Télécharger Imprimer la page

Camp Safety 0284 Mode D'emploi page 24

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 9
INHOUD VAN HET IDENTIFICATIELABEL VAN HET HIJSMIDDEL
Referentienummer van het produkt
Nummer van de Europese norm:
jaar / klasse
ALGEMENE REGELS VOOR HET GEBRUIK VAN EEN PERSOONLIJK VALBEVEILIGINGSSYSTEEM
een persoonlijk beveiligingssysteem mag uitsluitend worden toegepast door personen die zijn geschoold in het gebruik ervan.
Ÿ
een persoonlijk beveiligingssysteem mag niet worden toegepast door personen waarvan de gezondheidstoestand van invloed kan zijn op de veiligheid bij dagelijks gebruik of in
Ÿ
reddingssituaties.
Ÿ
er dient een reddingsplan opgesteld te worden dat indien noodzakelijk toegepast kan worden.
het is verboden om veranderingen aan te brengen in de uitrusting zonder schriftelijke toestemming van de producent.
Ÿ
eventuele reparaties van de uitrusting mogen uitsluitend worden uitgevoerd door de producent van de uitrusting of een door hem geautoriseerde vertegenwoordiger.
Ÿ
het persoonlijke beveiligingssysteem mag niet worden gebruikt voor doeleinden die niet overeenkomen met zijn bestemming.
Ÿ
het persoonlijke beveiligingssysteem is persoonlijk en dient slechts door één persoon te worden gebruikt.
Ÿ
zorg ervoor dat alle elementen van het valbeveiligingssysteem op de juiste manier met elkaar samenwerken voordat u het gaat gebruiken. Controleer regelmatig de koppelingen en de
Ÿ
pasvorm van de onderdelen van de uitrusting om te voorkomen dat ze per ongeluk verslappen of losschieten.
het is verboden om beveiligingssystemen te gebruiken, waarvan de werking van een willekeurig onderdeel wordt gehinderd door de werking van een ander onderdeel.
Ÿ
kijk het persoonlijke beveiligingssysteem voor ieder gebruik goed na en controleer of het nog in goede staat verkeert en goed werkt.
Ÿ
controleer tijdens de inspectie alle elementen van de uitrusting en let vooral op allerlei soorten beschadigingen, overmatig verbruik, corrosie, slijtageplekken, sneetjes en verkeerde
Ÿ
werking. Let bij de volgende onderdelen van de uitrusting met name op:
bij harnasgordels en riemen voor werkpositionering: gespen, regelelementen, bevestigingspunten (gespen), banden, naden, lussen;
Ÿ
Ÿ
bij valdempers: bevestigingslussen, band, naden, behuizing, koppelingen; bij touwen en geleiders van textiel: touw, lussen, kabelkousen, koppelingen, regelelementen, vlechtwerk;
bij touwen en geleiders van staal: touw, draad, klemmen, lussen, kabelkousen, koppelingen, regelelementen;
Ÿ
bij valstopapparaten: het touw of de band, juiste werking van het oprolsysteem en blokkeringsmechanisme, behuizing, valdemper, koppelingen;
Ÿ
bij lijnklemmen: het lichaam van het apparaat, het goed glijden langs de geleider, werking van het blokkeringsmechanisme, rollertjes, schroeven en klinknagels, koppelingen,
Ÿ
valdemper;
bij de koppelingen (karabijnhaken): draaglichaam, klinknagelwerk, hoofdsluiting, werking van het blokkeringsmechanisme.
Ÿ
minimaal eenmaal per jaar, na 12 maanden gebruik, moet het persoonlijke beveiligingssysteem uit gebruik worden genomen om een periodieke servicebeurt uit te voeren. De
Ÿ
periodieke servicebeurt mag worden uitgevoerd door de persoon die bij het bedrijf verantwoordelijk is voor de veiligheidsuitrusting en die op dit gebied is geschoold. De periodieke
servicebeurt kan ook worden uitgevoerd door de producent van de uitrusting of door personen of bedrijven die zijn geautoriseerd door de producent. Controleer alle elementen van de
uitrusting grondig en let vooral op allerlei soorten beschadigingen, overmatig verbruik, corrosie, slijtageplekken, sneetjes en verkeerde werking (zie het voorgaande punt). In sommige
gevallen, met name wanneer de veiligheidsuitrusting een gecompliceerde constructie heeft zoals valstopapparaten, moeten de periodieke servicebeurten worden uitgevoerd door de
producent van de uitrusting of zijn geautoriseerde vertegenwoordiger. Na uitvoering van de periodieke servicebeurt wordt de termijn van de volgende servicebeurt vastgesteld.
