Husqvarna WS 482 HF Manuel D'utilisation page 91

3. Zaag een geleidesnede tot een diepte van 3-7 cm/
1,2-2,8 inch (A). Het materiaal en de beschikbare
zekeringen zijn van invloed op de zaagdiepte. Zaag
indien mogelijk geen ijzer. Zaag de geleidesnede
met de arm in de volgpositie.
OPGELET:
voor het zagen van de geleidesnede.
4. Vergroot de diepte voor de volgende sneden (B).
Plaats de zaag in de buurt van een montagesteun en
duw het blad in het materiaal. De diepte van de
daaropvolgende sneden ligt tussen 7 - 15 cm. De
hardheid van het materiaal is van invloed op de
zaagdiepte.
Let op:
U kunt het blad vervangen en in dezelfde
snede zagen. Zorg ervoor dat de breedte van het
nieuwe blad overeenkomt met de groefbreedte.
a) Als het product werkt met een zekering met een
sterkte van minder dan 32 A, wordt het
uitgangsvermogen verlaagd. De zaagdiepte moet
vervolgens worden verkleind om optimale
prestaties voor de geselecteerde zekering te
verkrijgen.
1675 - 001 - 11.06.2021
B
A
Gebruik geen volgas
b) Voor het zagen van wapening van het ene tot het
andere uiteinde zaagt u de wapening zoals in de
afbeelding wordt weergegeven om het blad
scherp te houden. Als de wapening de zaaggroef
niet van begin tot einde volgt, begin de snede
dan aan het andere uiteinde.
Let op:
Een lagere rotatiesnelheid van het
blad verkleint het risico op gepolijste bladen in
harde materialen.
c) Gebruik de maximale zaagdiepte van het blad
als de wand dunner is dan de maximale diepte
van het blad. Het zaagoppervlak wordt verkleind
en de druk van de bladsegmenten wordt
verhoogd. Doe dit ook wanneer overzagen niet
mogelijk is, omdat de wig die overblijft na het
zagen kleiner wordt. (C) = overzaagafstand, (D)
= zaagoppervlak.
C
D
d) Als overzagen niet mogelijk is, gebruik dan de
kettingadapter WSC40. Neem contact op met uw
lokale Husqvarna -dealer of raadpleeg informatie
over de kettingadapter op de website van
Husqvarna .
C
D
91