rond de eenheid ruimte vrij zijn voor onderhoudswerkzaamheden die nodig kunnen zijn.
- Niets mag de luchtcirculatie blokkeren (gordijnen, planten, meubilair), zowel niet die van de luchttoevoer aan de bovenkant
als die van de luchtuitvoer aan de voorkant. Dit kan luchtwervelingen veroorzaken die de werking van de eenheid in de weg
kunnen staan.
De airconditioner moet worden geïnstalleerd op een wand die met de buitenlucht in contact staat.
Let op: nadat de beste installatieplek zoals hierboven beschreven is bepaald, controleert u of de punten waar gaten moeten
worden geboord geen structuren of systemen (balken, pijlers, buizen, bedrading, enz.) bevatten, die het boren van gaten
voor de installatie van de eenheid in de weg kunnen staan.
Controleer nogmaals om er zeker van te zijn dat de luchtcirculatie geen obstakels ondervindt door de te boren gaten.
Denk hierbij aan planten en hun blad, lamellen of panelen, luxaflex, roosters met een te hoge dichtheid, enz).
WAARSCHUWINGEN (afb. 4):
-
het mag niet worden geplaatst achter of direct onder gordijnen;
-
sproei geen water of andere vloeistof rechtstreeks op de eenheid;
-
het mag niet worden geïnstalleerd op een plek waar de luchtstroom direct op mensen en hun omgeving blaast;
-
forceer nooit het openen van de klep van de luchtstroom;
-
plaats geen flessen, blikjes, kleding, bloempotten of andere voorwerpen op de klep van de luchtstroom, die de klep weerhouden
te openen;
-
h et moet niet rechtstreeks boven een ander apparaat (televisie, radio, koelkast, enz.) of boven een warmtebron worden
geplaatst.
2.3

MONTAGE VAN DE EENHEID

2.3.1

Waarschuwing

De maximale lengte die voor buizen is toegestaan is 1 m. De buizen moeten glad zijn van binnen en een diameter hebben van
202 mm. Buizen mogen niet worden gebogen of geknikt.
Het gebruik van de meegeleverde roosters of roosters met dezelfde kenmerken is noodzakelijk.

INSTALLATIE

2
61

Publicité

Table des Matières
loading

Produits Connexes pour Unico Digitemp

Table des Matières