Ÿ
regelmatig uitgevoerde periodieke servicebeurten zijn van fundamenteel belang voor de toestand van de uitrusting en de veiligheid van de gebruiker die afhankelijk is van volledige
functionaliteit en duurzaamheid van de uitrusting.
controleer tijdens de periodieke servicebeurt de leesbaarheid van alle markeringen op de veiligheidsuitrusting (kenmerk van het gegeven apparaat), alle informatie over de
Ÿ
veiligheidsuitrusting (naam, serienummer, aankoopdatum en datum van ingebruikname, gebruikersnaam, informatie over reparaties en servicebeurten en uitgebruikname) moet
worden vermeld op de gebruikskaart van het gegeven apparaat. Het bedrijf waar de gegeven uitrusting in gebruik is, is verantwoordelijk voor de notities op de gebruikskaart. De
persoon die bij het bedrijf verantwoordelijk is voor de veiligheidsuitrusting vult de kaart in. Gebruik van een persoonlijk beveiligingssysteem zonder ingevulde gebruikskaart is niet
toegestaan,
bij verkoop van de uitrusting buiten het grondgebied van het land van herkomst is de leverancier van de uitrusting verplicht om de uitrusting te voorzien van een gebruiksaanwijzing,
Ÿ
een onderhoudshandleiding en informatie over periodieke servicebeurten en reparaties in de officiële taal van het land waarin de uitrusting zal worden gebruikt.
het persoonlijke beveiligingssysteem moet onmiddellijk uit gebruik worden genomen wanneer er ook maar enige twijfel bestaat over de juiste staat of goede werking ervan. De
Ÿ
uitrusting kan opnieuw in gebruik worden genomen nadat de producent de uitrusting een grondige servicebeurt heeft gegeven en schriftelijk toestemming verleent tot verder gebruik.
wanneer het persoonlijke beveiligingssysteem is gebruikt om een val te dempen, moet hij onmiddellijk uit gebruik worden genomen en afgeschreven (fysiek vernietigen).
Ÿ
Ÿ
alleen een harnasgordel (conform norm EN 361) is toegelaten als uitrusting voor het vasthouden van het lichaam in een persoonlijk valbeveiligingssysteem.
Ÿ
het valbeveiligingssysteem mag uitsluitend vastgemaakt worden aan de bevestigingspunten (gespen, lussen) van de harnasgordel die zijn aangeduid met een hoofdletter "A". Een
markering van het type "A/2" of een halve letter "A" betekent dat het noodzakelijk is dat er twee op eendere wijze gemarkeerde bevestigingspunten aan vastgemaakt moeten worden.
Het is verboden om een beveiligingssysteem vast te maken aan een enkel bevestigingspunt (gesp, lus) dat is gemarkeerd met "A/2" of een halve letter "A".
het verankeringspunt (apparaat) voor het valbeveiligingssysteem moet een stabiele constructie hebben en dusdanig gesitueerd zijn dat de kans op een val wordt beperkt en de vrije
Ÿ
valafstand geminimaliseerd. Het verankeringspunt van de uitrusting dient zich boven de werkplek van de gebruiker te bevinden. De vorm en constructie van het verankeringspunt
moeten een permanente verbinding met de uitrusting waarborgen en voorkomen dat hij per ongeluk losschiet. Wij bevelen het gebruik aan van gecertificeerde en gemarkeerde
verankeringspunten voor de uitrusting, conform de norm EN 795.
u bent verplicht om de vrije ruimte te controleren onder de werkplek waar het persoonlijke valbeveiligingssysteem gebruikt zal gaan worden, om tijdens het breken van de val botsingen
Ÿ
met voorwerpen of een lager gelegen vlak te voorkomen. De vereiste vrije valruimte onder de werkplek kunt u vinden in de gebruiksaanwijzing van de beveiligingsuitrusting die u van
plan bent toe te passen.
let tijdens het gebruik van de uitrusting goed op gevaarlijke verschijnselen die de werking van de uitrusting en de veiligheid van de gebruiker kunnen beïnvloeden. U dient met name te
Ÿ
letten op:
Ÿ
in de knoop raken en schuren van de touwen langs scherpe randen,
Ÿ
alle mogelijke beschadigingen zoals sneetjes, slijtplekken, corrosie,
negatieve werking van klimaatfactoren,
Ÿ
slingerend vallen,
Ÿ
inwerking van extreme temperaturen,
Ÿ
inwerking van chemicaliën, stroomgeleiding,
Ÿ
het persoonlijke beveiligingssysteem moet worden vervoerd in verpakkingen die beschermen tegen beschadiging en vocht, bijvoorbeeld in tassen van geïmpregneerde stof of koffers
Ÿ
of kisten van staal of plastic.
