NORAUTO 2274270 Mode D'emploi page 17

HOOFDSTEUN VERSTELLEN
1. Met het gordelharnas los, drukt u op de knop voor het verstellen van de hoofdsteun en duwt u deze omhoog
of omlaag naar de gewenste positie.
2. Bij de gewenste positie laat u de verstelknop los en schuift u de hoofdsteun licht omhoog of omlaag tot deze
vastklikt.
OPMERKING: De hoofdsteun kan in 10 standen worden geplaatst. De hoogte kan worden aangepast voor het
comfort van het kind.
• Posities 1-6 zijn voor de groepen: 0+ (geboorte tot 13 kg), I (9 tot 18 kg).
• Posities 7-10 zijn voor de groepen: II, III (15 tot 36 kg).
OPMERKING: Een correct afgestelde hoofdsteun beschermt het kind in het kinderzitje optimaal. Stel de hoofdsteun zo af dat de
schouderriemen zich ter hoogte van de schouders van uw kind bevinden.
Schouderriemen zitten te laag.
BELANGRIJK: Er moet één vinger vrije ruimte zijn tussen de onderkant van de hoofdsteun en de schouder van het kind.
PAS OP: De schouderriemen mogen niet achter de rug van het kind zitten, noch ter hoogte van de oren of boven
de oren.
VERSTELLING VAN DE STOELROTATIE
Trek de rotatieversteller met uw duim naar buiten en draai het kinderbeveiligingssysteem vervolgens 360 graden.
Keer de rotatieversteller telkens terug. Om ervoor te zorgen dat het zitje goed vastzit.
• Achterwaarts gerichte positie ontworpen voor groepen: 0+, I (0-18 kg)
• Voorwaarts gerichte positie ontworpen voor groepen: I, II, III (9-36 kg)
AFSTELLEN VAN DE LIGSTAND
Dit kinderbeveiligingssysteem heeft 5 ligstanden. De ligstand kan worden aangepast voor het comfort van het kind of om de installatie van
het kinderzitje te vereenvoudigen.
• Groep 0+, I: Positie 5 (blauw) is voor achterwaarts gericht gebruik met kinderen 0-18 kg.
• Groep I: Posities 1–4 (rood) zijn voor voorwaarts gericht gebruik met kinderen 9-18 kg.
• Groep II, III: Positie 1 (rood) is voor voorwaarts gericht gebruik met kinderen 15-36 kg.
1. Duw de hendel voor het verstellen van de rugleuning omhoog en trek de zitting omhoog. Daarna kan hij worden versteld.
2. Wanneer de stoel in stand 4 staat, draait u de stoel achterwaards, waarna de stoel in stand 5 kan worden gezet. (Afbeelding 5)
Schouderriemen zitten te hoog. Schouderriemen zijn juist afgesteld.
5
NL
5
15