Christopeit Sport TM800S Notice De Montage Et D'utilisation page 45

Veiligheidsclip
De veiligheidsclip dient voor uw eigen zekerheid in noodgevallen.
Hij dient in de computer ingeplugd zijn, om waarden in te kunnen
voeren en om de loopband te starten. Bevestig de veiligheidsclip
voor elke training. Hij dient voor uw eigen veiligheid, omdat hij bij
een ongewild afstappen van de band (in bijv. een noodsituatie) de
loopband snel stilzet. Wanneer de veiligheidsclip niet aangesloten
is op de computer, verschijnt er de foutmelding „---" op het be-
eldscherm. Door de veiligheidsclip op de computer aan te sluiten
worden alle waarden op nul terug gezet en is hij startklaar.
Foutcodes en probleemoplossing
In geval van storingen kan de aangrenzende lijst met foutmel-
dingen een hulp voor mensen zijn. Kortom, elektrische herstel-
lingen mogen alleen worden uitgevoerd in overeenstemming met
de geldende veiligheidsvoorschriften worden. Voor meer infor-
matie en hulp in geval van storingen met onze service-afdeling.
(Contactgegevens zie laatste pagina)
Foutmel- Mogelijke oorzaak
ding
---- Veiligheidsclip is niet op de
computer.
E01 Communicatiestoring
E02 Motorkabel
verkeerd aangesloten
E03 Verstoring van het snelheidssignaal
E05 Bescherming tegen overbelasting
E06 Onderspanningsbeveiliging
Oefenterrein in mm
(Voor de apparaat-en
gebruikers)
Slaapstand
Als de loopband langer dan 10 minuten stand-by staat, wordt
deze in de slaapstand gezet.
Km / Miles - schakelen
Als u de veiligheidsclip verwijdert en tegelijkertijd gedurende 3 se-
conden op de knoppen
toont het scherm de maximale snelheid voor beide eenheden (16
voor Km / 10 voor Miles).
Mogelijke oplossing:
Plaats de veiligheid op de computer.
Controleer of de communicatiekabel correct is aangesloten of bescha-
digd is.
Controleer of de motorkabel correct is aangesloten.
Controleer of de controller vreemd ruikt. Vervang in dat geval de control-
ler.
Controleer of de snelheidssensor correct is aangesloten en sluit deze
indien nodig opnieuw aan.
Controleer of de snelheidssensor correct is bevestigd of beschadigd.
Repareer of vervang het indien nodig.
Controleer of de motor beschadigd is en vervang deze dienovereenkom-
stig.
Overbelasting of loopband leidt tot bescherming tegen overbelasting.
Controleer of de motor draait met een geluid of een verbrande geur en
vervang de motor of controller.
Controleer of de nominale spanning overeenkomt met de loopband en
gebruik de juiste nominale spanning om de loopband van stroom te
voorzien
Controleer op een lage spanning die lager is dan 50% van de normale
spanning. Werk in dit geval in een omgeving met een hogere spanning.
Controleer of de controller vreemd ruikt en vervang deze.
Oefenterrein in mm (Voor de apparaat-en
gebruikers)
45
drukt, hoort u een pieptoon en
en