het persoonlijke beveiligingssysteem moet zodanig worden schoongemaakt en gedesinfecteerd dat het materiaal (de grondstof) waarvan het apparaat is gemaakt, niet beschadigd
Ÿ
raakt. Gebruik voor textiele materialen (band, touwen) schoonmaakmiddelen voor tere stoffen. U kunt ze op de hand of in de machine wassen. Spoel zorgvuldig na. Was de kunststof
onderdelen alleen in water. Uitrusting die tijdens het schoonmaken of het gebruik nat is geworden moet onder natuurlijke omstandigheden goed worden gedroogd, ver verwijderd van
warmtebronnen. Metalen onderdelen en mechanismen (veren, scharnieren, sluitingen etc.) moeten regelmatig worden gesmeerd om hun werking te verbeteren.
Ÿ
het persoonlijke beveiligingssysteem moet losjes verpakt worden bewaard in droge, goed geventileerde ruimten, beschermd tegen licht, UV-straling, stof, scherpe voorwerpen,
extreme temperaturen en agressieve substanties.
het gebruik van de valdemper in combinatie met andere geselecteerde elementen van het valbeveiligingssysteem moet in overeenstemming zijn met de geldende voorschriften, de
Ÿ
gebruiksaanwijzingen van de uitrusting en de geldende normen:
EN 361- voor harnasgordels;
Ÿ
EN 353-1, EN 353-2, EN 354, EN 360, EN 362 - voor valbeveiligingssystemen.
Ÿ
EN 795 - voor vaste bevestigingspunten (verankeringspunten).
Ÿ
REVISIE
In aanvulling op de normale inspecties die verplicht zijn voor, gedurende en na elk gebruik, moet dit product iedere 12 maanden onderzocht worden door een vakkundig persoon, vanaf
de datum van eerste ingebruikname van het product; deze datum en die van de volgende controles moeten op de onderhoudskaart van het product worden aangetekend: bewaar de
documentatie voor controle en raadpleging gedurende de volledige levensduur van het product. Controleer de leesbaarheid van de markeringen op het product.
Als het product of onderdelen ervan enig defect of slijtage vertonen, moeten zij vervangen of gerepareerd worden door de fabrikant of door een erkend servicecentrum, ook in
twijfelgevallen. Elk element dat deel uitmaakt van een veiligheidssysteem kan beschadigd raken tijdens een val en dient altijd te worden geïnspecteerd alvorens het opnieuw te
gebruiken.
Elk product dat bij een ernstige val betrokken is geweest moet vervangen of geïnspecteerd en gerepareerd worden door de fabrikant of door een erkend servicecentrum, aangezien er
structurele schade kan zijn ontstaan die niet direct zichtbaar is.
LEVENSDUUR
De levensduur van het product is ongelimiteerd indien zich geen voorvallen voordoen die het product buiten gebruik stellen, en vanaf de datum van eerste ingebruikname van het
product minstens eens per 12 maanden periodieke inspecties worden uitgevoerd, waarvan de resultaten op de onderhoudskaart van het product worden aangetekend. De volgende
factoren kunnen echter de levensduur van het product reduceren: intensief gebruik, schade aan componenten van het product, contact met chemische stoffen, hoge temperaturen,
afschuringen, sneden, hevige schokken, gebruik en opslag in strijd met de aanbevelingen. Neem bij twijfel of het product nog de nodige veiligheid biedt contact op met C.A.M.P. spa of
de distributeur.
RESCUE LIFTING
DEVICE xx m
Ref. 0284
Numero di serie
Nummer van de productieserie
Serial number
xxxxxx
Numero di lotto
Maand/jaar van productie van de uitrusting
Batch number
xx / xxxx
De model is gecertificeerd conform EAC
EN 1496:2017 / B
Type uitrusting
Toegelaten (maximaal)
Lengte
gewicht van de opgetilde persoon
Lees de handleiding
voor gebruik
TP TC
019/2011
MAX.
MAX. LIFTING
WORKING
Maximale hijsafstand
DISTANCE:
LOAD:
140 kg
xx m
ONLY FOR
RESCUE
PURPOSES
Aanduiding van de producent
of verdeler
NL 4/4

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

028401